Naar de content

De misdaad rechtgezet

Voor straf: genoegdoening

Jerry van der Weert voor NEMO Kennislink

Hoe maak je de schade ongedaan die een misdaad aanricht? Streng straffen klinkt daadkrachtig, maar een andere aanpak levert wellicht veel meer op. “Met straffen herstel je helemaal niks.”

9 april 2025

Misdadigers verdienen straf. Daar lijken we het allemaal over eens te zijn. Op die manier zetten we de situatie recht, voor de slachtoffers en voor de samenleving. Maar in hoeverre is een slachtoffer werkelijk geholpen als de dader opgesloten zit? Het aangedane leed verdwijnt niet opeens, zelfs niet met de zwaarste straf.

Zijn er dan geen betere manieren om tegemoet te komen aan slachtoffers? Misschien moeten we wel op een totaal andere manier kijken naar genoegdoening. Herstelrecht richt zich op het terugbrengen van de balans tussen dader en slachtoffer. Daarbij draait het niet om de cel, maar om contact en herstel van schade.

Wraakzucht botvieren

Welke straf past bij welke misdaad? Bij een beroving is het leed nog deels te compenseren met een schadevergoeding, maar hoe zet je iemands slapeloze nachten recht? En hoeveel dagen celstraf staan er gelijk aan een mishandeling? Bij een drievoudige moord lijkt elke celstraf ontoereikend, al zijn er landen waar daders meermaals levenslang kunnen krijgen. Maar duidelijk is dat ook die fantasieoplossing het leed niet écht rechtzet.

Volgens hoogleraar herstelrecht Jacques Claessen van Maastricht University vormt de wens tot straffen al geen goed uitgangspunt. “Bij vergelding zeg je: er is een dreun verkocht en nu gaan we als straf de dader ook een dreun verkopen, bijvoorbeeld door hem op te sluiten of een boete te geven. Als herstelrechtsdenker zeg ik: daar herstel je helemaal niks mee. Min plus min is dubbel min, niet nul.”

Vaak willen slachtoffers vooral dat een misdaad niet opnieuw plaatsvindt. Een celstraf verhoogt juist de kans op recidive

— Jacques Claessen

Door leed te bestraffen met meer leed zijn we nóg slechter af. Moreel gezien is straffen volgens Claessen helemaal geen logische reactie op een misdaad. “Gevoelens van woede en verdriet zijn best legitiem, maar als ik m’n wraakzucht botvier, is dat iets anders dan gerechtigheid.” Hij bepleit een andere benadering. “Binnen het herstelrecht neemt de dader actief verantwoordelijkheid voor zijn daden en maakt iets goed richting het slachtoffer en de samenleving.”

Oog voor herstel

Hoe kan zoiets er dan uitzien? Een van de vormen is herstelbemiddeling, vertelt Alice Bosma van het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving. Als dader en slachtoffer ervoor voelen, kunnen ze het gesprek met elkaar aangaan, buiten het reguliere straftraject om. “Gesprekken kunnen letterlijk bij elkaar aan tafel zijn, of dader en slachtoffer sturen bijvoorbeeld brieven naar elkaar.” Dat gebeurt onder begeleiding van deskundigen die ook vooraf al gesprekken met beide partijen gevoerd hebben.

Dat klinkt misschien als een kleffe feelgoodfilm, maar het doel is niet dat dader en slachtoffer elkaar snotterend in de armen vliegen, vertelt Bosma. “Soms zit er de zweem omheen dat herstelrecht is bedoeld als een vergevingsproces. Dat hoeft niet zo te zijn. Als iemand is beroofd kan die zitten met vragen: was ik specifiek het doelwit of was ik gewoon de verkeerde op de verkeerde plek? En kom ik jou weer tegen?” Een antwoord op zulke vragen kan veel betekenen, en verzoening is lang niet altijd het einddoel. “Je kunt ook afspraken maken: de dader bezoekt voortaan een andere supermarkt, zodat je elkaar niet meer tegenkomt. De afspraken kunnen dus ook gaan om het verbreken van banden.”

Zo helpt herstelbemiddeling om de naweeën te verlichten voor slachtoffers, vertelt Bosma. Als je op het station beroofd wordt, is de schade veel groter dan een handtas, wat kleingeld en je pasjes. Die laten zich wel vervangen, maar je vertrouwen koop je niet terug. “Slachtofferschap vormt inbreuk op twee grote aspecten van ons leven: agency en communion.” Agency draait om je zelfstandigheid als individu. “Misschien durf ik niet meer ’s avonds op straat of voel ik me gekrenkt in m’n status.” Communion houdt in dat je je onveilig voelt in de gemeenschap en anderen minder durft te vertrouwen. Contact met de dader kan helpen om je weer veilig te voelen op het station en het gekrenkte vertrouwen te herstellen. Dat effect heeft een celstraf niet: de dader zit weliswaar een tijdje ‘veilig’ opgeborgen, maar het slachtoffer voelt zich naderhand allesbehalve veilig.

