Naar de content

Het glazen plafond wordt door ons allemaal gedragen

Sekse-ongelijkheid volgens Virginia Valian

Hollandse Hoogte Amsterdam, via CC 1

Of het nou om de wetenschap, de zakenwereld of de overheid gaat, Nederlandse vrouwen lopen nog altijd flink achter op mannen als het om topposities en salaris gaat. De oorzaak voor die achterstand zou echter wel eens minder het resultaat kunnen zijn van opzettelijke keuzes dan we denken.

7 maart 2014

Werden aanvankelijk vooral vrouwenwerende ‘Old Boys Networks’ verantwoordelijk gehouden voor de achterstand van vrouwen in topposities, tegenwoordig worden ook de Nederlandse vrouwen zélf steeds vaker verantwoordelijk gehouden voor hun eigen achtergestelde positie. Ze zouden onder andere te weinig ambitieus zijn nadat ze kinderen krijgen.

Maar ook degenen die het wel maken treft blaam. Zo zouden de Queen Bees het opzettelijk voor andere vrouwen verpesten, door seksegenoten op weg naar de top voetje te lichten om zo hun eigen bijzondere positie van topvrouw te behouden.

Als het erom gaat de achterstand van vrouwen op mannen op hoge posities te verklaren wordt nogal eens met een beschuldigende vinger gewezen naar bepaalde maatschappelijke groepen. Dat impliceert dat als we ons allemaal maar wat harder zouden maken voor vrouwenrechten en emancipatie de achterstand tussen mannen en vrouw als sneeuw voor de zon zouden kunnen oplossen. Maar is het wel zo simpel?

Onbewuste associaties

Volgens professor Virginia Valian van het Amerikaanse Hunter College in New York niet. Zij denkt dat de oorzaak voor de achterstand van vrouwen veel dieper geworteld ligt in onszelf en onze samenleving dan vaak gedacht wordt. Volgens de Amerikaanse psychologie professor is de ongelijkheid het gevolg van cognitieve processen die zich grotendeels in ons onderbewustzijn afspelen. Door de maatschappij zijn we namelijk zo geprogrammeerd dat als het op werk aankomt, we mannen sneller als competent beschouwen dan vrouwen; zelfs bij gelijke geschiktheid. Hierdoor zullen zelfs de meest geëmancipeerden onder ons vrouwen onbewust negatiever beoordelen dan mannen. Vrouwendiscriminatie wordt daarmee dus niet slechts bedreven door bepaalde personen, maar is een kwestie van ons allemaal.

http://www.youtube.com/watch?v=FtvV6Bot28Y

Aanleiding onderzoek

Hoewel het werk van Virginia Valian internationaal zeer bekend is geldt dat stukken minder voor Nederland. Valian raakte naar aanleiding van een artikel van de Zweedse onderzoekers Christine Wenneras and Agnes Wold in het gerenommeerde tijdschrift Nature, geïntrigeerd door de rol van ons onderbewustzijn in man/vrouw-onderscheide beoordelingen.

Wenneras en Wold onderzochten de uitreikingsprocedures van post-doc beurzen door de Zweedse Medische Raad in 1995. Hoewel vrouwen 46% uitmaakten van de sollicitanten, maakten ze slechts 20% van de winnaars uit. Vrouwen bleken met name in de categorie ‘wetenschappelijke competentie’ lager te scoren, zelfs als ze evenveel publicaties in gerenommeerde tijdschriften hadden als mannen. Behoorden mannen bij een score van 20 al tot de top, vrouwen moesten er 100 hebben om serieus mee te tellen. Met andere woorden: bij gelijke prestaties werden mannen 4,5 keer positiever beoordeeld dan vrouwen. Nature deed daarop een oproep voor meer openheid in het toekennen van beurzen bij academische evaluaties om zo seksisme te voorkomen.

