Naar de content

‘Het is handig, maar bellen is prettiger’

Wie is de trol: oudere over online communicatie

Frederique Matti voor NEMO Kennislink

Bep (75) mengde zich een keer in een online discussie, maar kreeg meteen een vervelende reactie. Ze ziet de voordelen van online communicatie, maar geeft de voorkeur aan een écht gesprek.

31 december 2024

Bep is 75 jaar en maakt dagelijks gebruik van verschillende vormen van online communicatie: berichtjes versturen via e-mail of Whatsapp en het lezen van berichten op Facebook. Het is voor haar een makkelijke manier om het lokale nieuws te volgen en contact te houden met haar familie en vrienden. Maar het moet wat haar betreft wel een beetje binnen de perken blijven. “Op een gegeven moment mis je toch het normale contact. Een appje is makkelijk verstuurd, maar je bent toch op afstand. En in een fysiek een-tweetje zou je het misschien net wat anders zeggen.”

Ze maakt wel eens mee dat er verwarring ontstaat over berichtjes in Whatsapp. “Laatst nog met een vriendin merkte ik dat we helemaal langs elkaar heen aan het praten waren. Dan zeg ik: we praten later wel verder in een écht gesprek, want zo gaan we elkaar niet begrijpen. De manier van communiceren is natuurlijk heel anders dan wanneer je een stem hoort, of dat je er een gezicht bij ziet. Het is onpersoonlijker, hoe je het ook wendt of keert. Als je niet beter weet, is dit een manier van communiceren, maar ik heb natuurlijk ook nog een andere tijd meegemaakt.”

Je mag van mij alles denken, maar je hoeft niet alles te zeggen

“Het is absoluut een handig ding, die smartphone. Ik zou hem ook niet willen missen, maar je moet er ook niet alles op doen. Je moet ook af en toe de telefoon pakken.” Dat wordt wel steeds moeilijker, ervaart Bep, want steeds meer instanties stappen over op digitaal communiceren, via e-mail of via een chatbot bijvoorbeeld. “Instanties hebben liever niet meer dat je belt, naar een telefoonnummer moet je vaak lang zoeken. Maar bellen vind ik zelf prettiger, want dan heb je meteen hoor en wederhoor.”

Van kwaad tot erger

Ook heeft ze weleens meegemaakt dat een discussie op een nieuwsplatform totaal ontspoorde. “Wij hebben hier een platform met nieuws uit Alblasserdam. Daar kijk ik regelmatig op. Maar in het discussieveld zitten mensen alleen maar tegen elkaar te katten. Omdat mensen anoniem blijven gaat het van kwaad tot erger. Het is echt met bagger gooien. Eén keer heb ik er iets van gezegd, omdat iemand beledigd werd – daar kan ik niet goed tegen. Ik weeg dan mijn woorden zorgvuldig, maar kreeg meteen de reactie waar ik me mee bemoeide. Daarna heb ik niks meer gezegd; het heeft totaal geen zin.”

Al met al ziet Bep het nut niet van dit soort discussies. Vooral niet als er anoniem gereageerd kan worden, want dan gaan de remmen los. “Het is natuurlijk business voor die websites; het levert extra bezoekers op die allemaal gaan scrollen om te zien wat er is gezegd. Dat schijnt dan leuk te zijn. Maar ik vind het verschrikkelijk. Het gaat niet eens meer over het onderwerp. Je mag van mij alles denken, echt waar. Maar je hoeft niet alles te zeggen. Dat is ook een vorm van beschaving, hè?”

Dringend dingetje

Ze maakt zich soms ook zorgen over de jeugd. “Die zijn gewoon hartstikke verslaafd. Ook mijn eigen kleinkinderen kunnen er wat van, hoor. Dat vind ik wel verontrustend. Wat worden dat voor mensen, denk ik dan. Ze kunnen niet meer tegen stilte, er moet altijd ruis zijn. Ze hebben geen aandachtsspanne meer: alles is kort. Korte filmpjes en steeds meer apps. De mens is natuurlijk ook nieuwsgierig, dat herken ik wel. Maar voor de jeugd betekent dat wéér een taak erbij.”

“Die telefoon is een heel dringend dingetje. Dat ding schreeuwt om aandacht; je moet kijken. Uiteindelijk komt het vast allemaal weer goed, maar soms zie ik gewoon geen kinderen meer zonder oortjes op de fiets of lopend met hun telefoon – en ook ouderen hoor, vergis je daar niet in. Als je in de winkel gaat bellen welke soep je mee moet nemen, dan denk ik: neem gewoon een keer de verkeerde mee. Dat vind ik van die non-dingen. Je kan toch wel kiezen?! Ik ben daar gewoon niet van. Zullen we het zo stellen?”

Neem jij deel aan online discussies?

Wanneer is een discussie volgens jou constructief?