Naar de content

Zeespiegelstijging: 'Niks nieuws onder de zon'

De mens maakt zich kwetsbaar door langs kusten en rivieren te bouwen

Atlas Contact

Al vanaf het begin dat Homo sapiens over de aardbol doolt – 200.000 jaar geleden – heeft hij te maken gehad met een veranderende zeespiegelstijging. Volgens emeritus hoogleraar geologie Salomon Kroonenberg van de TU Delft is er daarom weinig nieuws onder de zon en kunnen we nu zelfs beter dan ooit met die dynamiek omgaan. Hij schreef een boek over de zeespiegelstijging met een lange tijdshorizon.

14 februari 2017

In zijn nieuwe boek, Spiegelzee, zoekt Kroonenberg naar voorbeelden van de zeespiegelverandering in de prehistorie, wat hem brengt in Afrikaanse grotten en nabijgelegen eilanden. Want ook onze Noordzee vertelt het verhaal van in de ijstijden drooggevallen kuststreken. De titel Spiegelzee ontleent de auteur aan een project op het strand bij Katwijk, waar precies tien jaar geleden een kunstobject was gebouwd om de variaties in de zeespiegel op deze plek te visualiseren. Het betrof een inzending van de Academische Jaarprijs 2006/2007 door de TU Delft.

Kroonenberg schrijft graag voor een breed publiek over aardwetenschappenlijke onderwerpen. Hij is gefascineerd door de schoonheid van landschappen en aardlagen en zoekt altijd naar het verhaal erachter. Kroonenberg publiceerde – ook precies tien jaar geleden – De menselijke maat. De aarde over tienduizend jaar, een pleidooi om de aardse processen te beoordelen vanuit de geologische ‘diepe’ tijd en de dynamiek van de aarde, een thema dat ook de rode draad is in Spiegelzee.

Wat is uw boodschap met dit boek?
“Dat wij op lange tijdschalen moeten gaan denken. Onze voorouders waren al genoodzaakt zich aan de zeespiegelstijging aan te passen. Dan kunnen wij dat nu met onze moderne technologie zelfs veel beter.”

Is de moderne tijd niet veel kwetsbaarder?
“Zíj werden erdoor overvallen en wij zien het aankomen. Wij leggen door al onze metingen voortdurend de vinger op de pols van de aarde. Wij zien met onze satellietmetingen de orkanen daardoor aankomen, lang voordat ze aan land gaan. Bovendien hadden onze voorouders vlak na de laatste ijstijd te maken met een zeer snelle zeespiegelstijging.”

Maar wij zijn toch erg kwetsbaar met onze ict-afhankelijke maatschappij?
“Dat staat in geen verhouding tot de kwetsbaarheid van de mensen in de prehistorie. Die waren aan de natuur overgeleverd. De potentiële schade is nu vanzelfsprekend veel groter, maar dat komt omdat we langs onze kusten en rivieren villa’s bouwen en infrastructuur en jachthavens aanleggen. Onze rijkdom maakt ons kwetsbaar. Kwetsbaar zijn is een keuze.”

Hoe hebben onze voorouders zich in het verleden aan zeespiegelstijging aangepast?
“In de prehistorie moesten onze voorouders hun voedselvoorziening en grondstoffenverbruik aanpassen. Ook de neanderthalers pasten zich al aan. We weten dat omdat de gesteentesamenstelling van hun werktuigen op het Britse eiland Jersey uitgebreid is onderzocht. Daaruit bleek dat zij afwisselend vuursteen en kwarts gebruikten, afhankelijk van wat voorhanden was. Zo is in de aanloop naar het warme Eemien (de periode rond 120.000 jaar geleden) de zeespiegelstand zo hoog dat het vuursteen onder water ligt en dus niet bereikbaar is. In die periode schakelen ze over van vuursteen naar kwarts.”

De schelpensoort Donax serra was geliefd bij onze voorouders toen de zeespiegel daalde en er zich zandstranden ontwikkelden.

Genet, via Wikimedia Commons, CC BY-SA 3.0

Hoe weten we zo zeker dat onze voorouders hun eetgewoonten aan zeespiegelfluctuaties hebben aangepast?
“Dat is bijvoorbeeld te zien in een grot in Zuid-Afrika. De afwisselende lagen, die daar zijn blootgelegd door archeologen, herbergen de resten van mossels die Homo sapiens had verorberd. Het gaat om de mosselsoorten Perna perna en Donax serra. De eerste, ook wel zwarte mossel genoemd en vooral levend op rotsen, aten ze toen de zee hoog stond en het water tegen de rotsen aan klotste. De tweede, de witte mossel, leeft in het zand. Deze soort aten ze toen na het Eemien de zeespiegel weer daalde, en er zich brede stranden vormden.”

