Wat doe je als een vriend, familielid of geliefde verandert in een complotdenker? Deel 4: wees je in een gesprek bewust van je eigen bedoelingen.
Yvonne* wil in contact blijven met haar broer Harold, die sinds de corona-tijd in de complotsferen ronddwaalt, en nogal stellig is in het verkondigen van ‘alternatieve waarheden’. In eerdere afleveringen van deze serie kreeg ze al verschillende tips van experts waarmee ze het gesprek zou kunnen voeren. Ze vindt veel tips wel bruikbaar, maar loopt ergens tegenaan. Veel van de gesprekstips komen namelijk neer op het stellen van de juiste vragen, en dat leidt volgens haar tot een nieuw probleem.
Yvonne: “Het stellen van vragen kan ook aanvallend worden opgevat. Want als ik mijn broer alleen maar vragen stel, is het snel zo dat hij zichzelf vastpraat in zijn poging tot antwoorden. En dan krijgt hij het gevoel dat hij verhoord wordt, vastgezet, in de hoek gedreven.”
Zuivere intenties
Socioloog Jaron Harambam (Universiteit van Amsterdam) herkent het probleem. Als wetenschapper deed hij jarenlang onderzoek naar complotdenken en publieke conflicten over de waarheid. Daarbij ging hij in gesprek met tientallen complotdenkers, in alle mogelijke varianten. Van mensen die geloven dat de wereld wordt bestuurd door reptielen tot mensen die enkel hun vraagtekens zetten bij de officiële lezing van enkele specifieke gebeurtenissen.
— Jaron HarambamWaar maak jij je nou echt druk om, waarom is dit belangrijk voor je?
Hoe slaagde hij erin om steeds met complotdenkers in gesprek te komen voor zijn onderzoek? Jaron Harambam: “Dat was soms nog best lastig, want de wetenschap heeft onder hen meestal niet zo’n goede naam. Vaak was de eerste reactie: ‘Wij praten niet met wetenschappers, daar hebben we slechte ervaringen mee.”
Wat antwoordde hij dan? Harambam: “Dan maakte ik duidelijk wat mijn eigen intenties waren. Dat ik als wetenschapper oprecht geïnteresseerd was om naar hen te luisteren, ook omdat hun stem vaak niet gehoord wordt, terwijl er wel veel over ze wordt gepraat. Dan wilden ze meestal wel verder praten.”
Dit is dus een belangrijk advies aan Yvonne, in reactie op haar probleem met ‘te veel vragen stellen’. Harambam: “Als haar vragen door Harold als bedreigend of aanvallend worden ervaren, dan zit hem dat vaak in de toon, waaruit de intentie blijkt. Mensen zullen altijd kijken naar je lichaamstaal, de manier waarop je het woord voert, hoe je iemand aankijkt. En dan speelt er tussen Harold en Yvonne ook nog de hele geschiedenis van de broer-zus-relatie, maar dit terzijde. Uit al die dingen spreekt je intentie, en die moet zuiver zijn. Als dat niet zo is, voelen mensen dat meteen, en gaan de luiken dicht.”
Grenzen aangeven
Het begint dus bij introspectie. Harambam: “Probeer eerst voor jezelf helder te krijgen waar jouw aandrang om hier iets aan te doen vandaan komt. Wat gaat er nu mis en wat zou jij anders willen? Waar maak jij je nou echt druk om, waarom is dit belangrijk voor je?”
Als je dit eenmaal weet, stel dan ook de vraag wat je doel is. “Wil je het regelmatige contact herstellen, de ander begrijpen of iemand weer op het ‘rechte pad’ van de mainstream media krijgen? En waarom eigenlijk? Wat wil je precies bereiken?”
De manier van contact zoeken is volgens Harambam enorm belangrijk – ‘te veel vragen stellen’ duidt er meestal op dat hierin iets niet goed zit. “Niemand zit te wachten op betweterige corrigerende mensen, die zullen dus ook geen gehoor vinden bij complotdenkers – of het nou zware gevallen betreft of niet. Ridiculiseer, stereotypeer, en veroordeel niet! Dit polariseert. Probeer niet in een discussie te belanden waarin gelijk halen de toon zet, maar ga een open gesprek aan. Leg de ander vooral geen woorden in de mond, ook niet met sturende vragen. Toon vooral eerst interesse in de berichten, de leefwereld, de overtuigingen van de ander, ga een dialoog aan, stel open vragen, wees oprecht nieuwsgierig. Besef dat meerdere perspectieven legitiem zijn en meerdere waarheden naast elkaar kunnen bestaan.”
Maar dit betekent niet dat alles kan of mag, grenzen aangeven kan ook nodig zijn. Harambam: “Jouw zorgen, gevoelens en wensen hebben ook een plek, en zijn belangrijk voor de ander om te horen, maar houd die bij jezelf, met een ik-boodschap. Wat staat er voor jou op het spel? Als je jezelf kwetsbaar opstelt, geeft dat verbinding. Dit kunnen dus ook grenzen zijn, die mag je goed aangeven: waar gaat het voor jou te ver? Je mag van de ander vragen om jouw keuze te respecteren om er zo over te denken, dat vraagt de ander namelijk ook aan jou. Wij mogen allemaal zelf onze eigen opvattingen bepalen, dus vraag daar ook ruimte voor. Als je op deze zaken let, dan blijft bijna elke vraag wel mogelijk.”
Yvonne kan zich wel vinden in wat Jaron Harambam zegt. “Zoals ik eerder aangaf was ik al een tijdje een beetje ‘afgehaakt’ om al te diep in een discussie over de actualiteit te raken met mijn broer, juist omdat het als een ‘welles-nietes’-discussie voelde, waar we allebei alleen maar heel erg kribbig van werden. Toen mijn broer een tijdje geleden iets eruit flapte wat erop wees dat hij mij maar volgzaam en kritiekloos vond, sprong ik uit mijn vel en maakte ik heel duidelijk dat ik dát niet accepteerde: dat hij me wegzette als kritiekloos mak schaap. Dat moment lijkt echt voor een omslag gezorgd te hebben. Sindsdien doet hij enorm zijn best om op persoonlijke verbinding te zoeken. Dus inderdaad: goed om mezelf af te blijven vragen wat mijn belang is: een verbinding met mijn broer op persoonlijk vlak, of hem overtuigen van mijn zienswijze op de wereld, machtsverdeling en de rol van media. Hij lijkt die prioriteit in ieder geval ook te hebben, en heeft voor de persoonlijke relatie gekozen. Dat is voor mij een heel fijne en bemoedigende ontwikkeling.”