In de geschiedenis van de mens zijn veel manieren van informatieopslag te vinden. Een overzicht van datadragers.
Bij het woord datadrager denk je misschien aan een usb-stick of een geheugenkaartje. Dat zijn relatief moderne voorbeelden. De geschiedschrijving van de mens gaat veel verder terug met manieren van informatieopslag die nu wellicht primitief lijken, maar vaak verrassend weinig ‘datarot’ vertonen en lang meegaan – zeker als je het vergelijkt met de modernere middelen.
Grotschildering: een Indonesisch wrattenzwijn
Een wrattenzwijn in Indonesië is de oudste, bekende grotschildering. Waarschijnlijk bedoeld om een verhaal te vertellen over jachttrofeeën. De schildering is nog altijd duidelijk zichtbaar. Zelfs de borstelige rugharen zijn te zien.
Houdbaarheid: al zo’n 45.000 jaar
Spijkerschrift: spijkerharde data
Zo’n vijfduizend jaar geleden ontstond er in het Midden-Oosten een schrift dat je met een rietstengel in klei kraste. Eerst gebruikte men veel pictogrammen, later werd taal abstracter met ‘spijkerachtige’ inkepingen. Mensen gebruikten het onder meer om de boekhouding te doen. Veel (uitgeharde) kleitabletten zijn nu nog in prima staat.
Houdbaarheid: al vijfduizend jaar, waarschijnlijk veel langer
Papyrus: het oudste papier
Tegenwoordig kennen we de cyperus papyrus vooral als plant voor de vijver. Vijfduizend jaar terug werden zijn stengels geperst tot een soort papier: papyrus. Uit het Oude Egypte bestaan documenten met medische praktijken, wiskundige berekeningen en volksverhalen. Helaas kan papyrus slecht tegen vocht: in Europa is vrijwel alles verloren gegaan. Zo’n tweeduizend jaar geleden verdrongen perkament en later papier het papyrus.
Houdbaarheid: enkele duizenden jaren onder droge omstandigheden
Olieverfschilderij: het kiekje van de renaissance
Hoewel lang daarvoor al werd geschilderd op gebouwen, keramiek en andere materialen breekt het olieverfschilderij in Europa door in de vijftiende eeuw. Schilders leggen de wereld om zich heen nauwkeurig vast op doek en experimenteren met technieken. In eerst instantie is het werk vaak religieus van aard, later verschijnen meer alledaagse taferelen en portretten.
Houdbaarheid: vijfhonderd jaar door middel van restauratie
Ponskaart: gatenkaas van informatie
De Franse uitvinder Joseph-Marie Jacquard ontwikkelt in 1790 een systeem om met een weefgetouw automatisch een patroon in het stof te weven. Het gebruikt een ‘programmeerbare’ kartonnen strook waarin op specifieke plekken gaten zitten. Dit patroon geeft aan hoe de machine draden rij voor rij in elkaar weeft. De ponskaart als informatiedrager bleek in de tweehonderd jaar daarna veelzijdig: het werd gebruikt in bijvoorbeeld draaiorgels en bij volkstellingen voordat de computer het werk overnam.
Houdbaarheid: honderden jaren
Foto: het licht vastleggen
De eerste foto met een persoon erop werd in 1838 gemaakt in Parijs. Het maken van een foto duurde in die tijd minuten, waardoor bewegende objecten – zoals mensen – doorgaans vervaagden op de opname. Deze meneer (linksonder in beeld) stond echter een tijd stil, waarschijnlijk om zijn schoenen te laten poetsen. Afhankelijk van de afdruktechniek verschilt de houdbaarheid; veel foto’s verkleuren binnen tientallen jaren.
Houdbaarheid: tientallen jaren, afhankelijk van de techniek
Wassen cilinders: geluiden uit een verleden
Vrolijke xylofoonnoten dansen over de tonen van een blaasorkest. Dit vier minuten durende stukje muziek werd rond 1912 opgenomen en staat op een cilinder met een laagje was waarin de geluidstrillingen zijn ‘gekrast’. Het kan nog steeds met een zogenoemde fonograaf worden afgespeeld, een apparaat dat het bedrijf van de Amerikaanse uitvinder Thomas Edison in 1880 ontwikkelde.
Houdbaarheid: zeker een eeuw
Magneetband: kilometers met deeltjesbotsingen
Tussen lange rekken met magneetbanden beweegt razendsnel een robot heen en weer die stopt om bepaalde banden op te halen en te lezen. Bij het Europese deeltjeslaboratorium CERN bij Genève staat een groot deel van de ruwe data uit de experimenten opgeslagen op tape. In 2019 had de organisatie 330.000.000 gigabyte aan gegevens. Tape is een relatief goedkope manier om veel informatie op te slaan.
Houdbaarheid: tientallen jaren
Floppy: flexibele informatie
Ze bestaan in verschillende formaten, maar uiteindelijk werd de variant van 3,5 inch het meest populair. Op flexibele floppy’s kon je spelletjes, onderzoeksresultaten en andere belangrijke bestanden opslaan. Maar de gegevens konden relatief makkelijk verloren gaan, doordat bitjes (een stukje informatie op de schijf) spontaan veranderden. Floppy’s hadden geen lange houdbaarheid. Nu is het grootste probleem dat nog maar weinig computers ze kunnen ‘lezen’.
Houdbaarheid: ongeveer tien jaar
Cassettebandje: prutsen met een potlood
Jarenlang waren cassettebandjes de meest populaire manier om muziek af te spelen. Je kon er zelfs onderweg mee naar jouw favoriete artiesten luisteren. De tape in de bandjes liep nog wel eens vast, waarbij een potlood vaak uitkomst bood om alles weer goed te draaien.
Houdbaarheid: tot zo’n dertig à veertig jaar
Compact disk: het glimmende schijfje
Na de cassettebandjes werden de cd’s razend populair. Handig om muziek mee te luisteren, maar ook om gegevens op te slaan. De houdbaarheid loopt nogal uiteen, afhankelijk van hoe het schijfje is behandeld. Leg je het onbeschermd in de zon? Dan gaat het rap bergafwaarts. Maar bij goede kwaliteit en behandeling loopt de levensduur op.
Houdbaarheid: tientallen jaren
Harde schijf: omvallende bitjes
De harde schijf is een van de meest moderne manieren om (vakantie)foto’s, films en bestanden op te slaan. Je zou denken dat het daardoor ook een van de meest betrouwbare is. Mis! Een harde schijf krijgt na verloop van tijd last van datarot, doordat bitjes spontaan veranderen.
Houdbaarheid: vaak zo’n tien jaar
Onze leestips
Met deze selectie van publicaties, begrijp jij de wereld om je heen beter. Dit is wat je nu moet weten.