Ken je die Red Band reclame nog waarin een jongetje een kameleon uitdaagt met een zak vol kleurrijke snoepjes? De kameleon geeft zich niet zomaar gewonnen en neemt alle kleuren van de regenboog aan! Maar kan dat eigenlijk wel? Ik neem je mee in mijn zoektocht naar deze fascinerende beestjes en leer je al hun trucjes.
Waarom verandert een kameleon van kleur? Zet een groene kameleon in een rode doos en zijn huidskleur verspringt in no time naar rood. Zet hem op een piano en op zijn huid komen de wit-zwarte toetsen tevoorschijn. Toch? Dit is immers wat je vaak ziet in animaties en in andere media.
Helaas, niets is minder waar. Het kleurenpalet van een kameleon is gelimiteerd en ze bootsen daardoor niet alle gewenste kleuren of gedetailleerde patronen zomaar na. Wel zijn ze in staat hun huidskleur zo aan te passen dat ze minder opvallen, om zo hun overlevingskans te vergroten. Een andere manier van verdedigen kennen ze eigenlijk niet. Ze hebben geen scherpe tanden, ze beschikken niet over gifstoffen en snelle beentjes hebben ze eigenlijk ook niet.
Camouflage is dus hun manier van overleven, maar na jaren van evolutie zijn er nog veel meer redenen bijgekomen waarom ze hun huidskleur veranderen. Zo gebruiken ze deze eigenschap om te communiceren, om hun humeur aan te geven en zelfs om hun lichaamstemperatuur te regelen.
Als een kameleon het koud heeft, maakt hij zijn huid donkerder, om zo meer warmte op te nemen. Donkere kleuren absorberen namelijk meer straling. Zo’n donkere huidskleur, soms tot wel pikzwart, kan ook betekenen dat een kameleon niet ‘lekker in zijn vel zit’. Eenmaal opgewarmd en weer tevreden keert hij terug naar zijn basis groenbruine junglekleur.
Gek genoeg zijn er ook momenten dat de kameleon juist wél wil opvallen. Dit gebeurt bijvoorbeeld als hij indruk wil maken op een vrouwtje, of als hij zijn territorium moet verdedigen. Als een ander mannetje zijn territorium betreedt, gaan alle remmen los en is het één groot kleurenfestijn op hun dikke huid! Alleen de meest felgekleurde en grootste kameleon wint dit gevecht. De verliezer ‘bekent kleur’ en als teken van overgave vervagen zijn kleuren. Sommige kameleons zijn zelfs in staat om overtuigend het (saaiere) uiterlijk van een vrouwtje na te bootsen, om zo geruisloos een territorium binnen te dringen! Slim hè?
Piepkleine kristallen
De kleur vertelt dus eigenlijk heel veel over de gesteldheid van een kameleon, maar hoe veranderen ze die dan? Dit doen ze op twee manieren: via pigmentcellen in de huid, zoals melanine, maar ook via duizenden piepkleine kristallen. Door gebruik van pigmentcellen verandert een kameleon zijn heldergroene kleur naar donkere kleuren, zoals bruin en zwart.
De fellere kleuren heeft hij echter te danken aan zijn laag van piepkleine kristallen. Afhankelijk van de afstand tussen deze speciale kristallen, de vorm, de grootte en hoe ze gerangschikt zijn, heeft een kameleon een andere huidskleur. Door de huid samen te trekken, te ontspannen of te buigen, verandert de oriëntatie van de kristallen, waardoor het weerkaatste licht een andere golflengte krijgt en wij dus een andere kleur zien. Op deze pagina wordt dit principe prachtig in beeld gebracht door middel van animaties.
Camoufleren kun je leren!
Als mens dromen wij alleen maar over wat vele dieren al jarenlang kunnen, zoals vliegen als een vogel. Maar wat nou als we met de kennis van een kameleon onszelf onzichtbaar kunnen maken? Het is wetenschappers namelijk gelukt om de slimme eigenschap van kameleons na te bootsen in het lab!
