Rijkswaterstaat heeft een nieuw onderzoek ingesteld naar de veiligheid van de Tweede Coentunnel naar aanleiding van de vele ongelukken in de tunnel. Verkeersdeskundigen en -psychologen analyseren de ‘crashtunnel’. Volgens veel automobilisten is de tunnel te nauw en onoverzichtelijk. ‘Er zijn zoveel dingen die afleiden in en rond de tunnel dat er een verhoogde kans op ongevallen ontstaat’, zegt verkeerspsycholoog Raymond Hoogendoorn (TU Delft).
‘Crashtunnel’ en zelfs ‘tunnel des doods’ wordt de Tweede Coentunnel al genoemd. Sinds de opening half mei waren er al 97 ongelukken. Dat is veel meer dan de gemiddeld vier incidenten per week in de eerste Coentunnel. Rijkswaterstaat onderzoekt wat er mis gaat. “Rijkswaterstaat analyseert op dit moment het gedrag van de weggebruikers op basis van onder andere verzameld beeldmateriaal, wegbeeldanalyse en locatiegerichte observatie. Het resultaat van dit onderzoek verwachten we de tweede helft van augustus”, laat een woordvoerder van Rijkswaterstaat weten.
De Tweede Coentunnel is gebouwd om de files van de Eerste Coentunnel te verminderen en met name de bereikbaarheid van Amsterdam en Noord-Holland te verbeteren. De Eerste Coentunnel wordt tot 2014 gerenoveerd, waardoor momenteel alleen de nieuwe tunnel geopend is.
Smalle tunnelbuis
Automobilisten klagen met name over de onoverzichtelijke situatie voor en na de tunnel. Verkeerspsycholoog Raymond Hoogendoorn (TU Delft), die niet aan het onderzoek van Rijkswaterstaat mee werkt, beaamt dat. “Er zijn zoveel dingen die afleiden in en rond de tunnel dat er een verhoogde kans op ongevallen ontstaat. Een tunnel leidt altijd af, omdat we er in Nederland niet vaak in rijden. Daarom is het onverstandig dat de situatie in en rond de Nieuwe Coentunnel nu zo complex is.” RTV Noord-Holland verzamelde al klachten over de tunnel van verontruste verkeersdeelnemers.
Een groot punt van kritiek is de smalle tunnelbuis, waar een vluchtstrook ontbreekt en de auto’s dicht langs de betonnen wand rijden. “De breedte van de rijstrook speelt bij de veiligheid altijd een belangrijke rol. Ik heb testen gedaan met betonnen barrières, die gebruikt worden bij wegwerkzaamheden. Veel automobilisten vinden dat eng. De reactietijden schieten omhoog en een groot deel van de mensen gaat langzamer rijden. Daardoor ontstaat een groter verschil in snelheid dan normaal tussen weggebruikers, waardoor de kans op ongelukken toeneemt.”
Verder schijnen in de tunnel rode lampjes en ook die zorgen voor afleiding volgens automobilisten. “Onderzoek toont aan dat dit soort afleiding een van de voornaamste redenen is voor ongelukken. Bijvoorbeeld doordat de rode lampjes lijken op remlichten. Dat is vergelijkbaar met een ernstig ongeluk op een andere rijstrook. Dan remmen veel automobilisten af. Daardoor volgen ze minder goed de auto voor zich.”
http://www.youtube.com/watch?v=rWaod7kbWqg
Tijdelijke maatregelen
De onoverzichtelijke situatie rond de tunnel zorgt mogelijk ook voor problemen. Voor veel automobilisten is het bijvoorbeeld onduidelijk hoe ze in moeten voegen voor de tunnel. Bovendien klagen ze over een korte invoegstrook en een scherpe bocht buiten de tunnel. “Daarom is het verstandig als de snelheid wordt verlaagd. Zodat de doorstroming in de tunnel beter wordt. Daarnaast moet duidelijker en ver van te voren worden aangegeven waar weggebruikers heen moeten.”
Rijkswaterstaat heeft inmiddels tijdelijke maatregelen genomen. “Nu al zet Rijkswaterstaat de beschikbare middelen in om het verkeer gelijkmatiger door de tunnel te laten stromen. Zoals het doseren met verkeersregelinstallaties, extra monitoren en een tijdelijk ingestelde snelheidsbeperking”, benadrukt een woordvoerder van Rijkswaterstaat.
De grote vraag is wat er structureel gedaan kan worden om de Nieuwe Coentunnel veiliger te maken. Hoogendoorn: “De tunnel verbouwen is uiteraard geen optie meer. Er zijn nu veel factoren die de situatie complex maken. Maar niet allemaal hoeven ze de ongevalkans te vergroten. Uit het onderzoek kan bijvoorbeeld komen dat twee maatregelen voldoende zijn.”