Littekens blijven

Sinds 2017 is er ook binnen het strafstelsel ruimte voor herstelrecht. Herstelbemiddeling vormt een aanvulling op het strafrecht. Daders krijgen dus alsnog hun reguliere straf opgelegd.  Als beide partijen daarvoor voelen, kunnen ze tijdens het strafproces mediation aangaan. Dat traject is redelijk vergelijkbaar met herstelbemiddeling, met gesprekken tussen dader en slachtoffer onder deskundige begeleiding. Maar mediation heeft als voordeel dat gemaakte afspraken al in de zaak worden meegenomen, bijvoorbeeld over schadevergoeding, onbetaalde herstelwerkzaamheden of contact- en gebiedsverboden. Die afspraken komen in het strafdossier terecht en worden meegewogen bij het bepalen van de strafmaat. De straf kan daardoor lager uitvallen, al vormt deelname aan mediation geen gegarandeerde ‘verlaat de gevangenis zonder betalen’-kaart.

Cel in een gevangenis met een raam met tralies ervoor, een bed en een bureautje met bureaustoel en magnetron

Als een dader na een celstraf vrijkomt, voelt het slachtoffer zich vaak alsnog onveilig.

Jerry van der Weert voor NEMO Kennislink

Mediation lijkt op het eerste oog een overweldigend succes: een onderzoeksrapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum constateerde in 2024 dat 84 procent van de mediationtrajecten tot overeenstemming leidde. De cijfers zijn wel mede zo gunstig omdat deelname op vrijwillige basis van beide kanten is. Die vrijwillige deelname is juist ook van groot belang, vindt Bosma, net als bij herstelbemiddeling: “Ik denk niet dat het voor iedereen een betere manier is. Er zijn genoeg mensen die zeggen: ik wil het gewoon achter me laten.”

Ook herstelbemiddeling en mediation poetsen trouwens niet ál het leed uit, benadrukt Claessen. “Een klap kun je niet uitwissen, daar blijven altijd littekens. De vraag is: hoe ga je de toekomst in? Je kan wel degelijk symbolisch herstellen en afspraken maken om het goed te maken.” Dat kan volgens Claessen een betere oplossing zijn voor het slachtoffer, maar ook voor de dader en de samenleving. “Het is een misverstand dat slachtoffers altijd willen dat de dader zo streng mogelijk gestraft wordt. Vaak willen slachtoffers vooral dat een misdaad niet opnieuw plaatsvindt. Een celstraf is daarvoor weinig gunstig, want die verhoogt juist de kans op recidive.”

Schuldbewuste dader

Herstelrecht is vooral gericht op het slachtoffer, maar lijkt nog een gunstig bijeffect te hebben: daders gaan minder vaak opnieuw in de fout na hun straf. Mogelijk komt dit doordat ze dankzij herstelbemiddeling meer empathie voor het slachtoffer voelen en vaker berouw tonen, zoals verschillende studies aantonen.

Denken in herstel

Herstelrecht vormt dus een interessante manier om slachtoffers van onrecht tegemoet te komen, toch is de impact ervan voorlopig relatief beperkt. In 2023 vonden er 74 duizend rechtszaken plaats, terwijl herstelbemiddeling en mediation beide ruim duizend zaken in behandeling namen. Volgens Claessen is daar nog een wereld te winnen. “Je hebt landen waar de gedachte meer is: ga eerst naar de mediator, als je er niet uitkomt ga dan maar naar de rechter. Vrijwilligheid is belangrijk, maar we zouden in mijn ogen meer moeten opschuiven naar een strafsysteem waarin bij iedere stap in het proces wordt gekeken of herstelrecht of mediation meerwaarde heeft voor partijen.”

Spreekrecht

Slachtoffers van zwaardere misdaden mogen sinds 2005 tijdens de rechtszaak hun zegje doen. Ook dit spreekrecht is bedoeld om slachtoffers meer ruimte te geven. Dat is waardevol, maar deze monoloog is veel minder gericht op echt herstel, vindt hoogleraar herstelrecht Jacques Claessen. “De rechter luistert en zegt: ‘Dank u wel’ en gaat weer over tot orde van de dag, want dan gaat het proces weer tussen de overheid en de verdachte.”

Vooral bij de wat kleinere zaken ziet Claessen herstelrecht als volwaardig alternatief voor onze huidige neiging tot straffen. “Bij de ernstigste delicten, zoals moord en verkrachting, kan herstelrecht desgewenst een aanvulling vormen op het strafrecht, geen vervanging.” Maar, benadrukt Claessen, getalsmatig vormen de kleinere zaken een grote meerderheid. Juist bij de berovingen, de vechtpartijen en de verkeersdelicten kan een andere aanpak écht bijdragen aan herstel voor slachtoffers.