Opschaling van drinkwaterproductie is noodzakelijk, maar duurt lang en is kostbaar. Tot die tijd helpen op sommige plekken wellicht andere oplossingen, zoals het Regenwatertoilet van Pim Wijnakker.
Als ik arriveer bij bouwkundige en ondernemer Pim Wijnakker, directeur van zijn eigen bedrijf Regenwatertoilet, regent het pijpenstelen. Voor mij erg vervelend, maar Pim ziet z’n waterrekening slinken. Nou ja, ook weer niet helemaal, want het regent al een paar dagen, waardoor zijn regenwatertank al een tijdje vol zit. Deze regendruppels stromen gewoon, via de regenpijp, de afvoer in.
De regenwatertank is onderdeel van Pims regenwatertoilet, een eigen uitvinding. Hij laat me in een paar minuten zien hoe het werkt en dat verrast me nogal; ik had stiekem een waanzinnig hightechsysteem verwacht, maar niets is minder waar. “Ken je het KISS-ontwerpprincipe? Keep it simple and stupid. Gewoon zorgen dat er niets kapot aan kan gaan, want mensen willen geen onderhoud en geen gezeik”, vat Wijnakker samen.
Tennisbal
Stupid vind ik het niet, wel ontzettend simpel en bovenal doeltreffend. Wijnakker is nog aan het meten hoeveel hij daadwerkelijk in een jaar bespaart, maar als hij alleen maar regenwater zou gebruiken om z’n toiletbezoekjes door te spoelen, verbruikt hij in één klap 30 liter water per dag minder en zou hij meteen aan de doelstelling van de Nationale Aanpak Drinkwaterbesparing voldoen: minder dan 100 liter waterverbruik per Nederlander per dag. Dat is nu 128 liter.
Het regenwatertoilet werkt zo: op de regenpijp zit een vertakking die
het huis ingaat. Regenwater stroomt daar naar binnen, via een
zwanenhals om rommel zoals bladeren, steentjes van het dak en andere
zware delen op te vangen, langs een filter die alle overgebleven vaste
troep eruit haalt. Het water komt vervolgens in een grote tank terecht,
die bij Wijnakker boven de keukenkastjes is geplaatst. Vanaf daar worden
zowel het toilet als de wasmachine bediend. Als er te weinig regenwater
in de tank zit, wordt die automatisch bijgevuld met drinkwater – het
water waarmee jij en ik ons toilet doorspoelen.
“Het is niet veel meer dan een set buizen, een tank, vlotters en wat filters en dat is precies hoe het is bedoeld. Het voldoet ook aan alle richtlijnen. Zie je dat vierkante gat daar?” Wijnakker wijst naar een vierkant gat in de tank, ter grootte van een flinke Rubiks kubus. “Dat gat is verplicht als overloop en het moet ook vierkant zijn. Ik wou dat eerst een rond gat maken, zodat er een ronde buis uit kan, maar dat mag niet volgens de richtlijnen. ‘Stel: er komt een tennisbal in het systeem?’, zeggen ze dan.”
Het systeem staat al sinds 2022 in The Green Village bij de TU Delft, een levensgroot open laboratorium waar duurzame innovaties worden getest. Sindsdien heeft Wijnakker het ook al bij een aantal tientallen particuliere klanten geïnstalleerd, of als kant-en-klaarpakket aangeleverd. “Het zijn vooral pioniers die het zonde vinden om in het toilet drinkwater weg te spoelen. Er zijn meerdere mensen die het zelf hebben geïnstalleerd.”
Nog een voordeel van de installatie van Wijnakker: het kan in nagenoeg elk huis toegepast worden, ook in appartementen en kleinere huizen.”Ik heb het ook al bij een evenementenlocatie in Amsterdam geplaatst. Dat is heel handig, want daar wordt alleen op piekmomenten, namelijk tijdens een evenement, veel gebruikgemaakt van de wc. Tussen de evenementen is meer dan genoeg tijd om genoeg regenwater op te vangen voor een heel evenement aan toiletbezoekjes.”
Nadelen
Op het eerste gezicht lijken er weinig nadelen aan het regenwatertoilet te zitten, maar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is nog niet overtuigd. In oktober 2023 liet het ministerie van BZK onderzoeken hoe kansrijk regenwater is voor ‘laagwaardig watergebruik’ (lees: toiletten en wasmachines), maar de conclusie van dat rapport was dat er meer onderzoek nodig is voordat dit soort systemen verplicht bij nieuwbouw moeten worden geïnstalleerd, zoals in België het geval is. Zo is er onder meer onzekerheid over eventuele gezondheidsrisico’s wanneer water lang stilstaat. Onzin, vindt Wijnakker: “Dit is geen stilstaand water natuurlijk; het wordt constant gebruikt. Een week stilstaan is niet zo erg; het is vooral relevant voor brandweerinstallaties die lange tijd niet worden gebruikt. Ook het KIWA, het Keuringsinstituut voor Waterleiding Artikelen, vindt het geen enkel probleem.”
