Naar de content

'Duct tape' in de operatiekamer

Evan-Amos

Wat als je een pleister hebt die ook aan de binnenkant van ons lichaam blijft plakken? Een uitkomst bij allerlei operaties, om lekkages te voorkomen en gaatjes te dichten. General Adhesive Tissue Tape (GATT) lijkt ertoe in staat, en zet de deur open voor nieuwe toepassingen.

27 februari 2016

Opereer je iemand, dan ontstaan er bloedingen. Na hechting is die bloeding niet altijd weg. Het stelpen ervan is soms een probleem: bij oudere mensen bijvoorbeeld gaat dat minder snel. Bovendien zijn de methoden waar je uit kunt kiezen gering, vertelt Johan Bender, directeur van GATT Technologies. “Je kunt kiezen uit een soort sponsjes, die bestaan uit gelatines, collagenen of celluloses. Die werken niet optimaal maar zijn wel goedkoop: 5 tot 12 euro per stuk. Een andere optie is om te werken met dezelfde sponsjes, maar dan gecoat met stollingsfactoren uit het bloed. Die helpen het bloed dus snel te stollen, maar komen met tegen een flinke prijs: zo’n 500 euro per stuk.”

Plakkende polymeren

Dat moet anders kunnen, dacht Bender. Er moet een methode zijn die zo goed is als die dure dingen, maar voor minder dan de helft van de prijs. Bender is de oprichter van GATT Technologies BV, dat draait om het ontwikkelen van zogenoemd General Adhesive Tissue Tape, een soort ‘duct tape’ voor medisch gebruik. In 2010 ontdekte Bender een polymeer, een keten van plakkende groepen moleculen, die reageren met weefsel. Wanneer het polymeer in aanraking komt met bloed, verandert het in een gel. Die reactie zorgt dat het bloed gaat stollen.

Het mechanisme van het GATT-tape uitgelegd. Na een operatie (hier gevisualiseerd als het verwijderen van een stuk darm) kan er lekkage optreden (5). Het GATT-tape helpt om de bloeding te stelpen. Wim R. Euverman

Dat klinkt veelbelovend. Maar nu was het zaak dat de polymeren op grote schaal en geschikt voor medisch gebruik gemaakt konden worden. Daarvoor moest het voldoen aan strikte eisen. Binnen onderzoeksconsortium NIRM heeft GATT Technologies zich daarmee bezig gehouden. “En het is behoorlijk gelukt”, zegt Bender. De goedkope blanco gelatinesponsjes konden worden gecoat met de nieuwe polymeren. En de eerste tests hebben ze goed doorstaan. Bender: “Je kunt bijvoorbeeld de kracht van de stolling van het bloed tussen twee gecoate producten goed testen, door ze uit elkaar proberen te trekken. De kracht die je dan nodig hebt, zegt iets over hoe goed het bloed gestold is.”

Niet alleen in het lab

Moeilijkheden kwamen Bender en collega’s vooral tegen in de scheikundige kant van het verhaal: hoe zorg je dat je de stof zuiver en robuust houdt, en hoe kun je er tegelijkertijd voor zorgen dat je er voldoende van maakt voor de medische toepassing? Die medische toepassing is cruciaal om mee te nemen in je onderzoek, vindt Bender. “Eens had een onderzoeker de voorpagina van Science gehaald, omdat hij de lijm van mosselen (die ook onder water plakt, red.) kon namaken. Maar wat blijkt nadien: medisch hebben we hier niks aan, omdat de stof ongeschikt is om bij mensen te gebruiken.”

Afgelopen zomer en najaar is het GATT bij varkens getest. “Daar kom je dan niet onderuit”, zegt Bender. “Je moet immers bewijzen dat het niet alleen in het lab goed werkt.” Bij vier varkens werden er verschillende bloedingen veroorzaakt, in de milt en de lever. De onderzoekers stelpten die bloedingen met de goedkope blanco sponsjes, de dure sponsjes met stollingsfactoren en met GATT-gecoate sponsjes. Wat bleek: de blanco sponsjes presteerden heel slecht, maar de andere twee producten adequaat. En dus kwam GATT als beste uit de bus, met een prijs van rond de 200 euro per sponsje; minder dan de helft dan het duurdere product.

Voor de producten is een grote markt, denkt Bender: wereldwijd gaat er per jaar zo’n 2,5 miljard euro in om. Voor toepassing in het ziekenhuis moeten we nog wel geduld hebben, zegt Bender. “De registratie van het product zal nog wel een jaar of twee duren. Maar met een goed doel: bredere keuze voor een arts, en een betere prijs.”

Gaatjes vullen

Toepassingen voor GATT zijn bijvoorbeeld darm- of leveroperaties. Om de ‘allround pleister’ zo snel mogelijk goedgekeurd te krijgen, is eerst gekozen om de bloedstolling te laten zien. “Daarvan kunnen we op een relatief simpele manier bewijzen dat het werkt”, zegt Bender. Maar het plan is om de polymeren ook op andere plekken in te zetten. Bijvoorbeeld voor het opvullen van gaten in botten. “Er is een onderzoeksgroep die korreltjes levert, als een soort botfragmentjes. Gemengd met het bloed van patiënten en commerciële stollingsfactoren kun je daarmee het bot stuken. Maar in plaats van die stollingsfactoren zou je ook prima GATT kunnen gebruiken”, zegt Bender.

ReactiesReageer