Naar de content

Zet de deur naar twijfel open

Samenbezweren: poging tot overtuigen

Jikke Lesterhuis voor NEMO Kennislink

Wat doe je als een vriend, familielid of geliefde verandert in een complotdenker? Deel 3: inhoudelijk in gesprek.

16 oktober 2024

Yvonne* kan steeds moeilijker omgaan met haar broer Harold, sinds hij een complotdenker is geworden. Ze kreeg al het advies om een meta-gesprek te voeren: om niet in discussie te gaan over wat wel of niet waar is, maar bijvoorbeeld over de vraag wat kritisch denken eigenlijk is, en over onderling gedeelde waarden. Maar wat als ze wél op de inhoud wil ingaan?

Yvonne: “Ik merk dat ik nu in een fase ben beland waarin ik in het gezelschap van Harold ieder politiek of maatschappelijk onderwerp mijd. Maar toch zou ik het liefst wel gewoon ook over dat soort onderwerpen kunnen praten. Als je dat soort onderwerpen moet mijden, en je alleen over koetjes en kalfjes kan praten, wat stelt zo’n broer-zus-relatie dan nog voor?”

Het is geen makkelijke weg, want als ze rechtstreeks zou inhakken op de onbewezen theorieën zou ze geen vooruitgang boeken, weet Philipp Schmid. Als taal- en communicatiewetenschapper ontwikkelt hij aan de Radboud Universiteit Nijmegen technieken die artsen kunnen gebruiken om in gesprek te treden met mensen die een vaccin weigeren. Kan Yvonne daar iets aan hebben in haar situatie?

Kracht van de tegenstander

Philipp Schmid: “Zeker. De belangrijkste overeenkomst is dat je iemand tegenover je hebt die iets gelooft dat vreemd en onbewezen is en zelfs schadelijk kan zijn, zoals in het geval van ongegronde weerstand tegen vaccins. Het verschil is wel dat er bij een dokter en een patiënt al een soort natuurlijke rolverdeling is, waarbij de dokter de expert is en de patiënt niet. Ook al is dat evenwicht in autoriteit misschien verstoord, in de basis is het helder, en daar kun je op voortbouwen. Dat is tussen een broer en zus niet zo, het kan in zo’n familierelatie een issue zijn wie ‘de slimste’ is en wie iets van de ander wil aannemen, dat kan spanning opleveren.”

Ga in zijn verhaal op zoek naar dat ene sprankje waarheid

— Philipp Schmid

Als we aannemen dat Yvonne erin slaagt om het gesprek met haar broer gaande te houden, zijn er volgens Schmid ruwweg drie stappen nodig om uiteindelijk over de inhoud te kunnen praten. En de complottheorie te weerleggen. Of op zijn minst een opening te vinden naar twijfel – en daarmee naar versterkte eensgezindheid.

Die stappen zijn ontleend aan het project Jitsu Vax, een samenstelling van Jiu Jitsu en vaccinatie. Jiu Jitsu is een vechtkunst waarin je om te winnen gebruik maakt van de kracht van je tegenstander. Zo werkt het ook in deze gesprekstechniek, door inleving en begrip krijg je de gesprekspartner waar je wilt en voer je een ‘empathisch weerleggend interview’.

Stap 1: Stel open vragen

In de eerste stap komt het erop aan om een gesprekssfeer te creëren die gebaseerd is op empathie. Dit is in lijn met de psychologie van de ‘motiverende gespreksvoering’, die bijvoorbeeld ook wordt gebruikt als mensen verteld moet worden dat hun alcoholconsumptie te hoog is – ook dan werkt directe confrontatie averechts. Als we er niet bewust bij nadenken, stellen we makkelijk gesloten vragen, die erg sturend zijn: ‘Vind jij zelf ook niet dat je veel drinkt?’

In deze eerste stap moet je juist vooral open vragen stellen. Wat vind je van dit vaccinatieprogramma? Wat vind je van klimaatverandering? Wat vind je van de verkiezingen? Schmid: “Hierdoor begint de ander te praten. En dat is heel belangrijk om de zogenaamde attitude roots van de persoon te begrijpen. Voor vaccinatiegesprekken hebben we elf verschillende attitude roots geïdentificeerd die mensen ertoe aanzetten om in misinformatie te geloven. Maar op elk gebied bestaan zulke roots. Denk bijvoorbeeld aan religie: als iemand religieus is en je zou dit negeren in je argumentatie, zou je niets bereiken.”

