Een jas die je onzichtbaar maakt voor speurende camera’s, kleding die kippenvel krijgt en robotroofdieren die gevaarlijke rupsen eten. NEMO Kennislink neemt een kijkje bij twee tentoonstellingen van de Dutch Design Week.
Ongepolijste, schaars verlichte ruimtes met lage plafonds. Het perfecte decor voor de fantasievolle ontwerpen en installaties van Manifestations en het BioArtLab tijdens Dutch Design Week. Op de achtste en negende verdieping van het Veemgebouw op Strijp-S, het bekendste voormalige Philips-terrein in Eindhoven, dwaal je rond in een andere wereld.
Je ziet _Sensoree_-kleding van Kristin Neidlinger die jouw innerlijke gevoelens zichtbaar maakt. Als jij kippenvel krijgt omdat iets je raakt, sturen biosensoren een opblaasmechanisme aan dat zorgt voor ‘kippenvel’ op je jasje. Veranderingen in je ademhaling zorgen voor lichtpatronen op je kleding en de kleur van je sjaal verandert met je stemming. Het doel: makkelijker communiceren over je gevoelens door ze zichtbaar te maken, zodat anderen daarop kunnen reageren.
Blijven beleven
Directe relaties leggen tussen wat je voelt of ervaart en technologie die daarop reageert komt in meerdere ontwerpen terug. In haar afstudeerproject Moment == Memory gebruikt Channing Scholten reacties van ons lichaam om een camera aan te sturen die meteen gaat filmen als we iets bijzonders ervaren. “Bijzondere momenten willen we graag vastleggen, maar zodra je je telefoon pakt om te filmen stap je eigenlijk uit de ervaring. Je kijkt ernaar, maar je beleeft het zelf niet meer zo intens”, legt Scholten uit.
Het cameraatje is via een soort handschoen met je hand verbonden. Zodra je hartslag omhoog gaat of je handpalm gaat bijvoorbeeld meer zweten, begint de camera (kort) te filmen. Want dat zijn tekenen dat er iets gebeurt. En dan hoef je niks te missen, omdat je met je telefoon als het ware uit de ervaring stapt. De afzonderlijke sensoren werken allemaal al. “Ik hoop binnenkort een compleet werkende demoversie te hebben”, aldus Scholten.
Altijd onherkenbaar
Dan valt mijn oog op een paar smoezelige koffertjes met daarin allerlei laboratoriumspullen, zoals pipetten en reageerbuisjes. Het is onderdeel van de hilarische installatie Housewives making drugs. Op een scherm is een aflevering van een show te zien die helemaal is vormgegeven als een gezellig kookprogramma: een soort Martha Stewart in de stijl en kleuren van een Zuid-Amerikaanse soapserie. De presentatrices zijn twee transvrouwen (lees ik in de beschrijving) die hun kijkers laten zien hoe je heel eenvoudig thuis het vrouwelijke hormoon oestrogeen kunt isoleren uit je urine. Deze open source oestrogeen benadering snijdt op een ontzettend geestige en originele manier de gender-discussie aan. Als je zelf je eigen hormoontherapie kunt maken, krijgen we allemaal ‘gendersoevereniteit’, zo is de hoop van de maker Mary ‘Maggic’ Tsang.
Jezelf (willen) veranderen kan ook noodzaak zijn om uit handen van veiligheidsdiensten te blijven. Surveillance door veiligheidsdiensten, de mogelijke inbreuk op onze privacy en het belang van bescherming van klokkenluiders zijn ook terugkerende thema’s. Leonardo Selvaggio stelt met zijn project URME Surveillance zijn eigen identiteit in de vorm van maskers beschikbaar om anderen te beschermen tegen gezichtsherkenningstechnologie.
Het project ‘Code / Coat’ biedt klokkenluiders mogelijkheden om anoniem te blijven, zowel online als offline. Om je offline anonimiteit te garanderen is er de Coat – inderdaad, een jas – die jou onzichtbaar maakt voor speurende camera’s en undercoveragenten op straat. De jas is een donker bomberjack, want dat is de meest gemiddelde jas van Nederland, aldus ontwerper Jochem van Schip. Daarin zit een speciaal zakje voor je telefoon dat werkt als een kooi van Faraday. Alle elektromagnetische straling wordt tegengehouden, zodat je telefoon – en dus jij – niet getraceerd wordt. Tot slot beschikt de jas over een ingebouwd harnas waarmee je je lichaamshouding kunt veranderen. Je gaat anders lopen en daarmee ontsnap je aan de speurende blik van technologie die mensen juist daaraan herkent.
Robotroofdier
Een mooi voorbeeld van de vervagende grens tussen leven en techniek is de Dionaea Mechanica Muscipula. Dit is een robotroofdier dat leeft op de eiken waar ook de gevreesde eikenprocessierups huist. Deze rupsen hebben lange haren die gemakkelijk loslaten en ernstige irritaties aan ogen, huid en luchtwegen bij mensen veroorzaken. De robotjes lokken de motten met een lampje en ‘verteren’ de motten vervolgens, waardoor ze hun eigen brandstof genereren. Geen motten, geen rupsen. Het klinkt misschien onnatuurlijk, maar de monotoon aangeplante eiken zijn ook niet natuurlijk, aldus ontwerper Jip van Leeuwenstein. Er is geen enkele vegetatie in de buurt waar de natuurlijke vijanden van de rupsen kunnen leven, dus is de stap naar een kunstmatig roofdier onvermijdelijk. Groot voordeel van de robotjes: ze zijn goed te controleren. Beter dan kunstmatig ingebrachte natuurlijke vijanden. Een aanpak die op verschillende plaatsen in de wereld al tot grote ecologische drama’s heeft geleid.
En zo is er nog veel meer te zien dat afwisselend bizar, geestig, onbegrijpelijk, ingenieus of confronterend is. Of soms allemaal tegelijk. Het zet je hoe dan ook aan denken over wat een mens eigenlijk is, hoe we samenleven en of technologie niet veel dichterbij is dan we ons (willen) realiseren.