Door genoeg te slapen kun je obesitas en diabetes type II mogelijk voorkómen en misschien zelfs behandelen. Dit stellen Duitse onderzoekers voor, na het doorspitten van een berg wetenschappelijke publicaties die aantoont dat een te korte of verstoorde nachtrust resulteert in een slechter afgesteld metabolisme en minder controle over de drang om te gaan eten.
Genoeg slaap zorgt ervoor dat het brein de stofwisseling efficiënt kan aansturen. Alle organen volgen namelijk het 24-uursritme dat de biologische klok in de hersenen ze oplegt. Maar slaap je structureel te kort of draai je ‘s nachts ploegendiensten, dan raakt de biologische klok in de war en verslapt de stofwisseling. Langzamerhand krijg je overdag minder energie, de hormonen die honger en verzadiging reguleren raken verstoord, en de bloedsuikerspiegel raakt ontregeld. Deze verstoringen kunnen op de lange termijn leiden tot obesitas en diabetes type II – de belangrijkste kenmerken van het metaboolsyndroom, dat het risico op hart- en vaatziekten verhoogt.
Tot deze conclusie kwamen Sebastian Schmidt van de Universiteit van Cambridge en Bernd Schultes van de Tübingen Universiteit, nadat ze honderd studies over de relatie tussen slaap en de stofwisseling hadden doorgespit en samengevat. Er is nu genoeg bewijs dat slaaptekort deze klachten mede veroorzaakt, schreven de Duitse onderzoekers onlangs in het wetenschappelijke tijdschrift The Lancet.
Minder slaap en dikker
Zo beschrijven ze meerdere studies die aantonen dat mensen met een verkorte of verstoorde nachtrust vaker te dik zijn dan mensen die wel goed slapen. Een omvangrijke Britse analyse van ruim 600 duizend deelnemers aan obesitasonderzoek wereldwijd, toont aan dat mensen die minder dan vijf uur per nacht slapen dikker zijn dan mensen die langer dan zeven uur slapen.
Hoe korter de slaapduur, hoe groter de kans op overgewicht: een Amerikaanse studie met ruim 1200 volwassenen en kinderen liet zien dat 22 procent van de normale slapers te dik is, tegen 48 procent van de korte slapers (6-7 uur) en 83 procent van de mensen die onvoldoende (minder dan 6 uur) slaapt. Ook mensen die hun biologische klok proberen te verschuiven zijn niet de gezondste: Fins onderzoek onder ruim 1800 werknemers van een Scandinavische vliegtuigmaatschappij toonde aan dat mensen die ‘s nachts ploegendiensten draaien ruim twee keer zo vaak te dik zijn als de mensen die deze uren overdag maken.
Studies die dit verband onderzochten, vonden dat een slechte nachtrust de aanmaak van hongerhormonen verstoort, waardoor je te veel gaat eten. Al na een paar nachten van minder dan vijf uur slaap gaat de maag meer van het trekhormoon ghreline aanmaken, waarmee het een signaal stuurt naar de hersenen dat zegt: ik wil gevuld worden! Vetcellen gaan juist minder van het verzadigingshormoon leptine uitscheiden, dat normaal gesproken aan de hersenen doorgeeft dat je genoeg hebt gegeten. Maar welke slaapfases of slaapprocessen belangrijk zijn om de balans tussen honger en verzadiging in balans te houden is nog onbekend.
“Ook zijn mensen die te kort of onregelmatig slapen, overdag vaak minder actief. Ze geven daardoor minder energie uit dan ze zouden moeten en worden zo ook dikker,” zegt Marijke Gordijn, slaaponderzoeker en oprichter van Chrono@Work, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Slechte slaap, slechte suikeropname
Het állersterkste verband, zeggen de Duitsers, is nog wel de invloed van een slechte nachtrust op het ontwikkelen van diabetes type II. Al na paar korte nachten kan je lichaam glucose minder goed verbruiken. Dit komt doordat het lichaam minder gevoelig wordt voor insuline, het hormoon dat glucose transporteert naar de vet- en spiercellen.
Het lichaam heeft steeds meer insuline nodig om dezelfde hoeveelheid glucose weg te werken: een kenmerk van diabetes type II. Gordijn: “En als je bloedsuikerspiegel hoog blijft, ga je ook nog eens meer energie opslaan in de vorm van vet en word je dikker. Eten op het verkeerde moment van de biologische klok, door bijvoorbeeld ‘s nachts te werken, veroorzaakt dit effect ook.”
24-uurs maatschappij
Hoe slaap al deze – en hiernaast nog veel andere- stofwisselingsprocessen precies aanstuurt weten we nog niet, zeggen de Duitsers, maar het is duidelijk dát een te korte of een verschoven nachtrust resulteert in een slechter afgesteld metabolisme en minder controle over de drang om te gaan eten. Door mensen aan te raden genoeg te slapen, zouden we obesitas wellicht kunnen voorkomen, en misschien zelfs behandelen.
Gordijn: “Goed slapen is absoluut één van de factoren die kan helpen, en kan vooral verschil maken bij de groep mensen die toch al gevoeliger is voor het ontwikkelen van overgewicht. Bij hen maakt slaaptekort het afvallen net wat lastiger.” Maar hét medicijn tegen obesitas en andere kenmerken van het metaboolsyndroom is een goede nachtrust nou ook weer niet. “Door alleen goed te slapen ga je niet opeens kilo’s afvallen: het moet onderdeel zijn van een gezonde leefstijl.”
Dit veranderen van de leefstijl is nog niet zo makkelijk, zegt Gordijn. “Door de combinatie van eetpatroon én de 24-uursmaatschappij ontstaat het werkelijke probleem. Iedereen zit tot in de nachtelijke uren naar zijn laptop-, iPad- of tv-scherm te staren, gaat laat naar bed en draait misschien zelfs nachtdiensten. Het besef dat langer slaper (en daarmee rust) van belang is voor behoud van een gezond gewicht gaat bijna tegen het gevoel in. Daar moet dus iets aan veranderen.”