Stap 2: Geef bevestiging

Deze stap is voor wetenschappers en dokteren het moeilijkste, zegt Schmid. “Het komt erop neer dat je de attitude root van de ander nu eerst moet gaan bevestigen. Yvonne zal haar broer Harold ergens gelijk in moeten geven. Ga in zijn verhaal op zoek naar dat ene sprankje waarheid. Ook als de gehele complottheorie volkomen lariekoek is, zal er toch wel ergens iets in zitten dat je kunt beamen.”

Dat kan knap lastig zijn als het bijvoorbeeld gaat om een theorie waarin reptielen een rol spelen in de wereldheerschappij. “De afstand kan groot zijn. En toch is er altijd wel een overeenkomst te vinden. Als iemand de overheid wantrouwt, kun je bijvoorbeeld zeggen dat er inderdaad heel veel voorbeelden zijn van overheden die op geen enkele manier te vertrouwen waren. Ik kom uit Duitsland, van 1933 tot 1945 heeft het naziregime experimenten gedaan op onschuldige gevangenen. Of denk aan de Tuskegee-studie in de Verenigde Staten (1932-1972). Daarin heeft de Amerikaanse overheid Afro-Amerikanen op totaal onethische manier gebruikt als proefpersonen, in de zoektocht naar een medicijn tegen syfilis. Dit resulteert onder bepaalde groepen Afro-Amerikanen nog steeds in wantrouwen tegen de overheid. En je zou kunnen zeggen: met goede grond. Ik vertrouw ook niet altijd op de overheid, zeker niet blind. We moeten op zijn minst kritisch zijn.”

Stap 3: Weerleg de onzin

Als je voldoende onderling vertrouwen hebt opgebouwd of hervonden, en je hebt de ander bevestigd in zijn manier van denken, kan je voorzichtig beginnen aan het weerleggen van de onjuiste opvattingen. “Een arts kan wijzen op zijn jarenlange ervaring en zeggen dat hij het bewijs zelf heeft gezien in de praktijk. Als zus kan je dat niet zeggen tegen je broer. Maar je kunt wel zeggen: ‘Ik vertrouw de overheid ook lang niet altijd, en zeker niet blind. In dit geval zijn er goede redenen om de overheid wél te vertrouwen, ik heb bijvoorbeeld gelezen…’ En dan kun je op specifieke informatie wijzen.”


Het is belangrijk dat je hierbij qua toon niet dwingend of moraliserend bent. “Als Harold het idee krijgt dat zijn zus hem de les aan het lezen is, haakt hij meteen weer af. Houd voor ogen dat het al enorme winst is om de horizon een beetje te verbreden. De volgende keer dat je elkaar spreekt, heeft hij het aangedragen artikel dat je aandraagt waarschijnlijk wel bekeken – dat is al een nieuwe opening.”

En kun je uiteindelijk naar een soort knock-out toewerken? “Zo zou ik het zeker niet noemen. In de dokter-patiënt-situatie zien we dat het vertrouwen van de sceptische patiënt met deze methode wel enorm groeit, al na één sessie waarin stap 1 en 2 worden gevolgd. En ook dat de bereidheid om een vaccin te nemen toeneemt. Ik denk dat dit in de broer-zus-situatie ook werkt, als je bereid bent om meer tijd te nemen.”

Spreekkamer van een mannelijke huisarts die in gesprek is met een patiënt, een oudere man.

Je onderlinge relatie - broer/zus, arts/patiënt - bepaalt mede hoe je onjuiste opvattingen het beste kunt weerleggen.

Svitlana Hulko voor iStock

Yvonne vindt het een interessante strategie, maar zit wel met een ander probleem in de uitvoering: “In grote lijnen begrijp ik deze theorie goed. Ik denk dat ik hem deels ook wel toepas, in de zin van: open vragen stellen, en zoeken naar de punten waarop we het wel eens zijn. Die zijn er ook zeker wel. Ik denk zelf ook dat het goed is om kritisch te zijn, op machthebbers, op ‘de media’. Wat ik echter nog lastig vind, is dat het stellen van vragen ook aanvallend kan worden opgevat. Want als ik mijn broer alleen maar vragen stel, is het snel zo dat hij zichzelf vastpraat in zijn poging tot antwoorden. En dan krijgt hij het gevoel dat hij vastgezet wordt, wat hij als een aanval opvat.”

Een goed punt, dat we in het volgende deel van deze serie voorleggen aan een nieuwe expert.

* De namen Yvonne en Harold zijn om privacyredenen gefingeerd. Hun echte namen zijn bij de redactie bekend.