Klimaatvriendelijker leven? Makkelijker gezegd dan gedaan. Afstand doen van een bestaande leefstijl roept allerlei gevoelens op, ervaart redacteur Mariska van Sprundel. Deze week: in de kou zitten om energie besparen.
Nooit gedacht dat het dikke, pluizige, groene deken zo’n geliefd item zou worden. Het ding arriveerde vorig jaar in een kerstpakket en belandde in eerste instantie in de kast. Nu is de deken één geworden met de bank. En met mij.
Als het op de verwarming aankwam, was ik weinig bereid concessies te doen omwille van het klimaat. Ik wil het niet koud hebben. Je eigen huis is als een warm bad, waar je je comfortabel wil voelen. Hoe koud het buiten ook is, binnen is het altijd een behaaglijke twintig graden. Wat hebben we het leven toch heerlijk gemaakt voor onszelf.
De keerzijde van leven bij kamertemperatuur is natuurlijk de energie die dat kost. Woonhuizen worden voornamelijk verwarmd via het aardgas in de CV-ketel. En bij de verbranding van 1 m3 gas komt zo’n 1,8 kilogram CO2 vrij. Mijn tweepersoonshuishouden verbruikte de eerste dagen van maart zo’n 4 m3 aardgas per dag, zie ik op de app van onze energieleverancier. Best wat. Minder stoken zou helpen om mijn ecologische voetafdruk een maatje te downsizen.
De stimulans om te gaan snijden in mijn energieverbruik viel onlangs op de deurmat: een torenhoge energierekening door exploderende gasprijzen. De invasie van Rusland in Oekraïne was het laatste zetje: de verwarming ging omlaag. Door de thermostaat op de eco-stand van 15,5 graden te zetten, daalde ons verbruik naar 0,8 m3. Vijf keer zo weinig als de dagen ervoor! Door de nachtelijke vorst schoot het verbruik de dagen erna wat omhoog, naar 2 m3. Maar toch, wat een besparing.
Ik zit er wel een beetje mee. Pas nu ik zelf geraakt wordt door de energiecrisis ben ik mijn stookgedrag gaan aanpassen. Was een leefbare planeet achterlaten voor toekomstige generaties niet motiverend genoeg? Ik leg de vraag voor aan psycholoog Henk Staats, die zich aan de Universiteit Leiden bezighoudt met milieurelevant gedrag. “Het is precies zoals je zegt”, reageert hij. “Mensen handelen vanuit hun eigen belang. Daar kun je over moraliseren, maar het is gewoon zo. Als de voordelen persoonlijk zijn en dichtbij komen, raak je gemotiveerder om je gedrag te veranderen.”
Plantaardig eten of de trein pakken omwille van het milieu roept bij mij minder weerstand op dan de thermostaat omlaag draaien. Ook al ligt het rendement van deze ‘opofferingen’ voor mij als persoon ook ver weg. Hoe zit dat? Volgens Staats heeft iedereen nou eenmaal zijn eigen prioriteiten en eigen favoriete gedragingen. “Comfort in huis is voor mensen heel belangrijk, meer dan wat ze eten.”
‘s Avonds op de bank trek ik de pluisdeken verder omhoog tot aan mijn schouders. De warmte is meteen voelbaar. Of ik dit experiment doortrek naar volgende winter weet ik nog niet. Een huistemperatuur van zestien graden is erg extreem, maar één of twee graden lager vanaf nu moet kunnen. Met een extra trui aan kun je je ook verrassend behaaglijk voelen thuis. Alleen die neus… Die blijft koud.