Zij heeft het altijd te koud, hij te warm. Gekibbel over de stand van de thermostaat is dan vaak het resultaat. Zeker met de torenhoge energieprijzen van nu. Hoe komt het dat vrouwen het eerder koud hebben dan mannen?
Of het nu thuis is of op kantoor: vrouwen hebben het vaker koud. En nee, ze stellen zich niet aan. Meerdere onderzoeken laten zien dat vrouwen het daadwerkelijk sneller koud hebben dan mannen. NEMO kennislink zoekt uit waar dit verschil vandaan komt.
De interne kachel
Over het algemeen produceren vrouwen van nature minder warmte dan mannen, vertelt Wouter van Marken Lichtenbelt, hoogleraar Ecologische Energetica en Gezondheid aan de Maastricht University. Dit komt doordat de lichaamssamenstelling van mannen en vrouwen verschilt. Zo bevat een vrouwenlijf doorgaans wat meer vet en wat minder spieren dan een mannenlijf. Kortom: hun vetvrije massa is lager. “Het zijn juist de vetvrije delen, met name de spieren en organen, die de meeste warmte produceren in je lichaam. Hierdoor hebben vrouwen naar verhouding een wat kleinere interne kachel”, legt de hoogleraar uit. Hetzelfde geldt voor ouderen.
Daarnaast hebben vrouwen, in vergelijking met mannen, een net wat hogere kerntemperatuur. Dat is de temperatuur binnen in je romp én de hersenen. Gemiddeld genomen is deze bij vrouwen zo’n 0,3 graad hoger. Dat lijkt weinig, maar hierdoor zijn ze wat gevoeliger voor kou en gaan vrouwen bijvoorbeeld eerder rillen om op te warmen. “Ook zien we dat de bloedvaten zich bij vrouwen eerder vernauwen”, zegt Van Marken Lichtenbelt. Als je bloedvaten samentrekken, gaat er minder bloed naar de huid en de uiteindes van je lichaam om je interne temperatuur op peil te houden. Het gevolg? De ijskoude handen en voeten waar veel vrouwen last van hebben.
Menstruatiecyclus
Verder maakt het uit in welke fase van de menstruatiecyclus vrouwen zich bevinden. Zo zijn vrouwen tijdens de menstruatie zelf op hun koudst. Sommige hormonen, oestrogeen bijvoorbeeld, zorgen er namelijk voor dat bloedvaten zich extra vernauwen. Hierdoor zijn vrouwen soms wel een hele graad koeler dan normaal. “Tijdens ons onderzoek naar hoe een warme of koude omgeving de stofwisseling beïnvloedt, moeten we daar echt rekening mee houden”, vertelt Van Marken Lichtenbelt.
Naast je biologische geslacht en leeftijd speelt ook je figuur een rol als het op warmteregulatie aankomt, stelt hoogleraar thermofysiologie Hein Daanen van de VU Amsterdam. Eerder legde hij al aan NEMO Kennislink uit waarom de één beter tegen hitte kan dan de ander. Zo bepaalt de oppervlakte-volume-verhouding sterk hoe snel je warmte verliest. “Iemand die klein en rond is, heeft een relatief klein huidoppervlak vergeleken met zijn of haar inhoud en blijft daardoor lang warm. Bij iemand die lang en mager is, geldt het tegenovergestelde.”
Zo gek is die strijd om de verwarming dus niet. De één heeft het nu eenmaal veel sneller koud dan de ander en een vrouwenlichaam helpt daar niet bij. Is daarmee de eindeloze discussie over de thermostaat afgelopen? Waarschijnlijk niet. Met de huidige problemen in Rusland en Oekraïne zijn er genoeg redenen te bedenken om de verwarming toch wat lager te zetten. In elk geval deze winter. Gelukkig kan vrijwel iedereen daar, na een paar dagen, aan wennen volgens Van Marken Lichtenbelt (zie kader). En zo niet kom je met thee, een dikke trui, wollen sokken en warme dekentjes ook een heel eind.