Als wetenschapper kom je overal en nergens. Zo werk ik de helft van mijn tijd in Nijmegen, waar ik woon, en de andere helft in Amsterdam. Ik ben dus vaak aan het reizen en dat is niet altijd handig. Als het kan blijf ik dan ook graag bij vrienden logeren of ergens anders slapen. Helaas waren vorige week al mijn gebruikelijke adresjes bezet. Wat nu? Kamperen!
Drake
Als echt stadsmens kampeer ik zelden. De laaste keer was een paar jaar geleden in München. Het was koud, het waaide hard en we konden het ventilatiegat van de tent niet sluiten zodat we letterlijk in de regen lagen. ‘Nooit meer’, dacht ik toen, maar nood breekt wet. Voor de prijs van een hotelovernachting kun je immers een tent kopen en alle benodigde slaapspullen. Als echte experimenteel moet ik zoiets natuurlijk een keertje uitproberen.
Zo gezegd, zo gedaan: vorige week maandag stond ik bij een sportwinkel in de buurt van de Ziggo Dome. Het was erg druk omdat er die avond een concert van de rapper Drake zou plaatsvinden. Door de mensenmassa heenwurmend kocht ik vervolgens in de winkel alle benodigde spullen inclusief nachtlampje; een goede voorbereiding is het halve werk.
Stadscamping
Na nog een avond in een warm bed geleden te hebben was het dinsdag dan zover. Na een dag werken vertrok ik naar de stadscamping om mijn tent op te zetten. Dat viel me allerzins mee omdat ik een pop-up tent had gekocht. Het was vrij koud en halverwege de nacht ben ik nog wakker geworden door een groepje dronken Duitsers, maar verder kon ik niet klagen.
De tweede avond was beter. De dag was zonovergoten geweest en ‘s nachts was de temperatuur zeker aangenaam. En geen dronken Duitsers deze nacht! Echter de grootste uitdaging moest nog komen: de tent opvouwen. Wonder boven wonder krijg ik na wat gehannes de tent eindelijk terug in zijn zak en vertrek ik weer. Was het een succes? Ach, het is beter dan onder de brug, maar de volgende keer ga ik toch weer bij vrienden slapen.