Bij de overgang denk je waarschijnlijk al gauw aan een vrouw van middelbare leeftijd. Maar sommige vrouwen gaan al veel eerder in de overgang. “Dat is heel pijnlijk als je een kinderwens hebt.”
Halverwege haar twintigste besluit Willeke Dikland (41) samen met haar man dat ze wil proberen om zwanger te raken. Na drie jaar proberen is het nog niet gelukt, en ook de vruchtbaarheidsbehandelingen die volgen slaan niet aan. “Artsen konden niet verklaren waarom het niet lukte”, vertelt Dikland. Totdat een arts op haar dertigste opperde dat ze mogelijk al in de overgang was. “Ik wist niet wat ik hoorde. De overgang is alleen iets voor oude vrouwen, dacht ik toen.”
De definitieve diagnose volgde vier jaar later. Toen bloedonderzoek uitwees dat haar hormoonlevels afwijkend waren. Dikland was vervroegd in de overgang. “Ik weet niet meer of mij niet eerder een bloedonderzoek is aangeboden, of dat ik dat in eerste instantie niet wilde. Het was zo’n grote mentale klap. Ik zou nooit zwanger worden.”
Proces van rouw
Het merendeel van de vrouwen gaat tussen de 45 en 55 jaar in de overgang. Wanneer vrouwen al vóór hun veertigste in de overgang komen, zijn zij vervroegd in de overgang. Dit heet ook wel premature ovariële insufficiëntie (POI). Gynaecoloog Yvonne Louwers werkt binnen het Erasmus MC op een polikliniek speciaal voor vrouwen met POI. Volgens haar gaat ongeveer 1 op de 100 vrouwen voor haar veertigste in de overgang, 1 op de 1000 voor haar dertigste, en 1 op de 10.000 voor haar twintigste.
Al op zeer jonge leeftijd in de overgang gaan is redelijk zeldzaam. Maar als het je overkomt, heeft het vaak een grote impact op je leven en gevolgen voor je gezondheid. Louwers: “Vaak komen vrouwen erachter dat ze vervroegd in de overgang zijn op het moment dat ze een actieve kinderwens hebben. En krijgen dan te horen dat ze niet meer vruchtbaar zijn. Dat is moeilijk te verwerken. Een proces van rouw.”
Door de impact die de overgang heeft op jonge vrouwen, draait Louwers haar spreekuur samen met een psycholoog. “We werken met meerdere specialisten samen om zo’n compleet mogelijke zorg te bieden en vrouwen optimaal te kunnen ondersteunen.” Zo’n samenwerking is nog lang niet in alle ziekenhuizen standaard.
Moeilijk bespreekbaar
De diagnose POI gaat volgens Louwers vaak gepaard met gevoelens van eenzaamheid. Dat komt deels doordat er op jonge leeftijd maar weinig leeftijdsgenoten zijn die hetzelfde meemaken. Maar ook omdat er veel onwetendheid is over de overgang op jonge leeftijd. “Dat maakt het een moeilijk onderwerp om te bespreken.”
Ook Dikland had niemand om mee te bespreken wat zij doormaakte. “Niemand in mijn omgeving maakte hetzelfde mee. Bovendien kon ik zelf niet verwoorden wat ik voelde.” Ze kreeg rondom haar vruchtbaarheidsbehandelingen geen psychologische hulp aangeboden. En ook met haar partner was het een lastig onderwerp om te bespreken. “Hij zei dat hij bij mij zou blijven. Maar ik dacht alleen maar: Dat zeg je nu wel, maar misschien zoek je later alsnog een vrouw die wel ‘werkt’.”
— Willeke DiklandIk dacht dat ik een burn-out had, maar die klachten kwamen waarschijnlijk door de overgang
Dikland en haar man verwerken de diagnose allebei op hun eigen manier. “Het kostte tijd om ons leven opnieuw in te richten, maar we zijn nog altijd samen.” Ze hebben overwogen om op een andere manier hun kinderwens in vervulling te laten gaan. Door eiceldonatie, adoptie of pleegkinderen. Maar besloten dit niet te doen. “We waren al jarenlang bezig en kregen steeds weer zware klappen te verduren. We waren mentaal en emotioneel op en konden zo niet langer doorgaan.”
Burn-out
De klachten als je al jong in de overgang gaat, zijn volgens Louwers hetzelfde als op oudere leeftijd. Alleen worden ze dan vaak minder snel herkend. “Overgangsklachten kunnen veel overeenkomsten hebben met de klachten van bijvoorbeeld een burn-out. Denk bijvoorbeeld aan slecht slapen, kort lontje, en stemmingswisselingen.”
