Naar de content

Een historische reis langs algoritmes

Recensie Als dit dan dat van computerwetenschapper Chris Bleakley

Roeland Segeren, via Envato

Wat we er ook van vinden, we kunnen niet zonder algoritmes. Nooit gekund ook, want algoritmes bestaan al sinds mensen kunnen denken. Er zijn er dan ook heel veel. Soms simpeler dan de tafel van twee en soms zo complex dat het bijna niet te begrijpen is. Net als de vermakelijke poging van Chris Bleakley om algoritmes te ontrafelen.

10 augustus 2023

Toen het papieren boek zich nog verzette tegen de invasie van het digitale scherm, werkte ik in een bibliotheek. Om de stapels ingeleverde boeken zo efficiënt mogelijk te sorteren, splitste ik ze eerst in twee stapels: de lage nummers bij elkaar en de hoge nummers bij elkaar. Doe dat een paar keer achter elkaar, en er ontstaan steeds kleinere stapeltjes die je uiteindelijk in no time op volgorde hebt gezet. Voilà: een volledig zelfbedacht algoritme.

Dat stukje genialiteit bleek tijdens het lezen van Als dit, dan dat natuurlijk geen nieuwe uitvinding. De methode heeft zelfs een naam: Quicksort. Dit heet in de computerwetenschappen een ‘verdeel-en-heers-algoritme’, waarbij een groot probleem wordt opgesplitst in kleinere problemen. Dit is in zekere zin ook de manier waarop informaticus Chris Bleakley (University College Dublin) zijn lezers kennis laat maken met algoritmes. Hij breekt de ingewikkelde theorie achter algoritmes op in kleine stukjes, maar soms zijn zelfs die stukjes moeilijk te begrijpen.

Bèta-boek

Dit is meteen het grootste manco aan deze wiskundige reis langs uitvindingen, formules en knappe koppen. Hoezeer Bleakley ook zijn best doet om het verhaal zo begrijpelijk mogelijk te maken, het niveau golft flink heen en weer. Een beetje bèta-achtergrond komt daarom wel van pas bij het lezen. En zelfs dan, ook voor een gemiddelde boekhouder zijn dit soort zinnen geen gesneden koek:

‘Een polynomiale-tijd-algoritme voor het oplossen van alle NP-problemen zou voor een schare aan toepassingen een revolutie betekenen.’

Op zich prima dat er lastige termen sluipen in een boek over een bijzonder ingewikkeld onderwerp. De auteur legt de begrippen ook altijd eerst wel even uit. Hij lijkt er alleen iets te makkelijk vanuit te gaan dat iedereen die termen dan meteen goed snapt en blijft snappen als er weer nieuwe termen bij komen. Voor een nieuwkomer in de informatica wordt het dan al snel hogere wiskunde – wat het in feite ook letterlijk is.

Geschiedenisboek

Gelukkig biedt het boek veel meer dan een wiskundige opsomming van een verzameling algoritmes. De informaticus ontpopt zich namelijk als een heus historicus. In het eerste hoofdstuk neemt hij je mee naar de woestijn van het oude Mesopotamië (het huidige Midden-Oosten). Daar opgegraven kleitabletten van duizenden jaren oud tonen niet alleen de oudste vormen van schrift, maar ook de meest ingenieuze algoritmes. Hoewel Bleakley soms duidelijk worstelt met zijn verhalende schrijfwijze, levert het over het algemeen toch een mooi resultaat op. En anders maakt de passie voor zijn vak het wel goed:

‘Wat werkelijk opmerkelijk is aan de tablet, is dat die dateert van duizend jaar voordat de Oud-Griekse wiskundige Pythagoras werd geboren. Voor wiskundigen is dat als het vinden van een elektrische gloeilamp in een Vikingkampement!’

Springend door de tijd bezoekt Bleakley belangrijke plaatsen en personen die een rol spelen in de ontdekking van nieuwe algoritmes én de opkomst van computers. Geleidelijk rolt het verhaal naar de Big Tech, die de moderne samenleving zo domineert. Precies waar je tijdens het lezen op hoopt, want daar zit gevoelsmatig de urgentie van het onderwerp.

Opdringerige advertenties, op maat gemaakte nieuwsberichten, persoonlijke tips voor films en series. Hier denken we nou eenmaal aan als het over algoritmes gaat, steeds vaker met een vieze bijsmaak. We vergeten hierdoor soms dat algoritmes ook veel fijne dingen mogelijk maken: weersvoorspellingen, navigatie, een potje schaken tegen de computer. Ze komen allemaal langs.

Superpowers

Bleakley legt uit wat er achter technieken van bedrijven als Weeronline, Amazon, Netflix en Google schuilgaat, van algemeen idee tot feitelijke werking. Dat begint vaak sterk, met een makkelijk voorbeeld, en vloeit meestal over in een meer feitelijke, wiskundige uitleg. Die opbouw stelt de lezer in staat om een behoorlijk inzicht te krijgen in de digitale fundamenten van de moderne wereld. Dat begint al bij de eerste alinea in de inleiding, wat met recht een begrijpelijke kennismaking met algoritmes genoemd mag worden:

‘Een voor jou. Een voor mij. Een voor jou. Een voor mij. Je staat op het schoolplein. De zon schijnt. Je deelt een zak snoep met je beste vriend. “Een voor jou. Een voor mij.” Wat je destijds niet besefte, was dat het delen van de snoepjes op die manier een uitvoering van een algoritme was.’

Het voorbeeld op het schoolplein past metaforisch bij de rode draad van het boek. Die loopt van de simpelste, bijna kinderachtige algoritmes tot volwassen, zelflerende modellen die het weer voorspellen of ons de weg wijzen. Van primitieve kleitabletten tot doorontwikkelde toepassingen in Big Tech.

Daarmee schaart het zich in feite tussen de klassieke geschiedenisboeken. Die eindigen immers altijd bij de overwinnaars – bij de superpowers op het moment dat het verhaal wordt vertelt. Want wat we er ook van vinden, het valt niet te ontkennen dat bedrijven als Amazon, Google en Facebook dankzij algoritmes de wereld hebben veroverd.

Chris Bleakley, Als dit, dan dat – De algoritmen waar de digitale wereld op draait (Veen Media, 2023).
ISBN: 9789085718079, 312 bladzijden, €24,99.