Het mannelijke voordeel

Hoewel opzettelijke discriminatie door individuen zeker hier en daar een rol kan spelen in de achterstand van vrouwen, wijt Valian de “verbazingwekkend grote verschillen tussen de carrièrepaden van mannen en vrouwen” aan heel wat anders: sekseschema’s. Dit zijn algemeen in een cultuur doorgedrongen verwachtingen en beelden ten aanzien van mannen en vrouwen. Op basis van die schema’s interpreteren en ordenen we de wereld om ons heen en leggen we verbanden tussen bepaalde zaken.

Als het om werk gaat, pakken de sekseschema’s voor vrouwen vaak negatief uit: de prestaties van mannen worden systematisch overschat en die van vrouwen systematisch onderschat. Dit komt omdat de begrippen ‘werksucces’ en ‘vrouwen’ in het schema niet met elkaar lijken te rijmen. Onze onbewuste ideeën over hoe mannen en vrouwen zich zouden gedragen zorgen er voor dat we precies dezelfde handeling anders gaan interpreteren en waarderen voor mannen dan voor vrouwen, op een manier die ongunstig uitpakt voor de laatste groep.

Zo bleken sollicitatie-en selectiecommissies geneigd een andere betekenis toe te kennen aan precies dezelfde activiteiten op een c.v. op basis van de (vermeende) sekse van een kandidaat. “Bij vrouwen werd Frans leren gezien als zomaar een activiteit, terwijl er bij mannen vanuit werd gegaan dat cariere-overwegingen doorslaggevend waren. Bij vrouwen werd in een in het buitenland doorgebracht jaar al snel beschouwd als tijdsverspilling, bij mannen als een belangrijke investering in hun werk.”

Oplossingen

Aangenomen dat onze massale onbewuste aannames over mannen en vrouwen inderdaad het gebrek aan vrouwen aan de top verklaart zijn we er dan voorgoed tot veroordeeld? Gelukkig niet. Volgens Valian is bewustwording een eerste stap. Zo kunnen we erover nadenken hoe onze onbewuste ideeën over mannen en vrouwen eerlijke evaluaties in de weg zouden kunnen zitten, om vervolgens procedures vast te stellen om dat tegen te gaan.

Confrontatie met een realiteit die haaks op onze ideeën staat, kan daarbij helpen. De aanwezigheid van ‘krachtige vrouwen’ in sollicitatiecommissies blijkt onbewuste aannames dat vrouwen minder geschikt zouden zijn voor die functie actief te ondermijnen.

Daarnaast blijkt men ook sneller tot accurate beoordelingen te komen als ze weten dat een hogere autoriteit hun evaluatie zal bekijken, wellicht omdat ze in hun hoofd dan meer bezig zijn die beoordeling logisch te onderbouwen.

Veranderende inzichten

Gelukkig staat de maatschappij niet stil, waardoor onze schema’s ten aanzien van vrouwen op termijn minder zouden hoeven te botsen met die van ‘werksucces’, zelfs als de eerste relatief ongewijzigd blijven. Zo is sinds de crisis het inzicht dat (vermeende) typische vrouwelijke eigenschappen juist tot beter leiderschap leiden in zwang, waardoor vrouw-zijn op termijn juist een plus zou kunnen worden bij het bereiken van de top.

Om als vrouwelijke sollicitant tot die tijd zo min mogelijk last te hebben van sekseschema’s kun je je volgens Valian maar het beste richten op sectoren of afdelingen waar vrouwen al goed vertegenwoordigd zijn. Maar ja, zo wordt het glazen plafond juist daar waar het het hardst nodig is natuurlijk nooit geslecht…

Bronnen
  • C. Wennerås and A. Wold, 1997, Nature 387, 341 – 343.
  • Valian, V. (2005). ‘Beyond gender schemas: Improving the advancement of women in academia.’ Hypatia, 20 (3), 198-213.
  • Valian, V. (1998). Why so slow? The advancement of women. Cambridge, MA: M.I.T. Press.
ReactiesReageer