Dat het constant wordt gebruikt, is ook meteen het grootste nadeel van het regenwatertoilet, want het regent niet altijd. Luuk Rietveld, hoogleraar drinkwater aan de TU Delft, ziet het regenwatertoilet dan ook niet als noodzakelijke innovatie: “Ik wil niet te negatief zijn, want ik vind het een interessante optie, maar als het regent hebben we geen watertekort. Als er droogte is, regent het niet. Dan heb je nog steeds water nodig en dan heb je een probleem. Dit is geen oplossing voor droogteperiodes.” Wijnakkers eigen tank is 300 liter en een gemiddelde Nederlander spoelt dagelijks plusminus 30 liter water door; je kunt er dus tien regenloze dagen mee overbruggen.
Kostenplaatje
Wijnakker ziet zijn eigen uitvinding vooral succesvol worden wanneer het kostenplaatje aantrekkelijker wordt. De terugverdientijd is relatief lang, niet omdat het systeem duur is (op moment van schrijven 550 euro voor een basisunit van 70 liter, 300 euro extra voor een uitbreiding naar 140 liter), maar omdat water gewoon heel goedkoop is. Rietveld: “Stel: je bespaart 60 liter per dag voor je huishouden van twee personen. In een jaar komt dat neer op 21.900 liter water à 2,39 euro per 1000 liter: 52 euro.” Met een standaardset van Wijnakker verdien je dat dus in minimaal 10 jaar terug, mits je ál je toiletwater kan vervangen door regenwater. De terugverdientijd kan soms wel sneller zijn, want sommige waterschappen en gemeenten koppelen ook rioolheffing aan drinkwaterverbruik. Minder drinkwater gebruiken betekent dan een lagere rioolheffing, en dus meer besparing per jaar.
— Luuk RietveldWe lopen in Nederland niet tegen de grenzen aan om voldoende drinkwater te maken
Is water dan té goedkoop? Rietveld: “Ik vind van niet. Je betaalt voor wat je gebruikt en dat dekt de kosten precies, er zit geen subsidie op.” Met uitbreiding van bronnen als oppervlaktewater en zeewater, waarbij zuivering duurder is, ligt het voor de hand dat de waterprijs gaat stijgen. Dan wordt de aanschaf van een regenwatertoilet voor huishoudens aantrekkelijker, maar het zet niet heel veel zoden aan de dijk. “Stel dat de zuivering 50 cent per 1000 liter duurder wordt, dan bespaar je 63 euro per jaar in plaats van 52 euro voor het doortrekken van je wc met regenwater”, rekent Rietveld voor.
De nood is (nog) niet hoog
Volgens de hoogleraar ligt de oplossing van het drinkwaterprobleem eerder in investeringen in de centrale drinkwaterproductie, bijvoorbeeld uit oppervlaktewater en zeewater: “De situatie in België wordt nogal gehypet, maar de vraag is: levert het écht iets op? Ze hebben daar een heel andere situatie, met veel minder rivieren en meren om oppervlaktewater uit de halen. Regenwater gebruiken kost Belgische huiseigenaren geld, omdat ze verplicht een waterput moeten aanleggen. Op die manier klopt de overheid bij consumenten en drinkwaterbedrijven aan om extra kosten van drinkwaterbesparing op te vangen. Dat is een keuze, want tachtig procent van de zoetwatervraag is industrieel”, stelt Rietveld. “We lopen in Nederland niet tegen de grenzen aan om voldoende water te maken; we kunnen van zeewater en afvalwater drinkwater maken. Hooguit wordt de prijs wat hoger. Dan nog is het veel goedkoper om dat centraal te doen. Ik maak me daar helemaal geen zorgen over, technisch kan het gewoon. Drinkwaterbedrijven slaan wel nu alarm, want als je over tien jaar genoeg water wilt hebben, moet je nu beginnen.”
Toch is er niet op alle plekken in Nederland nog tijd om rustig de drinkwaterproductie op te schalen. In het oosten van het land heeft Vitens al 45 bedrijven moeten vertellen dat zij geen aansluiting op het drinkwaternet kunnen krijgen, waardoor die bedrijven zich niet konden vestigen. Nieuwbouwprojecten zouden gauw volgen. Reden voor Vitens om samen met de Provincie Gelderland en het Waterschap Vallei en Veluwe de Bouwtafel Waterzuinige wijken te lanceren, een initiatief dat nieuwbouwhuizen voorbereidt op een lager drinkwatergebruik. Iedereen die een of meerdere huizen of kantoren wil bouwen, krijgt een menukaart met waterbesparende toepassingen, waaronder het regenwatertoilet van Wijnakker. Op die manier kan zijn uitvinding projectontwikkelaars helpen om, ondanks capaciteitsproblemen, alsnog een aansluiting te krijgen op het waternet.