Telefoons, tablets, laptops en tv’s zijn niet meer weg te denken uit de Nederlandse huiskamer. Wat is het effect daarvan op onze ogen? Gaan we slechter zien van veel naar een scherm kijken?
‘Vierkante ogen. Vierkante ogen. Vierkante ogen zien de wereld net iets mooier. Vierkante ogen. Vierkante ogen. Vierkante ogen zien veel meer dan je bedenken kunt.’
Dit is het refrein van een liedje van Kinderen voor Kinderen uit de jaren negentig. Veel mensen die zijn opgegroeid in de jaren negentig of zero’s, grofweg de jonge ouders van nu, zullen de opvoedles herkennen: van te veel tv kijken krijg je ‘vierkante ogen’ en ga je slechter zien. Ook de 28-jarige Sander Kneepkens kan zich dat nog levendig voor de geest halen. “De theorie klopt”, vertelt de oogonderzoeker van het Erasmus MC. “Je ogen worden alleen niet vierkant van te veel en te lang naar een scherm turen, maar langer. Ze groeien als het ware verder je oogkas in. Omdat je ogen vooral groeien in de leeftijd van 0 tot 25 jaar, is dat de belangrijkste leeftijdsgroep om hier iets aan te doen.”
Cijfers over bijziendheid of myopie (goed zien van dichtbij, slecht van veraf) zijn vrij alarmerend. “In de periode van 1900 tot 1920 was 20 procent van de Nederlanders bijziend. Nu is dat ongeveer 56 procent”, vertelt Kneepkens. De toename is zo groot dat leefstijl volgens hem een belangrijke rol speelt. “Een genetische component kan niet de enige oorzaak zijn.”
Naar buiten
Kneepkens is basisarts en wil zich gaan specialiseren als oogarts, waarvoor hij volgend jaar in opleiding gaat. Daarnaast is hij nu zo’n 2,5 jaar medisch onderzoeker van een onderzoeksgroep van het Erasmus MC. Hij mag er meewerken aan een interessant onderzoek, dat al decennia loopt: Generation R. “In 2000 en 2005 zijn voor dit onderzoek een heleboel zwangere vrouwen in Rotterdam benaderd, van wie er zo’n tienduizend moeders en kinderen daadwerkelijk meededen. Die zijn langdurig gevolgd en komen, als het goed is, om de vier jaar terug voor het onderzoek. De eerste kinderen zijn inmiddels ouder dan achttien.” Bij de kinderen worden allerlei metingen gedaan: hart- en longfunctie en bot-, oog- en gedragsonderzoek. “Zo kunnen we zien wat het effect is van gedrag van moeder en kind op de kwaliteit van de ogen.”
De televisie is in theorie iets minder slecht, omdat die verder weg staat
Uit de studie komt het belang van buitenspelen sterk naar voren. “Kinderen moeten voor hun ogen zo veel mogelijk naar buiten, minimaal twee uur per dag.” Waarom dat is, is niet zonneklaar, vertelt hij. “Wel zijn er een aantal hypothesen: het oog wordt langer, omdat het licht van lampen een andere samenstelling heeft dan zonlicht en omdat je binnen vaak veel op dezelfde afstand kijkt, van dichtbij. Buiten wisselt het oog meer af. Dit zijn onze vermoedens; keihard bewijs is er nog niet. Maar dat buitenspelen een effect heeft, is wél heel duidelijk.”
Digitale nanny
Generation R laat kinderen ook een app op hun telefoon installeren die hun schermtijd bijhoudt. “Uit onze nog niet gepubliceerde data lezen we af dat de schermtijd over de jaren toeneemt”, vertelt Kneepkens. Ook Netwerk Mediawijsheid en Hogeschool Windesheim constateerden recent dat de schermtijd van kinderen tot zes jaar de afgelopen tien jaar bijna verdubbelde. “We zien dat ouders het makkelijk vinden hun smartphone aan een kind te geven, als een soort digitale nanny, zodat ze even rustig zijn.” Kneepkens beveelt ouders aan om onder de twee jaar geen tot zo min mogelijk schermtijd toe te staan. “We wennen er te veel aan. Mijn nichtje van vier jaar oud is handiger met een smartphone dan ikzelf. Dat gaat alleen maar leiden tot meer schermtijd in de toekomst. De televisie is in theorie iets minder slecht, omdat die verder weg staat.”
Te veel schermtijd achter elkaar is dus slecht. Maar er is nog een boosdoener: te veel en te lang achter elkaar huiswerk maken. “Eigenlijk gaat het om alles wat je doet, waarbij je dingen van dichtbij ziet. Dat hoeft geen scherm te zijn.” Is dat een pleidooi voor minder huiswerk? “Niet zozeer. Het is vooral een pleidooi voor minder lang aan één stuk door huiswerk maken”, zo doorboort Kneepkens de wensdroom van kinderen met een huiswerkallergie. “Wij zijn ook tegen continuroosters op scholen, waarbij kinderen op basisscholen geen of kortere pauzes hebben en daardoor eerder klaar zijn met school. Vaak hebben ze maar een half uurtje middagpauze, die ze soms ook nog binnen doorbrengen.”
Niet voor niets startte het Oogfonds in 2022 de campagne ‘Knikker myopie de wereld uit’. Onderdeel van de campagne is de 20-20-2-regel: na elke twintig minuten schermtijd moet je twintig seconden van je af kijken. En elke dag moeten kinderen twee uur buiten spelen. “Dan weten we dat kinderen goed beschermd zijn.”
Alarmerende boodschap
In principe kan je kinderen een bril op de neus zetten, waarmee het probleem is opgelost. Maar iedere ouder wil toch dat zijn of haar kind goede ogen heeft? Toch merkt Kneepkens dat er veel onwetendheid is en dat het moeilijk is om de alarmerende boodschap over te brengen aan ouders. Toch is dat zeer belangrijk, want een oog dat te lang groeit, wordt ook kwetsbaarder. Naarmate je ouder wordt, geeft dat een veel hogere kans op complicaties, legt hij uit. Door ziektes kan je sneller blind of slechtziend worden. “De problemen komen pas veel later. Stuur nú je kind meer naar buiten en laat het nú minder naar scherm kijken, is daarom een lastige boodschap. Maar als we nu niets doen, zijn over vijftig of zestig jaar volgens onze berekening minimaal 133.000 Nederlanders, zeg maar de kinderen van nu, slechtziend of blind door myopie alleen. Dat kan je dus voorkomen met vrij eenvoudige interventies.”
Ook hoopt hij dat mensen, met deze kennis in het achterhoofd, eerder naar de oogarts gaan. “Je moet je vooral bewustzijn dat je met een hoge bijziendheid, zeg maar vanaf -6, erg moet oppassen. Zie je plotseling een vlek, flitsen of een vervorming in je beeld, trek dan aan de bel. Voor je weet zijn de problemen te ver gevorderd om er nog iets aan te doen.”