'The Substance' bevat zulke schokkende scenes, dat bezoekers misselijk zijn weggelopen. Maar achter deze 'bodyhorror' zit een kritische kijk op onze obsessie met schoonheidsidealen en de diepgewortelde angst voor veroudering.
Klodders vet die in het rond vliegen wanneer iemand hongerig een stuk vlees van een kippenvleugel scheurt, close-ups van injectienaalden waarmee vocht uit de ruggengraat wordt gewonnen of een knie die met het geluid van brekende botten uit het slot knakt. Het is slechts een greep uit de vele gruwelijke scenes in de recent verschenen film 'The Substance', waarin actrice Elisabeth Sparkle (Demi Moore) tot het uiterste gaat om maar niet ouder te hoeven worden.
De film zou zo ranzig zijn dat bezoekers onwel werden in de bioscoopzalen. Er zouden zelfs bezoekers zijn flauwgevallen. Maar in die ranzigheid zit ook de kracht van deze film. 'The Substance' confronteert ons keihard met onze eigen angst voor ouder worden en toont ons een absurd horrorscenario.
De angst om ouder te worden, met name die van vrouwen, zit maatschappelijk diepgeworteld. Kijk alleen al naar de miljarden die omgaan in verjongingskuren in de schoonheidsindustrie of het feit dat sterren van ‘een zekere leeftijd’ maar beperkt het witte doek of de beeldbuis sieren. De angst voor ouder worden heeft zelfs een klinische naam: gerontofobie.
Grenzen oprekken
Regisseur en bedenker van de film Coralie Fargeat wilde met deze film precies die angst en de absurde uitwegen die we daarvoor zoeken, zichtbaar maken. “Het onvermogen te accepteren dat de finish in zicht komt fascineert me. Het zit in onze aard om te proberen het leven op de een of andere manier op te rekken”, vertelde Fargeat tijdens de première van de film op het filmfestival in Cannes.
Dat oprekken gaat in de film heel ver. Als Elizabeth Sparkle (Demi Moore) net na haar vijftigste verjaardag, over de datum wordt verklaard door de producers van haar fitnessshow, laat ze zich verleiden door de mysterieuze substance. Het goedje belooft haar een ‘jongere en betere versie’ van zichzelf. Zonder vragen te stellen besluit ze het gifgroene goedje te injecteren waarna een van de vele heftige scenes uit deze film volgt: Op de kille, klinisch witte badkamervloer stort Sparkle ineen. Haar lijf lijkt te vervormen, of bezeten. En met een geweld en ranzigheid die doen denken aan bodyhorrorfilms zoals de Alien- en Prometheus-films wordt uit de ruggengraat van Sparkle haar jongere en betere zelf geboren.
Sue (Margareth Qualley), zoals de kloon zichzelf doopt, mag zeven dagen van haar jonge lichaam genieten. Daarna moet Sparkle zeven dagen herstellen en zo wisselen de twee fysieke manifestaties van dezelfde vrouw zich af. Dat gaat natuurlijk gruwelijk mis, want Sue raakt verslaafd aan haar eigen succes. Ze overschrijdt het limiet van de zeven dagen steeds vaker en steeds verder, waarmee ze letterlijk het laatste restje jeugdigheid uit haar ‘moeder’ zuigt. Tot er niets anders meer overblijft dan een extreem verouderd lijf dat doet denken aan de heksen uit de verfilming van Roald Dahl’s 'The Witches' of de boze stiefmoeder uit Disney’s 'Sneeuwwitje'. Kortom, een oude vrouw waar je bang voor moet zijn. Een vrouw die afschuw wekt in plaats van ontzag.
Overtuigende cast
De keuze om die rol juist door de ontzagwekkende actrice Demi Moore te laten spelen, versterkt de absurditeit van het verhaal. Moore is bij uitstek een actrice die laat zien dat je met vijftig, of in haar geval 61, nog best een rondje mee kan. Toegegeven, ook Moore zal de nodige hulp van een goedje hier of daar gehad hebben, maar bij lange na niet in de extremen die we soms bij leeftijdsgenoten zien. En nog veel belangrijker, ze laat met deze rol zien dat ze prachtig kan acteren. Met zo’n vrouw als uitgangspunt, wordt extra benadrukt hoe bizar haar verlangen naar verjonging is.
Daar tegenover staat Margareth Qualley die juist iets heel kinderlijks over zich heeft. Hierdoor worden de bijna fetisjistische shots van Sue haar lichaam – een close up van haar billen, een langzame pan van haar nek richting haar decolleté – bijna net zo ongemakkelijk als hetzelfde type shots van de brute en gore handelingen waar het gebruik van ‘The Substance’ mee gepaard gaat.
'The Substance' is bodyhorror in optima forma. Want of het nu een close-up van het geseksualiseerde lijf van Sue of eenzelfde shot van het afgetakelde lichaam van Elisabeth is, Fargeat trekt alles uit de kast om het gevoel van afschuw en ongemak in deze film te benadrukken. De geluidsmix waarin je al het smakken, kauwen, spetteren, knakken, scheuren indringend hoort, doen er nog een schepje bovenop. De kijker moet en zal dezelfde afschuw voor ouderdom voelen die verankerd zit in de twee protagonisten.
Volgens Fargeat was het noodzakelijk dit verhaal juist op deze wijze te vertellen. Volgens haar gaan de opgedrongen onhaalbare schoonheidsidealen ook gepaard met extreem geweld. Door in de film meermaals te benadrukken dat de twee dames een en dezelfde zijn, wordt het pijnlijk duidelijk dat ook de personages in de film vooral zichzelf dit geweld aan doen. De minachting waarmee Sue het lichaam van haar oudere zelf behandelt is feitelijk een soort zelfhaat. Elisabeth is voor Sue vooral iets dat haar in de weg staat. Haar oudere zelf is niet iets, laat staan iemand, dat respect verdient. Het is iets wat niet mag bestaan. En het is smerig. Heel smerig.
In al die absurde smerigheid wordt de kijker een soort lachspiegel voorgehouden. Eerlijk is eerlijk, die angst voor ouder worden is niemand vreemd. Maar het kan je na het zien van deze film ook niet langer meer ontgaan hoe absurd dat eigenlijk is. Het is misschien zelfs nog absurder dat we, vaak zonder vragen te stellen, van alles op en in ons lijf smeren om het onvermijdelijke uit te stellen. Ouder worden is ook in onze maatschappij een horrorscenario geworden en dat is echt belachelijk.