Over 30 jaar kunnen we misschien menselijke organen in varkens laten groeien. Het Rathenau Instituut bedenkt toekomstscenario’s zodat ook jij daar nu alvast over kunt meedenken.
Dit najaar kan iedere Nederlander deelnemen aan een dialoog over donordieren: dieren die genetisch zijn aangepast zodat er mensenorganen in groeien. Sommige wetenschappers staan te springen om dit mogelijk te maken. Met dit staaltje gentechnologie zal het donororgaantekort volgens hen tot het verleden behoren.
Aan goede intenties geen gebrek, maar de impact van elke technologie reikt verder dan de vooropgestelde bedoelingen. Mens en samenleving kunnen erdoor veranderen, op manieren die wetenschappers niet hebben voorzien. Vaak denken we dan meteen aan nadelige gevolgen, maar de onverwachte gevolgen kunnen ook positief zijn.
Om grip te krijgen op alle mogelijke gevolgen, worden door het land dialogen georganiseerd waarin iedereen kan meedenken: als deze mogelijkheid er is, wat zou je daarvan vinden? Welke nieuwe kwesties zie je dan? Het Rathenau Instituut ontwikkelde toekomstscenario’s die helpen nadenken over de mogelijke gevolgen. Ze vormen een belangrijk onderdeel van de dialoog, omdat ze de interactie tussen technologie en samenleving tastbaar maken.
Varkens zijn de ‘grote kanshebbers’
Niemand kan in de toekomst kijken. Daarom ben ik benieuwd hoe zo’n toekomstscenario tot stand komt. Wie bedenkt dit verhaal en hoe realistisch is het? Ik neem contact op met Yayouk Willems, onderzoeker bij het Rathenau Instituut. Zij vertelt dat het scenario nadrukkelijk geen toekomstvoorspelling is, maar ook geen pure speculatie. Het kwam tot stand na uitvoerig overleg met wetenschappelijke partners zoals het Erasmus MC en de Nederlandse Transplantatie Vereniging. Willems: “We kozen voor een varken, want dat is volgens wetenschappers de grote kanshebber om donordier te worden.”
Of we ooit varkens kunnen fokken met menselijke organen is voor iedereen nog een vraag. De techniek is complex en de toepassing onzeker, vertelt Willems. Maar dat staat de dialoog niet in de weg: “We willen niet praten over hoe het werkt, wat er kan of wat er mag. We willen weten of mensen dit willen in de toekomst. Dat gaat iedereen aan. We verzamelen zoveel mogelijk perspectieven.”
Voordat de dialogen van start gaan, worden de toekomstscenario’s voorgelegd aan experts. Dat gebeurt achter de schermen, in zogeheten focusgroepen. “Om te checken of de scenario’s realistisch en aansprekend genoeg zijn”, licht Willems toe. Zij leidt de gesprekken in goede banen. Aanwezig zijn onder meer hoogleraren, artsen, embryologen, medisch biologen, medisch-ethici en nierpatiënten.
Ik ben aanwezig bij deze gesprekken als participerende journalist. Dat betekent dat ik niet alleen luister en rapporteer wat er gezegd wordt, maar daar ook iets mee ga doen. Mijn eerste actiepunt dringt zich snel op, als tijdens een focusgroep twee wetenschappers hun zorgen delen. Niet over de gentechnologie, maar over de dialoog met burgers. Een burgerdialoog met media-aandacht kan ook sociale gevolgen met zich meebrengen, waar niet iedereen op zit te wachten. Daarover lees je meer in mijn volgende blog.