Achteraf denkt Dikland dat ze begin haar twintigste al overgangsklachten had. Ze had toen last van hevige, stekende hoofdpijnen en voelde zich uitgeput. Ze was toen net gestart met een met een fulltimebaan in het onderwijs. “Na een jaar of twee was ik helemaal opgebrand. Ik dacht toen dat ik een burn-out had, maar die klachten kwamen waarschijnlijk door de overgang.”
Met haar klachten gaat het inmiddels een stuk beter. Zeker sinds ze hormoonvervangende therapie krijgt. Wel heeft ze nog last van brainfog, verminderde energie en af en toe een opvlieger. “Ik heb mezelf aangeleerd om alles op te schrijven, zodat ik het niet vergeet. Ook verdeel ik mijn energie nu beter, en plan ik niet te veel op één dag. Een fulltimebaan zit er voor mij niet meer in.”
Iets te kiezen
Vrouwen die op jonge leeftijd in de overgang gaan krijgen vrijwel altijd hormoonvervangende therapie. Dat helpt om allerlei gezondheidsproblemen te voorkomen. Louwers: “Het hormoon oestrogeen – dat tijdens de overgang sterk daalt – is betrokken bij allerlei processen in je lichaam. Als dit niet wordt aangevuld, dan hebben jonge vrouwen een verhoogd risico op broze botten, hart- en vaatziekten, en andere gezondheidsproblemen.”
Dikland begon op haar 34e met hormoonvervangende therapie, toen haar diagnose definitief was. Hoewel ze zelf in Friesland woont, belandde ze hiervoor uiteindelijk bij een vrouwenkliniek in het zuiden van het land. Daar kreeg ze uitleg over de verschillende hormoonvervangende therapieën die beschikbaar zijn, én uitleg over het belang van een gezonde leefstijl. “Daarvoor had ik geen idee dat je als vrouw in de overgang iets te kiezen had.”
Feest der herkenning
De meerderheid van de mensen weet niet dat vrouwen al op jonge leeftijd in de overgang kunnen gaan. Ook fotograaf Jacqueline van den Heuvel was totaal verrast, toen jonge vrouwen zich meldden voor een fotoboek over de overgang. Om meer aandacht te vragen voor POI richtte Van den Heuvel in 2022 het platform Leven met POI op. Met als doel: uitgroeien tot hét platform waar lotgenoten, naasten en professionals samen kunnen komen.
Via het platform kunnen jonge vrouwen hun eigen ervaringen delen, vragen stellen en in contact komen met lotgenoten. Ook zet het platform zich in om meer aandacht te krijgen voor POI. Louwers: “Ik ben blij met initiatieven die de aandacht voor POI vergroten. Hoe meer mensen er bekend mee zijn, hoe makkelijker vrouwen die ermee te maken krijgen erover kunnen praten.”
— Willeke DiklandEr zijn in elke stad en regio zoveel vrouwen die dit meemaken
Ook Dikland juicht dergelijke initiatieven toe. Zelf organiseert ze momenteel bijeenkomsten voor vrouwen met POI, waaronder lunches. Dat zijn volgens haar bijzondere ontmoetingen. “Het is een plek om ervaringen te delen met gelijkgestemden. Een feest der herkenning. Waar mensen open durven te praten over hoe ze alles ervaren, en tegelijkertijd kunnen lachen om elkaars verhalen over ongemakkelijke situaties.”
De mensen die zich hiervoor aanmelden komen uit heel Nederland. “Ik ben blij dat ik vrouwen op deze manier fysiek met elkaar in contact kan brengen. Tegelijkertijd hoop ik dat deze vrouwen in de toekomst gemakkelijk met gelijkgestemden in contact komen. Want er zijn in elke stad en regio zoveel vrouwen die dit meemaken.”
Toekomstwensen
Naast meer bekendheid voor POI, hopen Dikland en Louwers dat er meer verandert voor deze vrouwen. Dikland: “Psychologische hulp zou standaard onderdeel moeten zijn voor vrouwen die vruchtbaarheidbehandelingen krijgen. Dat is altijd een zeer intensief en stressvol proces.” Louwers ziet daarnaast graag meer onderzoek naar hoe men vrouwen met POI beter kan ondersteunen. Door aanpassingen in hun leefstijl, én betere vruchtbaarheidsbehandelingen. “We kunnen vrouwen met POI die een kinderwens hebben, nu weinig bieden. Het zou mooi zijn als daar verandering in komt.”
Op basis van haar eigen ervaringen ziet Dikland ook graag aanpassingen in welke zorg vergoed wordt. Zelf koos ze voor bio-identieke hormonen. “Daar voel ik mij het beste bij. Alleen worden ze niet volledig vergoed door de zorgverzekeraar. Dat geldt ook voor de consulten bij de vrouwenkliniek, terwijl het eerstelijnszorg is. Dat moet echt anders.”