Buikvlieskanker is een van de meest dodelijke kankertypes. Tijdens mijn masterproject werkte ik aan een chemo-gel om patiënten met die ziekte efficiënter te helpen. Zodat zij in de toekomst hopelijk geen heftige openbuikoperatie meer hoeven te ondergaan. Vier jaar later ondersteunt KWF Kankerbestrijding ons project met 600.000 euro.
De volgende stap is om preklinische dierstudies op te zetten en te testen of deze oplossing ook echt zo goed werkt als dat wij in het laboratorium zien. Ik had dit nooit verwacht toen ik begon aan mijn afstudeerproject tijdens mijn masteropleiding Biomedical Engineering!
Als je als patiënt buikvlieskanker hebt, word je behandeld met behulp van hypertherme intraperitoneale chemotherapie (oftewel HIPEC). Deze ingreep is een combinatie van chirurgie met chemotherapie waarbij de zichtbare tumoren eerst grotendeels verwijderd worden. Daarna ontvangt de patiënt anderhalf uur lang verwarmde chemotherapie die rond wordt gepompt in de open buikholte. Je kunt je voorstellen hoe intensief deze ingreep is. Natuurlijk vooral voor de patiënt, maar ook voor de artsen kleeft er een risico aan omdat zij worden blootgesteld aan de eventuele verdampende chemotherapie. Een ander nadeel van deze behandelingsvorm is dat deze ingreep zeer specialistisch is en daarom maar op zeven locaties wordt uitgevoerd.
Speciale hydrogel
Tijdens mijn master klopte oncologisch chirurg dr. Ignace de Hingh van het Catharinaziekenhuis bij de TU/e aan met deze problemen. Zijn vraag was of wij een efficiëntere methode konden ontwikkelen zodat de ingreep minder intensief en veiliger werd voor de patiënten en de artsen. Waardoor de hersteltijd van de patiënten ook verbeterd wordt. Ook was zijn wens om deze behandeling wellicht in meerdere ziekenhuizen toe te passen als de de ingreep minder gecompliceerd werd.
Met al deze problemen ben ik aan de slag gegaan in het laboratorium. In totaal heb ik dik een jaar aan dit project gewerkt. Het idee was om de antikankermedicijnen (chemo) in te pakken in een speciale hydrogel. Die gel injecteren we zonder de buik open te maken en geeft een langere periode medicijnen af. Door de gel te injecteren op de juiste plekken, worden de kankercellen selectiever behandeld en is de dosering beter verdeeld over een aantal dagen.
Door de zuurtegraad van de hydrogel aan te passen, verandert het in een vloeistof waardoor we het kunnen gebruiken om te injecteren. Nadat de vloeistof in het lichaam zit, neutraliseert de vloeistof door de lichaamstemperatuur en verandert de vloeistof in een hydrogel. Hierdoor blijft de hydrogel met chemo (chemo-gel) op een lokale plek en geeft het geleidelijk op die locatie de medicijnen af.
Hier heb ik ongeveer een jaar aan gewerkt. Van het bestuderen van de hydrogel tot aan het inpakken van de medicijnen met een strategie om deze een aantal dagen af te geven. Tot slot heb ik ook in het laboratorium op kankercellen getest of de chemo nog steeds hetzelfde effect heeft.
Nu werken onderzoeker dr. ir. Peter-Paul Franssen en project manager Dr. Geert van Almen uit het Dankerslab dit verder uit en worden er preklinische studies opgezet in samenwerking met Maastricht UMC+ en Catharina Ziekenhuis. Peter-Paul (en twee andere onderzoekers) hebben deze hydrogel nog verder door ontwikkeld in de afgelopen jaren. Door de veel belovende resultaten wordt dit project sinds kort ook gesteund door KWF Kankerbestrijding.
Het is heel bijzonder om mee te maken hoe we met een idee wellicht een groot probleem op kunnen lossen.
Met al deze onderzoeken hebben we misschien over een aantal jaren een alternatief tegen buikvlieskanker dat efficiënter en minder intensief is. Ik ben super trots op de leden van het Dankerslab die dit project verder hebben doorgezet en vind het heel leuk om te zien dat een onderzoek echt een bijdrage kan leveren aan de maatschappij.