Hoe we omgaan met onze ouderen verschilt per cultuur. Onze beelden bij 'oud' zijn overal grofweg hetzelfde, maar de waarden die we daaraan hechten resulteren in een andere bejegening.
Welk woord associeer jij het meest met oude mensen? Is het wijsheid? Ervaring? Of zijn het misschien fragiel, afhankelijk of aftakeling die naar de voorgrond van je brein drijven als je aan iemand van boven de pensioenleeftijd denkt? Niet iedereen heeft dezelfde associatie bij oudere mensen. Cultuur speelt daarin een rol, weet sociaal-cultureel antropologe Jolanda Lindenberg van Leyden Academy Vitality and Ageing.
Beeld bij oud
Het idee dat mensen in oosterse landen een veel positiever beeld hebben van ouderen dan in het westen, zit aardig ingebakken. Toch is dit principe, dat waarschijnlijk zijn oorsprong kent in de confucianistische deugd Xiao ('kinderlijke gehoorzaamheid') minder zwartwit dan dat.
“In onderzoek naar hoe mensen kijken naar bepaalde groepen, worden beelden opgedeeld in twee dimensies: warmte en competentie”, legt Lindenberg uit. “In tegenstelling tot wat veel mensen denken, zie je in onderzoek naar hoe mensen naar ouderen kijken wereldwijd dezelfde soort beelden, ofwel stereotypen terugkomen. Onder competentie vallen bijvoorbeeld afhankelijk, ouderwets en fysieke achteruitgang. In Nederland komen daar ook kwetsbaar, dogmatisch en geklaag bij.” Onder warmte vallen positievere kanten van veroudering. “Daarin zien we woorden als warm, vriendelijk en wijs. Ook zijn er associaties met bijvoorbeeld vrijwilligerswerk, voor de kleinkinderen zorgen, opa en oma, enzovoort.”
— Jolanda Lindenberg
De beelden die mensen van ouderen hebben, verschillen wereldwijd dus niet zoveel. Het verschil zit hem volgens Lindenberg in welke associaties mensen met die beelden hebben, of er meer nadruk ligt op competentie of warmte, en wat er vanuit de maatschappij wat betreft gedrag verwacht wordt. “Als de nadruk in een land of cultuur bijvoorbeeld ligt op competentie, dan komen ouderen er in het algemeen slechter vanaf. Die hebben nou eenmaal te maken met fysieke achteruitgang.”
Voor jezelf zorgen
Een bekend beeld dat mensen bij ouderen hebben is dat ze afhankelijk zijn. “Afhankelijk zijn is niet per se erg”, zegt Lindenberg. “Maar wij hangen er in Nederland veelal een negatief label aan. In andere kringen, culturen of landen kan het acceptabel zijn om afhankelijk te zijn en om hulp te vragen als je ouder bent.” Het zijn culturele en sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen die samen bepalen of die stereotypen negatief of positief gewaardeerd worden. “De beelden zijn misschien hetzelfde, maar de waardering van de beelden kunnen anders zijn.”
Waarom wij in Nederland afhankelijkheid vooral als iets negatiefs zien, zou te maken kunnen hebben met onze protestantse inborst, aldus Lindenberg. “En het hard werken en voor jezelf kunnen zorgen, die daar onderdeel van zijn. Ook zal het te maken hebben met hoe we de maatschappij sinds de jaren zestig zijn gaan inrichten. Van daaruit ‘mag’ afhankelijkheid eigenlijk geen onderdeel meer van ons leven zijn. Ik denk dat mensen in Nederland zijn gaan geloven dat heel lang onafhankelijk zijn heel fijn en belangrijk is.”
Vrienden met je ouders
Ook het gedrag van mensen is ondanks de beelden die overeenkomen niet per se hetzelfde. “Culturen hebben bepaalde waarden en normen die invloed hebben op het gedrag. Neem China, daar zijn er zelfs wetten die voorschrijven dat je respectvol met je ouders en grootouders hoort om te gaan. Die normering is in Nederland heel anders. De relaties tussen generaties zijn hier bijvoorbeeld veel gelijkwaardiger: het is niet vreemd om bevriend te zijn met je ouders.”
Hier komt volgens Lindenberg waarschijnlijk ook het idee vandaan dat men in oosterse landen een positiever beeld heeft van ouderen dan in westerse. “In landen zoals China is het echt een normering dat je je respectvol gedraagt naar ouderen. Hoewel dat gedrag niet direct hetzelfde is als wat mensen denken, creëert dat wel het beeld dat wij hebben van de omgang met ouderen in deze landen.”
Slow living
Het beeld dat mensen van ouderen hebben, staat niet in steen gebeiteld. Toch veranderen zulke beelden volgens Lindenberg niet zomaar. “Groepsbeeld is altijd erg moeilijk te veranderen”, legt ze uit. “Veel mensen zijn zich zelfs niet eens echt bewust van de beelden die ze hebben.” In Nederland zijn er de afgelopen jaren wel stappen gezet die zorgen voor een wat positiever beeld van ouderen. “In de media komen er meer en meer verschillende ouderen in beeld. Dat genuanceerdere beeld helpt. Oók voor de ouderen zelf.” Dat laatste is ook fijn, want de verandering in perceptie ligt ook bij de ouderen zelf, vindt Lindenberg. “Natuurlijk zijn er vervelende kanten aan ouder worden. Maar ouderen mogen wel wat meer laten horen over de mooie kanten ervan. Die zijn er ook.”
“We leven in Nederland nog steeds wel in een leeftijd gesegregeerde maatschappij. Je komt elkaar nog relatief weinig tegen. Dat is zonde, want we weten dat intergenerationeel contact helpt om je beeld te nuanceren. Dan leer je iemand kennen en zie je wat diegene wél kan.” Ouderen hebben vaak overdag hun 'clubs', aldus Lindenberg, jongeren juist ‘s avonds. Ook wonen ouderen en jongeren vaak in andere wijken. “De vraag is hoe we levensritmes meer bij elkaar krijgen, zodat mensen elkaar beter kunnen ontmoeten. Tegenwoordig zijn generaties vrijwel even groot, we moeten er voor elkaar zijn.”
Een hoopvolle trend voor het beeld van ouderen in Nederland is de behoefte bij de jongere generaties aan ‘slow living’. “Deze nieuwe generaties lijken wat anders in het leven te staan. Ze hebben af en toe behoefte aan een ‘langzamer en bewuster leven’. Daarvoor wordt als voorbeeld ook gekeken naar grootouders. Dat biedt wel hoop voor de beeldvorming van oudere mensen: dat zij ook een voorbeeld zijn voor veel waarden die we misschien nu nog niet zo waarderen maar in de toekomst wel.”