De komst van een kind heeft een groot effect op je relatie. Dat ondervond journaliste Jancee Dunn aan den lijve. In ‘Liefde in tijden van luiers’ gaat ze op zoek naar de oplossing om haar huwelijk te redden.
Met de baby wordt een bitch geboren. Zie hier de titel van het eerste hoofdstuk van het boek van Jancee Dunn. De schrijfster heeft een dochter van zes en een huwelijk dat op het punt van instorten staat. Want, zegt Dunn, als je een veeleisende nieuwe partij aan je gezin toevoegt, moet je je relatie opnieuw uitvinden. De baby is een bitch die ineens alle aandacht opeist waardoor je relatie een flinke klap kan krijgen. Het verslag van hoe Dunn en haar man Tom hun relatie opnieuw uitvinden, is opgetekend in dit boek. Samen bezoeken ze verschillende relatie- en sekstherapeuten en leren ze zelfs met behulp van een gijzelingsonderhandelaar van de FBI duidelijker aan elkaar te maken wat ze willen en hoe ze op een gezonde manier problemen op kunnen lossen.
Tussendoor duikt Dunn in het recentste onderzoek naar bijvoorbeeld het effect van ruziemakende ouders op baby’s. Zo beschrijft ze een studie waarin slapende baby’s van zes maanden negatief reageren op oplopende stemverheffing. En laat ze zien wat voor invloed die gebroken nachten hebben. Mensen die regelmatig minder dan zeven uur slapen, functioneren cognitief significant slechter.
Vrouw als projectleider van het huishouden
Ieder hoofdstuk beschrijft een ander probleem; van hun ingestorte seksleven tot aan de troep in huis en het gat dat de dochter in de begroting slaat. Ook staat het vol met resultaten van (veelal Amerikaans) onderzoek. Zo is in Amerika in 40 procent van de gezinnen de moeder tegenwoordig de kostwinner. Maar doen gehuwde moeders nog steeds bijna 3,5 keer zoveel in huis als gehuwde vaders. Waarbij de vrouwen ook nog eens veel onzichtbare taken op zich nemen, zoals de planning. Ze worden daarmee de projectleider van het huishouden. De vrouw bedenkt wat er moet gebeuren, de man helpt mee met de uitvoering. Die onzichtbare taken worden vaak niet eens meegenomen in vragenlijstenonderzoek, zegt Dunn. Wellicht dat de verhouding in taakverdeling dus nog schever is.
Blijkbaar hebben stellen, hoe geëmancipeerd ook, bij de komst van een kind de neiging om in traditionele rolpatronen te vallen. Terwijl, open deur, onderzoek uitwijst dat als mannen een even groot aandeel in de huishoudklussen hebben, hun partner gelukkiger en minder depressiegevoelig is, er minder ruzie wordt gemaakt en minder wordt gescheiden.
Niet op het cadeau plassen
Het boek eindigt met praktische tips en lessen die Dunn van haar zoektocht heeft geleerd. En daar zitten voor jonge ouders, zoals ik zelf, best wel wat bruikbare dingen tussen. Sommige liggen voor de hand, maar kunnen toch nuttig zijn om nog van iemand anders te horen. Veel is herkenbaar. Van ‘Hij kan je gedachten niet lezen. In de verste verte niet’ tot ‘Je hoeft niet altijd de gebroken crackers op te eten’, ‘Voorkom latere ruzies door vooraf de grote opvoedkwesties te bespreken (en niet alleen de leuke, zoals: ‘Nemen we een mobile met eendjes of met konijntjes?’)’, ‘Je kind kan en moet meehelpen’ en ‘Niet op het cadeau plassen’. Die laatste is een uitspraak van een van Dunn’s therapeuten. Hij bedoelt ermee dat als je je partner een avond met vrienden gunt, je niet vervolgens heel nors en verongelijkt moet gaan doen als hij of zij thuiskomt. Dat verpest het ‘cadeau’ van een avond iets leuks doen.
Dunn’s schrijfstijl is erg humoristisch, luchtig en vlot. Doordat ze zelf proefpersoon is van veel therapieën die ze onderzoekt, is het boek geen moment droog of saai. Wat jammer is, is dat het boek erg vanuit vrouwen is geschreven waardoor het voor mannen waarschijnlijk minder aantrekkelijk is om te lezen. Een gemiste kans, want ook voor hen kan het natuurlijk interessante materie zijn.