Het nadeel van fossiele brandstoffen is dat ze klimaatverandering veroorzaken. Dat heeft ‘iets’ te maken met CO2. Maar hoe zit het nou precies? Een complex probleem uitgelegd in vijf vragen.
Door de stijgende zeespiegel hebben we straks ‘Amersfoort aan Zee’. Het is een bekende uitspraak om de dreiging van de klimaatcrisis invoelbaar te maken. Dagelijks zien, horen en lezen we hoe de leefbaarheid van onze planeet onder druk komt te staan. En daar heeft iedereen ideeën en meningen over.
Waar het bij de klimaatcrisis precies om gaat kun je pas begrijpen als je kennis hebt van de natuurwetenschappelijke achtergronden, zegt auteur en scheikundige Roel Grit. Hij schreef daarom het boek ‘Wetenschap is geen mening – klimaat, energie en stikstof uitgelegd’. Terug naar de basis. Om van daaruit het grotere plaatje (weer) te kunnen zien. Waarom warmt de aarde op en hoe weten we dat? Vijf vragen, met antwoorden uit ‘Wetenschap is geen mening’.
1. Wat is het probleem met fossiele brandstoffen?
Mensen gebruiken aardolie, aardgas en steenkool voor de opwekking van energie. Deze brandstoffen zijn driehonderd miljoen jaar geleden ontstaan uit afgestorven planten en plankton. Ze zijn rijk aan koolstof. Door ze te verbranden, bijvoorbeeld in de motor van een auto, reageert de koolstof met zuurstof uit de lucht. Hierbij ontstaat koolstofdioxide (CO2). Dit gas komt van nature voor in de lucht. Dat is maar goed ook, zonder CO2 zou het steenkoud zijn op aarde. CO2 werkt namelijk als een natuurlijk broeikasgas, wat ervoor zorgt dat de aarde opwarmt. Op het moment dat er teveel van in de lucht komt, wordt CO2 een probleem.
2. Hoe werkt een broeikasgas?
Een deel van het zonlicht dat de aarde bereikt wordt opgenomen door het oppervlak, waardoor de aarde opwarmt. Een ander deel wordt teruggekaatst de ruimte in, wat de aarde doet afkoelen. Als de totale in- en uitstraling over lange tijd gemiddeld hetzelfde zijn, blijft de gemiddelde temperatuur op aarde dat ook. Maar een teveel aan broeikasgassen als CO2 verstoort dit proces. Broeikasgassen in de atmosfeer nemen de teruggekaatste warmtestraling op en verstrooien die. Een deel van de zonnewarmte komt dan weer terug naar het aardoppervlak. Broeikasgassen zorgen zo voor extra opwarming van de aarde.
3. Hoe beïnvloeden broeikasgassen het klimaat?
Bij een gehalte van 0,03 procent CO2 hebben we een ‘natuurlijk’ broeikaseffect. Maar doordat de mens zoveel broeikasgassen uitstoot – naast CO2 ook methaan en lachgas – raakt het evenwicht tussen afkoeling en opwarming van de aarde verstoord. Momenteel zit er 0,042 procent CO2 in de atmosfeer. De toename van het CO2-gehalte in de atmosfeer is de belangrijkste oorzaak van de opwarming van de aarde. De opwarming zorgt nu al voor wereldwijde klimaatveranderingen, zoals veranderingen in plaatselijke neerslag, onstuimiger weer, plaatselijke droogte en woestijnvorming.
4. Hoe weten wetenschappers dat de aarde opwarmt?
Wetenschappers meten sinds 140 jaar op verschillende plaatsen de temperaturen op aarde. Uit deze metingen hebben zij een gemiddelde luchttemperatuur van de atmosfeer berekend. Het verloop van de temperatuur gaat tussen 1880 en 2020 wat op en neer, maar er is een duidelijke trend zichtbaar. Hieruit blijkt dat de gemiddelde temperatuur op aarde sinds 1900 is gestegen met 1,2 graad Celsius. Dat klinkt weinig, maar een paar graden hoger geeft op termijn een heel ander klimaat. Ga maar na. De gemiddelde aardse temperatuur was 20.000 jaar geleden tijdens de laatste ijstijd 8 graden, ‘slechts’ 6 graden lager dan nu. Toch waren het noorden van Europa en Noord-Europa volledig bedekt met ijs en was het daar stervenskoud.
5. Wat zijn de gevolgen van opwarming?
Een opwarmende aarde heeft allerlei mogelijke gevolgen, zoals extremer weer, doordat de temperatuurverschillen op aarde groter worden. Denk aan hevige regen, hagel- en onweersbuien, stormen, orkanen, hittegolven. En als gletsjers uit de Himalaya, de Alpen, Rocky Mountains en het Andesgebergte smelten, komt de drinkwatervoorziening voor grote delen van de wereld in gevaar. Stijgt het zeewater, dan krijgen laagliggende gebieden als Nederland problemen. Voor ander leven op de planeet is het ook geen pretje: warmer zeewater leidt bijvoorbeeld tot sterfte onder vissen.
Maak kennis met broeikasgassen via onderstaande slideshow