Naar de content

Opgraving biedt blik op Peelrandbreuk

R.T. van Balen, met toestemming

In een bosachtig terrein ten oosten van de Brabantse gemeente Bakel hebben aardwetenschappers een 50 meter lange sleuf in de grond laten graven. Nu kunnen ze eindelijk een blik werpen op de Peelrandbreuk, die hier verborgen zit onder het zand.

24 november 2014
Een kaart van Zuid-Holland, Brabant en Limburg met riveren en plaatbreuken erop
Woudloper, via Wikimedia Commons, CC BY-SA 1.0

Als wind-, water- en oppervlakteprocessen in Nederland niet zo effectief zouden zijn, was er voor bergbeklimmers nog best wat te beleven in ons land. Met name in Limburg en Noord-Brabant zou het vergeven zijn van het soort steilwandjes waarvoor je momenteel op zijn minst moet afreizen naar de Ardennen. De aardkorst wordt in deze provincies namelijk doorkliefd met breuken.

Wijst

Langs de Peelrandbreuk zijn veel wijstgronden te vinden – hooggelegen, drassige gebieden, waar het grondwater als kwel omhoog komt uit de bodem. De oorzaak van de kwel ligt in de bodemstructuur aan weerszijden van de breuk. Het hoge deel bestaat uit grofkorrelig zand en grind waar water makkelijk doorheen sijpelt, het lage deel uit fijnkorrelig, slecht doolaatbaar zand. Bovendien vormt de breuk zelf een barrière voor het grondwater.
Als dat water vanaf de hoge kant neer beneden komt sijpelen, en daar de breuk op zijn weg vindt, kan het geen kant meer op, en beweegt zich als kwelwater naar het oppervlak.

Doordat sommige lagen in de ondergrond ondoorlatend zijn kan het grondwater alleen nog maar omhoog, om daar als kwel het aardoppervlak te bereiken.

IVN, Uden, met toestemming

Peelrandbreuk

Eén van de grootste van deze breuken is de Peelrandbreuk, die de Roerdalslenk scheidt van het Peelblok. De Peelrandbreuk is al actief sinds het Mioceen, dat ongeveer 23 miljoen jaar geleden begon. De Roerdalslenk ten zuidwesten van de breuk beweegt sindsdien langzaam maar zeker omlaag, terwijl het Peelblok aan de andere kant juist omhoog komt.

Het totale verzet langs de Peelrandbreuk bedraagt inmiddels tientallen meters. Maar daar zie je in het landschap dus weinig van terug. Doordat het omhoog bewegende stuk land in de loop der tijd is afgesleten door erosie, en de slenk is opgevuld met sediment, is het reliëf slechts op enkele plaatsen zichtbaar aan het aardoppervlak. Bij Uden, bijvoorbeeld, is nog een hoogteverschil van een paar meter over. Het grootste deel van de breuklijn ligt in Noord-Brabant echter verstopt onder het zand.

Geul

In de bossen bij het dorpje Bakel, een kleine 10 kilometer ten oosten van Helmond, is daar nu – zij het tijdelijk – iets aan gedaan. Geologen van onderzoeksinstituut TNO en de Vrije Universiteit Amsterdam hebben daar een onderzoekssleuf laten graven van 50 meter lang en vier meter diep, op een plek waar ze de breuk in de ondergrond verwachtten aan te treffen.

TNO-onderzoeker Marcel Bakker bij de Peelrandbreuk

R.T. van Balen, met toestemming

Het is de tweede keer dat een dergelijke sleuf in Nederland gegraven is, en vooralsnog lijkt het een succes. “We hebben de breuk inderdaad aangetroffen”, vertelt Ronald van Balen, die als onderzoeker bij het project betrokken is, “hij is mooi zichtbaar door de contrastrijke kleurverschillen in de bodem.”

Grondwater

Een goed inzicht in de breuksystemen in Nederland in onder meer belangrijk voor het begrijpen van ondergrondse watersystemen. Het grondwater laat zich sturen door breuken, die in sommige gevallen een waterdoorlatende doorgang vormen, maar in andere gevallen juist een barrière zijn voor de ondergrondse waterstroom.

De sleuf bij Bakel vormt onderdeel van het project Breuken Beleven van het Peelnetwerk, dat beoogt het publiek meer bewust te maken van de aanwezigheid en de invloed van breuken in het landschap. Het onderzoek wordt uitgevoerd in een samenwerkingsverband van Waterschap Aa en Maas, Geologische Dienst Nederland-TNO en de Vrije Universiteit Amsterdam. De werkzaamheden zullen ongeveer 2 maanden gaan duren. Na afloop wordt de bodem weer in oorspronkelijke staat teruggebracht.

ReactiesReageer