Naar de content

Waarom je horoscoop altijd klopt

Het is echt waar: ook in 2010 zijn de sterren weer van invloed op ons leven. Alleen heeft dit niets te maken met de magische kracht van planeten. Het komt door de manier waarop ons brein omgaat met de algemene voorspellingen in een horoscoop.

16 december 2009

Voor de Watermannen onder ons voorspellen de jaarhoroscopen voor 2010 weinig goeds. “Doorgewinterde liefdesparen zouden wel eens een crisis kunnen doormaken,” schrijft mannenmodeblad Adversus. Het kleine boekje ‘2010: je horoscoop van dag tot dag’ begint ook al niet erg vrolijk: “Het jaar is nog geen dag oud en je twijfelt nu al aan al die goede voornemens.” Verderop wordt het niet veel beter. Op 12 januari raken de Watermannen de controle kwijt, op 18 maart raakt ons liefdesleven (Adversus zei het al) in het slop. Pas op 11 april gloort er hoop aan de horizon: iemand van het andere geslacht probeert onze aandacht te trekken. Helaas staat er ook gelijk bij dat we niet geïnteresseerd zijn. Jammer.

Het lijkt erop dat Watermannen komend jaar maar beter in bed kunnen blijven. Of is dat te voorbarig?. Hebben de sterren (of, accurater: de planeten) eigenlijk wel iets te zeggen over ons leven? Het antwoord is: ja en nee. Nee, omdat de voorspellingen in horoscopen eigenlijk nooit precies uitkomen. Ja, omdat veruit de meeste mensen het gevoel hebben dat astrologie toch iets zegt over wie ze zijn en bovendien in staat blijkt ons karakter te vormen op een nogal onverwachte manier.

Sterretje, sterretje aan de wand

In de astrologie worden zes sterrenbeelden (Boogschutter, Tweelingen, Leeuw, Weegschaal, Waterman, Ram) geassocieerd met extraversie, en de andere zes (Stier, Kreeft, Maagd, Schorpioen, Steenbok, Vissen) met introversie. Dat is handig, moet professor Hans Eysenck gedacht hebben, want als ik nu de persoonlijkheid van 2000 mensen test én ze naar hun sterrenbeeld vraag, dan kan ik erachter komen of dit astrologische dogma ook echt klopt.

De sceptische Eysenck had er zelf geen grote verwachtingen van, maar de gerenommeerd Brits astroloog Jeff Mayo wilde wel meewerken en stuurde de test naar zijn studenten. De resultaten waren in Eysencks ogen verbijsterend: de Boogschutters en co waren inderdaad merkbaar extraverter dan de rustige sterrenbeelden. Het astrologisch blad Phenomena juichte dat dit toch een wetenschappelijke doorbraak voor de sterrenlezerij betrof. En Eysenck bleef achter met een knagend gevoel dat er iets niet klopte.

Na een tijdje had hij het: de studenten van Mayo waren natuurlijk allemaal op de hoogte geweest van hun sterrenbeeld, en de karaktereigenschappen die daarbij horen waren hen – als astrologiestudenten – bekend. Zou het kunnen dat ze hun persoonlijkheid als het ware hadden gevormd naar hun dierenriemteken? Om dit te toetsen, snorde Eysenck 1000 onwetende kinderen op en gaf ze dezelfde test. Het verband tussen sterrenbeeld en karakter verdween. Om absoluut zeker van zijn zaak te zijn – misschien hadden de sterren pas echt goed grip op je als je volwassen werd – nam hij de test ook nog eens af bij volwassenen. Deze keer vroeg hij ze echter ook om erbij te vertellen hoeveel ze van astrologie wisten. Eysencks idee werd bevestigd: alleen bij de dierenriemkenners kwamen sterrenbeeld en persoonlijkheid overeen. Niet de planeten, maar hun geloof in de astrologische stereotypen had gefungeerd als een mal voor hun karakter.

Deze horoscoop klopt precies

Maar dat is niet het hele verhaal. Er is nog een reden waarom horoscopen eigenlijk altijd kloppen. En om daar achter te komen wat dat is, herhalen we nu het experiment dat Bertram Forer aan het eind van de jaren ’40 al bij zijn studenten deed. Hieronder vind je een karakterbeschrijving. Lees het door, en besluit dan voor jezelf hoe goed het op jouw persoonlijkheid slaat door de beschrijving een cijfer de geven van 1 (slaat niet op mij) tot 5 (slaat precies op mij).

