NFT’s, blockchains, Web3, crypto’s, DAO’s, decentralisatie, tokens en wallets. Begint het al te duizelen? Redacteur Krijn Soeteman legt in de rubriek ‘Wegwebwijzer’ uit wat al deze termen inhouden, wat ze beloven en of ze die beloftes waarmaken.
Mijn eerste NFT (non-fungible token) was een echte ouderwetse CryptoKitty. Ik kocht het virtuele huisdier eind 2017 en betaalde omgerekend zo’n 11 euro voor het plaatje. Best een hoop geld voor een afbeelding! Toch hadden die CryptoKitties iets wat andere digitale plaatjes niet hadden: je kon ze echt bezitten én ze konden zich digitaal voortplanten om nieuwe kittens te ‘maken’. Uiteraard kon je de katjes ook weer verkopen via een veilingsysteem aan andere liefhebbers. Dat leverde soms zelfs geld op.
Zo vond ik CryptoKitties best een grappige game op de zogeheten Ethereum-blockchain. In die blockchain kun je precies terugvinden wat er sinds het begin allemaal met die katjes gebeurt. Zo kwam mijn eerste CryptoKitty op het moment van schrijven 1963 dagen en 6 uur geleden ter wereld. Toen ik de kitten kocht, liep ik al best een tijdje rond in de zogenoemde blockchainwereld. Maar snapte ik precies hoe het allemaal werkte? Nee. En nu nog zijn er bepaalde zaken waarvan ik denk: ik heb de klok horen luiden, maar waar is de klepel?
Flinke hype
De CryptoKitties zijn onderdeel van de eerste grote game met NFT’s. Om te weten waarom sommige mensen daar zo enthousiast over werden en soms nog steeds zijn, moet je weten hoe blockchains en een aantal andere technische zaken in elkaar zitten. Heel simpel gezegd is een blockchain een database die op zo’n manier in elkaar gezet is dat het heel erg moeilijk of zelfs onmogelijk is om iets te veranderen. Alleen mensen met de juiste sleutel kunnen iets doen met de digitale spulletjes op zo’n blockchain. Dus míjn CryptoKitty, daar kan alleen ik met de juiste sleutel iets mee.
Pas in februari 2021, na een jaar coronapandemie, maakte het grote publiek kennis met NFT’s. De plaatjes werden een enorme hype nadat een online kunstwerk via het traditionele veilinghuis Christie’s voor 69 miljoen dollar werd geveild. Iedereen dook erop. De meeste mensen betaalden vooral te veel voor hun ‘kunst’werkjes en de hype doofde uit.
Toch leken en lijken NFT’s een blijvertje. Hetzelfde geldt voor blockchains. Beide termen hoor je vaak in combinatie met de term ‘Web3’. En vaak volgen in dezelfde zin woorden als crypto’s, DAO’s, decentralisatie, tokens en wallets – of nog obscuurdere termen, zoals consensus of dApps. Alle begrippen hebben met elkaar te maken en als je het ene wilt uitleggen, moet je eigenlijk al weten wat het andere betekent. In de rubriek ‘Wegwebwijzer’ gaat NEMO Kennislink uitleggen wat al deze termen inhouden. Wat beloven ze? En maken ze die beloftes waar?
Ouderwets gestolen
Even terug naar onze gezellige katjes. Hoe kun je mijn CryptoKitty nou zien? Simpel: ik stuur je een link naar mijn Ethereum-adres en dan zie je daar mijn katje. En ook wat andere dingen. Je kunt naar de plaatjes kijken, maar je kunt er niets mee doen. Alleen ik, met mijn wallet met daarin de juiste sleutel, kan iets met mijn katje. Niemand anders op het hele internet kan iets doen met mijn spulletjes die zijn gekoppeld aan mijn digitale portemonnee. Nou ja, tenzij die ouderwets wordt gestolen.
De CryptoKitty die je bij dit artikel ziet, is overigens willekeurig gekozen. Waarom dat zo is? Om een klein tipje van de sluier op te lichten: als je mijn adres kent, kun je alles van me zien. Hoe dat werkt? Dat kom je via deze rubriek te weten!