Het slimme materiaal lijkt veel op de huid van een kameleon: het bestaat uit een flexibel polymeer, met daarin kristallen verwerkt. Met behulp van zonlicht verandert dit materiaal van kleur. Zo plaatsten ze hun materiaal tussen boombladeren in de zon, en na een korte tijd had hun materiaal exact dezelfde kleur aangenomen als de natuurlijke boombladeren: hij viel niet meer op. Dus wie weet komt er ooit wel een magische onzichtbaarheidsmantel op de markt en kunnen wij ook een dagje kameleon zijn!
Is dat alles?!
Naast hun speciale gave om van kleur te veranderen, hebben kameleons nog veel meer grappige en bijzondere eigenschappen. Zo zijn ze kampioen in hun tong uitsteken! Ze beschikken over een enorm lange en plakkerige tong, van wel twee keer hun eigen lichaamslengte. Als onze tong zo lang zou zijn, beschikken wij over een tong van wel 3 à 4 meter! Deze tong lanceren ze razendsnel, als een katapult: binnen een honderdste van een seconde bereikt hij een snelheid van bijna 100 kilometer per uur! Nietsvermoedende insecten maken hierdoor geen schijn van kans. Zodra ze hun insectensnackje te pakken hebben, veert de tong als een elastiek weer terug hun bekje in, en blijft hij daar als een rolfluitje opgerold liggen tot een volgend insect zich aanbiedt.
Naast de kleverige tong, helpt hun speciale zicht ook bij het jagen. Kameleons hebben een zichthoek van wel 360 graden, en daar hoeven ze hun kop niet eens voor te bewegen! Hun ogen draaien namelijk afzonderlijk van elkaar, om zo nog sneller knapperige insecten te spotten. Het is dus bijna alsof je naar twee verschillende films kijkt, tot één van hun oogjes een prooi heeft gespot: dan draait het andere oogje in dezelfde richting en slaat de kameleon zijn slag.
En wat dacht je van hun maffe pootjes? Door het samengroeien van hun tenen lijken hun poten op kleine grijptangen. Hiermee pakken ze takjes stevig vast. Samen met hun sterke en dikke staart geeft dat de stabiliteit en het evenwicht dat ze nodig hebben om zich soepel te verplaatsen.
Op bezoek
Gespierde tongen, draaiende oogjes, felle kleurtjes, ik wilde het eigenlijk wel eens in het echt zien! Via verschillende platforms kwam ik in aanraking met vele kameleonfans en fanaten die maar al te graag hun leukste kameleonkiekjes met me wilden delen (zoals ook te zien in deze blog). Zo ontmoette ik Donnie, Elmo, Pascal, Rango, Ronnie, Kiki, Harrie, Gerrit 1, Gerrit 2, Bubba J, Janus, Wayne en Maika.
Helaas woonden ze allemaal ver weg, en was een daadwerkelijke ontmoeting niet mogelijk. Maar toen was daar Walter, Walter de kameleon. Woonachtig in Groningen, bij zijn baasje Michiel. Bij hem mocht ik op bezoek komen, en eenmaal binnen wist ik niet waar ik moest kijken: ik kwam terecht in een waar insecten- en reptielenparadijs! Zo ontmoette ik verschillende soorten wandelende takken en bladeren, spinnen, gezonde krekelsnackjes, Annabel de extraverte Golden Retriever en natuurlijk Walter! Michiel vertelde me alles over ze. Een echte expert dus!
Bovendien kwam ik op het juiste moment langs: Walter was in zijn hum en toonde daarom prachtige kleuren. Hongerig was hij helaas niet, dus de in calcium bedekte krekel bleef onopgepeuzeld op mijn hand liggen. Wel lukte het me om hem eventjes vast te houden, en dat was toch wel spannend! Met zijn kleine maar scherpe klauwtjes baande hij zich een weg omhoog, en met een beetje geluk, was hij zo op mijn hoofd geklommen! Maar wat was het tof om deze eigenwijze en vrolijke kameleon te ontmoeten. Ik vond het een geweldige ervaring, en ik kan me nu nog beter voorstellen waarom dit exotische beestje zo geliefd is bij velen.