Op 15 maart maken de stemmers op een stuk papier een vakje rood tijdens de Tweede Kamerverkiezingen. Maar waarom gebruiken we eigenlijk nog papier? Is dat niet hopeloos ouderwets in onze samenleving waar je overal internet, computers en tablets vindt? Nee, menen specialisten die de veiligheid van stemcomputers onderzoeken. Al zijn er wel inventieve systemen waarmee je veilig kunt stemmen.
“Het komt inderdaad ouderwets over dat we met potlood stemmen”, zegt Hugo Jonker, universitair docent aan de Open Universiteit en specialist op het gebied van de veiligheid van stemcomputers. “De inzet van stemcomputers heeft een aantal voordelen. Het wordt makkelijker om stemmen te tellen en bovendien kan je dit sneller doen. Die schaalvergroting is handig, maar dat geldt ook voor wie kwaad wil doen. Voor hackers wordt het veel eenvoudiger om een grote aanval te doen op stemcomputers om de uitslag te beïnvloeden.”
En daar zit het grootste pijnpunt van de inzet van stemcomputers. “Bij stemmen op papier is het vrijwel onmogelijk de uitslag te manipuleren zonder dat het direct opvalt”, zegt Jonker. “Iemand kan een overval plegen op een stembureau of iedereen daar omkopen. Maar dan heb je de uitslag van slechts één stembureau veranderd en gaat het om ongeveer duizend stemmen. Die invloed is nihil.”
Manipulatie
De bezorgdheid over stemcomputers komt niet uit de lucht vallen. Onderzoekers lieten al eerder zien dat stemcomputers die werden gebruikt te hacken zijn. “Bij de verkiezingen draait het allemaal om vertrouwen. De verliezer moet accepteren dat hij heeft verloren”, aldus Jonker. Hij wijst op een uitspraak van expert in computerveiligheid Dan Wallach van Rice University in de Verenigde Staten. Wallach zei: “Het doel van verkiezingen is niet om een winnaar aan te wijzen, maar om de verliezers ervan te overtuigen dat ze hebben verloren.”
Wanneer daar twijfel over is, omdat mensen het stemproces niet meer goed kunnen volgen of begrijpen, is dat een probleem. Jonker wijst op de stemmachines die fabrikant Nedap eerder maakte en ook werden toegepast bij verkiezingen. “Daar kwam een bonnetje uit met de uitslag. Wilde je een hertelling, dan drukte je nog een keer op de knop en kwam precies dezelfde uitslag tevoorschijn. Je hebt er geen zicht op wat er dan gebeurt. Bij een stembus kun je vanaf de verzegeling tot de opening en telling zien wat er gebeurt.”
Maar is het met de huidige stand van de technologie misschien toch mogelijk om wel veilig te stemmen met stemcomputers? Computerdeskundige Aiko Pras van de Universiteit Twente oppert een hybride systeem. “Wanneer je stemt, druk je op de knop van een stemmachine”, zegt hij. “Vervolgens wordt een papiertje geprint, dat achter glas zit. Je kijkt of de stem klopt en na goedkeuring valt het papiertje in een verzegelde bak. Op deze manier heb je zowel een fysieke als een digitale stem. Je kunt dan een steekproef houden, stemmen hertellen. Op deze manier is manipulatie vrijwel niet mogelijk.”
Stemgeheim
Deze aanpak lijkt op die van de commissie-Korthals Altes, die in 2007 in opdracht van de overheid de toepassing van stemcomputers onderzocht. In 2013 was er een tweede onderzoek naar elektronisch stemmen van de commissie-Van Beek. Zij presenteerden een alternatief. Daarbij werd gebruik gemaakt van een stemprinter, waarop je via een knop aangeeft welke kandidaat en partij je kiest. Dit apparaat print jouw stembiljet. “De printer slaat de stem niet op en telt ook geen stemmen”, volgens de commissie. Het tellen vindt namelijk pas plaats tijdens het scannen van de stembiljetten. Dit gebeurt door een ander apparaat.
Het zijn interessante opties, volgens onderzoeker cyber risk Wolter Pieters van de TU Delft. Maar hij vraagt zich af of het nodig is. “Je moet ook bij deze systemen de experts vertrouwen. Zij doen de steekproeven en we moeten maar geloven dat de uitslag correct is. Dat valt niet goed uit te leggen”, aldus Pieters. “Bovendien is stemmen in Nederland voor de Tweede Kamer overzichtelijk. Je kruist een kandidaat aan van een partij. Ik kan me voorstellen dat wanneer je veel meer stemmen uit moet brengen, een computer wel wenselijk is. Bijvoorbeeld in de Verenigde Staten, waar je naast de president ook voor lokale verkiezingen een stem uitbrengt.”
Stemmen via een computer is ook zo ingewikkeld vanwege het stemgeheim. Er mag geen directe link zijn tussen de stemmer en wat hij of zij gestemd heeft. “Je kunt het vergelijken met internetbankieren. Je krijgt dan online het resultaat te zien op basis van je transacties. Je kunt alles narekenen”, zegt Pieters. “Er zit een controleerbaarheid in. Dat is niet zo bij stemmen voor verkiezingen. Je hebt alleen controle als je weet dat Jan of Marie op een bepaalde partij heeft gestemd, maar die informatie mag je niet hebben vanwege het stemgeheim. Het is heel lastig om een goede methode te maken, die toch kan controleren of de uitslag klopt.”
Modebewust
Stemmen met papier en potlood blijft de beste optie, volgens Pieters en Jonker. Ze pleiten beiden voor openheid. “Zet de resultaten van alle stembureaus online, overzichtelijk op een website. Dan kan iedereen narekenen of de uitslag klopt. Dat wekt vertrouwen en het gaat fraude tegen. Onlangs was er ook ophef over het tellen. Stemmen doen we op papier, maar mag je wel een computer gebruiken om de totale resultaten van stembureaus op te tellen? Door de resultaten van de stembureaus direct openbaar te maken, kan iedereen meekijken”, zegt Pieters.
En tja, vraagt Jonker zich af, stemmen op papier voelt dan wel ouderwets, maar is dat belangrijk? “Als je kleren koopt is het misschien belangrijk dat je geen ouderwetse broek aanschaft, maar bij de manier van stemmen doet het er toch niet toe of het ouderwets of modern is? Stel dat je een huis koopt van twee ton. Dan is er niks mis mee om ouderwets een handtekening te zetten als je zeker weet dat alles daarmee geregeld is.”