Naar de content

‘Het beste van twee werelden combineren’

Hoogleraar Rogier Hoenders wil de geestelijke gezondheidszorg herontwerpen

Een groepje voetballers bij elkaar op het veld in een motivationele omarming.
Een groepje voetballers bij elkaar op het veld in een motivationele omarming.
vfloldenburg via pixabay

Al jaren is de ggz in Nederland te duur en te vol. Volgens bijzonder hoogleraar Rogier Hoenders is het tijd voor een ander plan: eerst aandacht voor leefstijl en zingeving, daarna pas medicaliseren.

29 januari 2025

Toen Rogier Hoenders begon met werken in de ggz kon je nog niet met de euro betalen, van Big Brother en Wie Is De Mol had nog niemand gehoord en Boris Jeltsin was nog president van Rusland. Andere tijden. Maar een constante factor in al die jaren zijn de wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg (ggz), terwijl in deze kwart eeuw de zorgkosten fors toenemen.

Hij schat zelf in dat de situatie alleen maar erger is geworden. Ongelukkig genoeg zijn het júist de mensen met de zwaarste problematiek waar de minste plek voor is. Als psychiater ziet hij in de praktijk hoe mentaal ernstig zieke mensen soms langer dan een jaar op de wachtlijst staan. Dat blijft voor hem een onverteerbaar gegeven, in een welvarend land als Nederland. Vaak gaat het om mensen met meerdere psychische stoornissen, soms gecompliceerd door sociale problemen en moeilijk te behandelen trauma’s uit de kinderjaren.

Psychiater en bijzonder hoogleraar Rogier Hoenders.

Psychiater en bijzonder hoogleraar Rogier Hoenders.

Consortium voor Integrale Zorg en Gezondheid

Er zijn op dit moment een aantal uitdagingen, vooral op het gebied van betaalbaarheid, toegankelijkheid en onderbezetting. Hoenders: “Er staan tienduizenden patiënten op een wachtlijst, er is een grote onderbezetting wat leidt tot overbelasting van ggz-personeel. Door vergrijzing worden mensen steeds ouder en sowieso hebben steeds meer mensen behoefte aan ggz-zorg. Uiteindelijk hebben we een zorgcapaciteit waarmee we zo’n 8 procent van de bevolking zouden kunnen behandelen, terwijl we uit onderzoek weten dat een kwart van de bevolking een zorgvraag heeft op psychisch gebied. Tien jaar geleden was die zorgvraag nog 18 procent, blijkt uit bevolkingsonderzoek. We zien dus aan alle kanten zorgelijke tendensen.”

Hoenders vermoedt dat meerdere factoren bijdragen aan de sterke toename van zorgvragers. “Psychische klachten zijn tegenwoordig beter bespreekbaar en meer geaccepteerd en mensen hebben meer kennis over psychologie, waardoor ze klachten eerder herkennen. Het gebruik van social media, prestatiedruk, een ongezondere leefstijl en ontkerkelijking kunnen ook een rol spelen.”

Het systeem herontwerpen

Het systeem zit zo erg vast, dat er volgens Hoenders niets anders opzit dan ‘herontwerpen’. Sinds oktober 2024 is hij hoogleraar zingeving, leefstijl en geestelijke gezondheidszorg aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij typeert zijn onderzoeksmissie als wetenschapsfilosofisch: het gaat over de balans tussen ziekte wegnemen of onderdrukken aan de ene kant, en de gezondheid (of weerbaarheid) van patiënten vergroten aan de andere. “Het idee is om het beste van twee werelden te combineren.”

Volgens hem zijn we in de ggz ‘te snel geneigd te pathologiseren’. Simpel gezegd: er is een ziekte en die wordt aangepakt via behandeling. “Bij sommige ziektebeelden moet dat; dan is er geen andere keuze. Maar dat geldt niet altijd in de ggz. Wanneer we zorgen dat de basis van een persoon goed is, zal de pathologie veel minder worden of soms zelfs verdwijnen. Tot die basis reken ik zaken als een gezonde leefstijl, betekenisvolle dagbesteding, een dak boven het hoofd, genoeg slaap, een sociaal netwerk, stabiele financiën en zingeving. Het gaat uit van de menselijke veerkracht vergroten, de mens assertiever maken – en daarmee minder afhankelijk van pil en therapeut. De gedachte is dat er zo minder instroom zal zijn richting schaarse, gespecialiseerde en dure zorg.”