Je hebt het nodig dat andere mensen je aardig vinden en bewonderen, maar toch ben je kritisch op jezelf. Hoewel je enkele persoonlijke zwakheden hebt, lukt het je doorgaans aardig om daarvoor te compenseren. Je bezit aanzienlijke ongebruikte capaciteiten die je nog niet in je eigen voordeel hebt ingezet. Aan de buitenkant lijk je gedisciplineerd en in controle over jezelf, maar van binnen ben je zorgelijk en onzeker. Soms twijfel je serieus of je het wel goed hebt gedaan, en of je wel de juiste beslissing hebt genomen. Je hebt het liefst een bepaalde hoeveelheid verandering en variatie in je leven, en wordt ontevreden als je wordt beperkt. Je schept er trots in dat je een onafhankelijke denker bent, en je gaat niet zomaar zonder bewijs af op wat anderen beweren. Toch heb je ontdekt dat het niet slim is om te open te zijn naar anderen. De ene keer ben je extravert, vriendelijk en sociaal, terwijl je de andere keer introvert, moe en gereserveerd bent. Sommige van je dromen zijn nogal onrealistisch. Zekerheid is een van de belangrijkste doelen in je leven.

Forer maakte deze beschrijving door tien willekeurige zinnen uit een astrologieboek achter elkaar te zetten. Hij gaf hem aan al zijn studenten – zonder het te weten kreeg elke student dus precies dezelfde tekst te lezen. Aan het eind ontdekte hij, tot zijn verbazing, dat maar liefst 87% de beschrijving een 4 of een 5 had gegeven. Bijna iedereen herkende zich in dit astrologische stukje tekst.

Het Forer-effect

Het experiment is ondertussen zovaak – en met vergelijkbare resultaten – herhaald, dat psychologen van het verschijnsel hebben vernoemd naar zijn ontdekker: het Forer-effect (soms ook: Barnum-effect). Niet alleen astrologische karakterbeschrijvingen maar ook dag- en jaarhoroscopen maken er handig gebruik van. Het is verwant aan cold reading: een techniek die mediums gebruiken om waarzeggingen te doen.

Het enige wat ervoor nodig is, is een tamelijk algemene omschrijving, en je brein maakt er automatisch iets van dat persoonlijk relevant is. Zodra je het woord ‘extravert’ leest, denk je terug aan dat feestje waar je steeds zo goed op dreef was. Maar als je ‘moe’ ziet staan, dwalen je gedachten naar een ander feestje, waar je bekaf in een hoekje hebt gezeten. Lees je in de krant dat je die dag een “opmerkelijke ontmoeting” hebt gehad, dan schiet je ineens de in het roze geklede dakloze bij de supermarkt te binnen. Waarop je hersenen triomfantelijk concluderen: zie je wel, het klopt precies!

Je brein maakt de klik (niet de sterren)

Dat het echt je brein is, en niet het gesternte, dat voor de ‘klik’ zorgt, blijkt uit een gewiekste test van Michel Gauquelin. Hij stuurde de exacte geboortegevens van Marcel Petiot – een Franse moordenaar die tijdens de Tweede Wereldoorlog mensen had geïnjecteerd met een gif en daarna had toegekeken hoe ze langzaam dood gingen – naar een bedrijf dat met de hulp van een computer naar eigen zeggen zeer accurate horoscopen maakte. Dit is een stukje van hun beschrijving van meneer Petiot: “Hij komt over als iemand die zich voegt naar sociale normen, om fatsoen geeft en een begiftigd is met een moreel gevoel dat je geruststelt – dat van een waardig en rechtschapen burger.”

Geïnspireerd door deze astrologische blunder, besloot Gauquelin zijn eigen bedrijfje op te zetten. Hij stuurde meer dan 150 belangstellenden in heel Frankrijk de omschrijving van Petiot en vroeg hen even te laten weten of hij goed klopte met hun karakter. 94% was uitermate tevreden.

Het succes van astrologie

Er zijn dus twee effecten die van astrologie nog steeds zo’n succes maken: hoe meer je weet van je sterrenbeeld, hoe beter hij bij je gaat passen omdat je ongemerkt je karakter wat aanpast op je dierenriemteken. En ondanks het feit dat horoscopen zelden de toekomst correct voorspellen, kloppen ze voor je gevoel altijd – ook al zijn het je hersenen en niet de planeten die hun invloed op je uitoefenen. Handig om te weten, zeker als een astroloog je voor 2010 een rotjaar voorspelt.

Quirkology

Een klein groepje psychologen houdt bezig met onderzoek naar de, nou ja, pietluttigheden van het leven: naar horoscopen, wat een goede grap is, of hoe je een wave begint in een voetbalstadion. Ze noemen zichzelf quirkologen. Richard Wiseman is de bekendste, en hij schreef er een boek over: ‘: the curious science of everyday lives’. De experimenten uit dit artikel staan er ook in.