Welke gebieden die ooit droog stonden zijn interessant om te onderzoeken?
“In mijn boek noem ik de gebieden waar ook grote oppervlakten aanwezig zijn, zoals het Sunda-platform en de Beringstraat. Die gebieden zijn boven water komen te liggen tijdens de ijstijd, toen de zeespiegel maar liefst 120 meter lager stond dan nu. Wereldwijd komt dat neer op zo’n 20 miljoen vierkante kilometer.”

“Ook interessant is het hele gebied tussen Saoedi-Arabië en Iran, de huidige Perzische Golf, dat helemaal droog lag en waar de kustlijn 800 kilometer oostelijker lag. Dichterbij huis, in Europa, moeten we denken aan de Adriatische Zee. In ons land hebben we natuurlijk het Noordzeegebied dat droog was gevallen, en waar momenteel veel uniek bodemonderzoek plaatsvindt op de Tweede Maasvlakte.”

Uitbreiding vasteland tussen Indonesië en Australië. Het Sunda-platform lag tijdens de ijstijden helemaal droog.

Maximilian Dörrbecker (Chumwa), via Wkimedia Commons, CC BY-SA 3.0

Wat zou iedereen over zeespiegelstijging moeten weten?
“Dat er een grote consistentie zit in de getallen over zeespiegelstijging. In mijn boek haal ik meerdere internationale onderzoeken aan. Gemiddeld stijgt de zeespiegel met zo’n twintig centimeter per eeuw. Ook het Nederlandse onderzoeksinstituut Deltares noemt dit cijfer in de Zeespiegelmonitor uit 2014. Duits onderzoek komt voor de Noordzeekust op een iets lager gemiddelde; voor de periode tussen 1900 en 2011 berekenen zij een gemiddelde van vijftien centimeter per eeuw.”

Op uw beschrijving van de versnelling van de zeespiegelstijging is felle kritiek gekomen van meerdere hoogleraren en klimaatwetenschappers. Zoals hoogleraar polaire meteorologie Michiel van den Broeke van de Universiteit Utrecht, die u in de Volkskrant verwijt dat u ingaat tegen de wetenschappelijke consensus, omdat veel belangrijke onderzoeken laten zien dat er wel een versnelling is in de zeespiegelstijging. Wat vindt u hiervan?

“Ik vind die consensus maar zeer betrekkelijk, gezien de vele onderzoeken die nog geen versnelling aantonen. De bewering dat de zeespiegel versneld stijgt is onder andere gebaseerd op radargegevens, die een hoger gemiddelde aangeven dan ik net noemde. Die gaan uit van een stijging tot zo’n dertig centimeter per eeuw. Maar deze techniek is pas sinds 1993 beschikbaar, een veel te korte tijd om er harde trends uit te destilleren. Bovendien kunnen we hiermee niet boven de 66e breedtegraad meten. Vooralsnog zie ik geen reden tot paniek over een versnelling van de zeespiegelstijging. Het zeeniveau stijgt, ja, maar ik zie nog geen bewijs dat het sneller gaat dan in de 20e eeuw.”

In welke periode in de prehistorie steeg de zeespiegel het snelst?
“11.000 jaar geleden ging dat erg snel, met wel vier meter per eeuw, tijdens de zogeheten meltwaterpulses. Plotseling kwamen er grote hoeveelheden smeltwater in de oceanen terecht. Dat was dus twintig maal sneller dan de zeespiegelstijging van vandaag de dag. Dan gaat het om de wereldwijde zeespiegelstijging. Lokaal heb je natuurlijk met allerlei fenomenen te maken die de waterhoogte ter plekke bepalen, zoals het terugveren van de aardkorst als gletsjers afsmelten, bodemverzakking en de lokale zwaartekracht en aantrekking van landmassa’s.”

Dat was dus nog de tijd van de jager-verzamelaars, mensen die heel mobiel waren.
“Ja, dat klopt. Ook de tweede piek – een snelle stijging – vindt plaats in de periode van de jagers-verzamelaars, rond 9000 jaar geleden. In dat opzicht zou het interessant zijn te weten te komen hoe de mensen die op Doggerland leefden, op de snelle zeespiegelstijging gereageerd hebben. Uiteindelijk is dat hele gebied, tussen Nederland en Groot-Brittannië, verdronken. Ik zou heel graag willen weten hoe de mensen in Doggerland zich hebben aangepast. Misschien zijn ze over de laatste landtong weggetrokken. Ik beschrijf in mijn boek enkele voorbeelden waarbij mensen erin geslaagd zijn zich aan te passen. Maar er zullen ongetwijfeld ook rampen gebeurd zijn.”

Salomon Kroonenberg, Spiegelzee. De zeespiegelgeschiedenis van de mens, Uitgeverij Atlas Contact, 271p., €21,99.

ReactiesReageer