Uit onderzoek blijkt dat eenzaamheid evenveel invloed heeft als dagelijks vijftien sigaretten of zes glazen alcohol

Centraal in zijn visie staat de ‘publieke ggz’. Je zou dat het gehele netwerk van zorg kunnen noemen, dat niet onder de formele ggz valt. In dit netwerk kunnen mantelzorgers, wijkteams, schuldhulpverlening, verslavingszorg, buurthuizen, religieuze gemeenschappen, geestelijk verzorgers, sportverenigingen, diëtisten en wijkcentra zitten. “Het belangrijkste van de publieke ggz is preventie: mensen kunnen zelf werken aan hun gezondheid en we wachten niet tot de ziekte is ontstaan”, verduidelijkt Hoenders.

Hij ziet het zo voor zich dat er publieke plekken komen - online en offline - waar mensen informatie krijgen en vaardigheden leren over hoe je omgaat met psychische klachten. “Mentale gezondheidscentra, met digitale bijeenkomsten, lezingen, workshops en online gemeenschappen waar deelnemers met elkaar praten en ervaringen uitwisselen. Dat laatste kan fysiek of laagdrempeliger, via chatgesprekken. Zo’n centrum werkt een beetje als de GGD: als je op reis gaat, dan is de GGD er om je fysiek voor te bereiden en uit te leggen waar je aan moet denken.”

In het ideale geval zou mentale gezondheid ook een vak op school zijn, vindt Hoenders. Hij begrijpt niet waarom kinderen op school ‘vooral cognitieve vaardigheden leren’. “Terwijl we weten dat stressregulerende en emotionele vaardigheden veel bepalender zijn voor de gezondheid en het welzijn. Kinderen zouden daarom al heel vroeg moeten leren over emotie- en stressregulatie.”

Een groepje voetballers bij elkaar op het veld in een motivationele omarming.

Deelnemen aan een sportclub is niet alleen goed voor je fysieke gezondheid, maar ook voor je sociale netwerk.

vfloldenburg via pixabay

In de provincie Groningen is Hoenders betrokken bij een project (geïnitieerd door de gemeente Groningen en Lentis) waar zo’n publiek gezondheidsnetwerk wordt uitgerold. Dat gebeurt naar het model Ecosysteem Mentale Gezondheid, ontworpen door hoogleraar psychiatrie en psychiater Jim van Os. “Het idee is om de oude ggz te herontwerpen naar een samenwerkingsnetwerk, waar we de medische, sociale en informele zorg samenbrengen.” In dit netwerk zitten behandelaren en instellingen, maar ook voetbalverenigingen en sportscholen. “Denk je eens in wat een voetbalteam kan doen: je sport buiten in een groene omgeving, wordt fysiek gezonder, het is uitdagend, je hebt een dagbesteding en direct een sociaal netwerk. Uit onderzoek blijkt dat eenzaamheid alleen al evenveel invloed heeft op de levensduur als dagelijks vijftien sigaretten of zes glazen alcohol tot je nemen.”

Geen quick fix

Hoenders is psychiater bij de grote ggz-instelling Lentis, werkte 17 jaar lang als manager van een polikliniek voor ggz-patiënten, leidde jonge psychiaters op en was bij Lentis verantwoordelijk voor een leefstijlproject dat ggz-patiënten en medewerkers helpt gezonder te gaan leven. Hij zag vele zware patiënten, soms suïcidaal. Zouden zij echt geholpen zijn door middenvelder te worden bij de Groninger Voetbalvereniging Groen Geel?

“Voor mensen met ernstige psychische aandoeningen is er geen simpele quick fix: een bipolaire stoornis of psychose verdwijnt niet zomaar en mentale gezondheid hangt af van honderden factoren. Maar ik geloof dat het altijd zinvol is om mensen te helpen gezonder te leven. Wetenschappelijk onderzoek leert ons - en ik zag dit vaak in de praktijk - dat juist bij de groep patiënten met ernstige psychische klachten het bespreken van zingeving heel waardevol is. Daarnaast zag ik mensen met terugkerende depressies, die zonder andere interventies en dankzij mindfullness- of compassietraining herstelden. In een wereld van wachtlijsten is het heel waardevol als mensen met ernstige psychische aandoeningen, naast gespecialiseerde behandeling, zelf kunnen werken aan hun herstel.”

ReactiesReageer