In de interactieve installatie Channels delen bezoekers van de tentoonstelling Living looonger hoe zij aankijken tegen veroudering. Onderzoekers van het Meertens Instituut analyseren hun woorden.
Achterin de Living Looonger-tentoonstelling in De Studio van NEMO staan de Channels: drie kubus-achtige installaties waar bezoekers in kunnen plaatsnemen om hun overdenkingen en reflecties over veroudering te delen. Dat doen ze aan de hand van drie stellingen: ‘Ik voel me nog altijd kind’, ‘Ik zou nu gelukkig kunnen sterven’ en ‘Mijn leven wordt leuker naarmate ik ouder word’. Vervolgens kiezen de deelnemers of hun verhaal getoond mag worden aan de buitenkanten van de ‘biechthokjes’ en of ze hun reflecties willen delen voor wetenschappelijk onderzoek. Antwoord je ‘ja’ op dat laatste, dan komt jouw geanonimiseerde bijdrage terecht bij Neerlandistiek-student Anne Eleveld, stagiair bij het Meertens Instituut.
Identiteit
De dataverzameling is nog in volle gang, maar Eleveld heeft al wel een eerste blik kunnen werpen over de inzendingen van de NEMO-bezoekers. Ze hoopt door deze te analyseren een betere indruk te krijgen hoe we praten over veroudering, leven en dood. “Met de manier waarop we praten, de woorden die we kiezen en de verhalen die we vertellen, laten we namelijk zien wie we zijn.” Zo lijkt gelukkig leven voor de ene bezoeker te draaien om het nu gelukkig zijn (‘Als geluk een keuze is, fuck it, wees dan gelukkig.’), terwijl het voor een ander gaat om de afwezigheid van stress (‘Ik ben nu nog te veel in mijn hoofd.’)
Eleveld beluistert alle bijdragen die al zijn ingestuurd. Pas als ze opvallende of herhalende bewoordingen tegenkomt, categoriseert ze deze. “Als de bezoekers bijvoorbeeld vooral ‘ik’ gebruiken in hun verhalen, of juist meer ‘je’ of ‘wij’.” Maar ook de taal waarin de bezoekers spreken of veel vallende stiltes kunnen iets over de personen zeggen. “Van tevoren weet je niet welke overeenkomsten je gaat vinden tussen opnames”, aldus Eleveld. “Dat weet je pas als je alles hebt doorgenomen.”
Eufemismen en beeldspraak
Toch had Eleveld al wel wat vermoedens voordat de eerste data binnen waren. “De dood is voor veel mensen een lastig thema. Voor sommigen is het zelfs echt een taboe om erover te praten. Ik kon me voorstellen dat mensen daarom veel eufemismen of beeldspraak zouden gebruiken.” Daarnaast vermoedde de onderzoeker dat mensen zichzelf zouden toespreken. “Dat ze meer moeten sporten of gezonder moeten leven bijvoorbeeld. Of dat ze zichzelf juist geruststellen, dat het wel goed komt.”
Bij het beluisteren kwam dit tot haar verbazing niet terug. Wel zag ze dat de bezoekers bij thema’s als veroudering en voltooid leven niet alleen over zichzelf praatten, maar ook anderen in hun verhaal betrokken. “Er voor je naasten willen zijn bijvoorbeeld, of je kinderen kunnen zien opgroeien.” Ook leeftijdsgroepen in het algemeen en de maatschappij waar we in leven komen in de boodschappen voorbij. “Zo viel het me ook op dat veel mensen ‘oud zijn’ associëren met rust en ‘kind zijn’ met vrijheid. Wat zegt dat dan over hoe we als samenleving kijken naar die periode ertussenin?”
Reflectie
De Channels zijn daarmee niet alleen interessant voor onderzoek, ze zijn ook van grote waarde voor de tentoonstelling, meent Eleveld. “Het valt me op hoe open en emotioneel bepaalde bijdragen zijn. De bezoekers vinden het duidelijk fijn om hun reflecties met elkaar te delen, soms hele levensverhalen.” Anderen hadden er juist moeite mee dat de vragen zo persoonlijk waren, vertelt Eleveld. “Een bezoeker zei letterlijk dat ze het een beetje lastig vond om hier zo over te praten.”
Dat heeft mogelijk niet alleen te maken met het thema, denkt Eleveld. Ook omgevingsfactoren kunnen een grote rol spelen, weet de onderzoekster nog van de vorige tentoonstelling Energy Junkies, waar de bezoekers in Channels hun klimaatzorgen deelden. “Als mensen achterlangs de installaties liepen, of als er twee mensen tegelijkertijd in de cabine zaten, dan zag je dat de bezoekers onder andere humor gebruikten om de zwaarte van het thema te halen.” Ook deze editie zag ze dat de dynamiek verandert als bezoekers samen antwoord geven. “Zo was er een vrouw die zei dat ze gelukkig kon sterven, maar dat meteen terugnam toen de man naast haar aangaf dat hij dat absoluut niet kon.”
Deze nieuwere versie van de installatie heeft daarom al meer rekening gehouden met onbewuste beïnvloedingen. Ook de stellingen waar de bezoekers op kunnen reageren hebben een iets andere insteek. “Het vorige thema was klimaatverandering, wat er mede voor zorgde dat de stellingen wat sturend konden overkomen”, licht Eleveld toe. “Ik kreeg bij het beluisteren het idee dat mensen zich soms wilden verdedigen. De stellingen van deze editie zijn meer gericht op de individuele persoon en diens binnenwereld. “Het is wat filosofischer en heeft daardoor minder snel een goed of fout antwoord.”
Toch gaan de onderzoekers ook deze stellingen waarschijnlijk nog tijdens de looptijd van het onderzoek herformuleren. Naar vragen dit keer, om zo een nieuwe dataset te creëren en daar vergelijkingsonderzoek mee te doen. “Hoe zou je je leven beschrijven als je klaar bent om te sterven?” bijvoorbeeld, in plaats van de stelling dat je nu gelukkig kunt sterven. Eleveld hoopt op die manier uitgebreidere reacties van de bezoekers uit te lokken, om zo een nog completer beeld te krijgen van onze collectieve binnenwerelden en ideeën over het leven en de dood.