We reizen steeds sneller, maar zijn nog even lang onderweg. Het is een van de interessante inzichten in het boek ‘Het recht van de snelste’. Daarin nemen journalist Thalia Verkade en wetenschapper Marco te Brömmelstroet de lezer mee op reis door de straat.
Ze hebben nu samen een boek geschreven, maar de eerste keer dat Verkade en Te Brömmelstroet elkaar ontmoeten klikt het niet echt. Verkade wil voor De Correspondent een artikel schrijven over fietssnelwegen, waardoor files zullen verminderen. De hoogleraar toekomsten van stedelijke mobiliteit aan de Universiteit van Amsterdam reageert nors op de vragen van de journalist. “Waarom moeten fietsers zo snel mogelijk op hun werk aankomen?”, vraagt hij. “En waarom noem jij een fietspad een fietssnelweg?”
Uit onderzoek waar Te Brömmelstroet aan meewerkte blijkt juist dat efficiëntie niet de enige reden is waarom mensen de fiets pakken naar kantoor. Ze rijden bijvoorbeeld vaak om als dat een mooiere, fijnere route oplevert. En waarom altijd die focus op de file en het verminderen ervan?
De regeltjes van de Heilige Koe
Opmerkelijk genoeg leidde het stroeve interview uiteindelijk tot dit boek, dat ook begint met deze anekdote. Het is illustratief voor de aanpak in ‘Het recht van de snelste’. Verkade en Te Brömmelstroet nemen de lezer mee op reis door het verkeer en ze stellen daarbij voortdurend de vraag ‘van wie is de straat nu eigenlijk?’ Dat ze na dat norse begin toch samen zijn gaan werken, zegt ook wel wat over hun persoonlijkheden: ze onderzoeken graag, kiezen niet voor de makkelijke weg en staan open voor een nieuwe blik.
Het boek heeft een duidelijke insteek. De auteurs verbazen zich erover dat vrijwel alles over het verkeer uitgaat van de auto. Hoe de straat wordt ingedeeld, gaat grotendeels op basis van verkeerskundige richtlijnen en daarbij draait het vooral om de wagens, volgens de schrijvers. Neem de nieuwbouwwijk in Ede waar Te Brömmelstroet woont. Daar komen daarom zeventien parkeerplekken per tien huizen. Niet omdat ze nodig of wenselijk zijn, maar omdat het zo is vastgelegd. Bij een rotonde net buiten de bebouwde kom in dezelfde plaats, heeft de auto voorrang. Niet omdat dit veiliger is voor de andere weggebruikers, maar omdat het nu eenmaal zo beschreven staat.
Gek eigenlijk, al die richtlijnen en regeltjes die van de heilige koe de belangrijkste weggebruiker maken, willen de auteurs steeds maar weer aangeven. Die boodschap beklijft. Ook sterk is hoe het boek is geschreven. Het leest prettig weg en is inhoudelijk sterk onderbouwd. Het bevatte voor mij enkele eye-openers, zoals de Breverwet, ook wel de reistijdconstante. Waar je ook ter wereld woont, het gros van de mensen is altijd zo’n tachtig minuten per dag onderweg. Naar werk, familie en de winkel. Zodra je iemand meer snelheid geeft, zoals een rappere trein of harder tuffen op de snelweg, dan zal hij niet korter reizen. Zodra een bedrijf een groter bereik krijgt hierdoor, zal het dat dus vooral gebruiken om één kantoor op één plek te plaatsen en kleinere filialen te sluiten.
Maak de straat politiek
De schrijvers willen graag de discussie over de publieke ruimte openen. Ze zijn volgens eigen zeggen niet zozeer pleitbezorgers voor meer ruimte voor fietsers, voetgangers en spelende kinderen ten koste van de auto. Ze willen dat er weer gesproken wordt over de straat, de ruimte die immers van ons allemaal is. Maak de straat politiek, benadrukken ze, in plaats van alleen maar van richtlijnen uit te gaan.
Dat is een goede boodschap. Toch ligt de nadruk wel erg op het sentiment tegen de auto. Nu kan ik mij daar, als iemand die bewust geen wagen bezit, wel in vinden. Auto’s slokken veel ruimte op, zijn gevaarlijke vehikels op het asfalt, en op veel plekken in het land zijn er mooiere, betere en duurzamere alternatieven voor deze bolides. Maar iets meer tegengeluid en discussie in het boek zelf zelf had ik graag gezien. Wanneer discussie het doel is, had ik graag een interview gelezen met iemand die juist meer ruimte voor auto’s wil. Dat had het boek nog wat sterker en mogelijk ook scherper gemaakt. Dit neemt niet weg dat dit een geslaagd en zeer lezenswaardig boek is. Het neemt je mee op reis langs de straat, de richtlijnen, maar ook fascinerende onderzoeken en oplossingen.