Wanneer de Afrikaanse Megaponera-mier gewond raakt in het heetst van de strijd tegen de termiet hoeft hij niet te vrezen: zijn soortgenoten dragen hem terug naar het nest waar hij rustig bij kan komen van zijn verwondingen. Duitse onderzoekers van het Biocentre van de University of Würzburg beschrijven dit bijzondere gedrag in hun artikel in het wetenschappelijke tijdschrift ‘Science Advances’.
Als heuse gladiatoren trekken ze zo’n twee tot vier keer per dag ten strijde om jacht te maken op de termiet. Onder leiding van een verkenner gaan wel 200 tot 500 Afrikaanse Megaponera-mieren (Megaponera analis) op strooptocht bij termietenheuvels en nemen de overwonnen prooi dan mee terug naar huis. Dit is niet zonder gevaar: de termieten hebben vaak goede verdedigers met sterke kaken en die vechten dan ook terug. Dat sommige mieren hierbij gewond raken is niet ongebruikelijk.
Onderzoekers van het Duitse Biocentre van de University of Würzburg hebben nu ontdekt dat deze mieren die ten zuiden van de Sahara leven, een wel heel bijzonder gedrag vertonen wanneer hun mede-mieren gewond raken. Hierover publiceerden ze onlangs in het wetenschappelijke tijdschrift Science Advances. “Het gaat om gedrag dat nog niet eerder bij insecten is waargenomen”, aldus PhD-student Erik Frank, die meer dan vierhonderd veldslagen van de wilde mieren waarnam in het vochtige savannelandschap van de noordelijke Ivoorkust.
Eerste Hulp
Wanneer zo’n Afrikaanse Megaponera-mier tijdens een gevecht gewond raakt, ‘roept’ de gewonde mier zijn soortgenoten. Dat doet hij door een chemische substantie met de feromonen dimethyl disulfide en dimethyl trisulfide af te scheiden, waarop zijn mede-mieren hem te hulp schieten. Als een heuse mierenambulance tillen ze de gewonde mier op en brengen hem terug naar huis. Opvallend is dat dode mieren steevast achtergelaten worden en dat sluit kannibalisme uit. Ook gewonde mieren van andere kolonies worden niet meegenomen, maar juist weggejaagd. De ambulancebroeders weten dus duidelijk wat ze doen.
Eenmaal terug in de veiligheid van de mierenhoop komt de Eerste Hulp ter plaatse: soortgenoten verwijderen de termieten die nog aan de gewonde mier vast zijn blijven zitten, en de patiënt krijgt de tijd om rustig bij te komen. Sommige mieren verliezen tijdens de strijd ledematen, maar door de reddingsactie en de rust die ze krijgen zijn ze na 24 uur vaak al weer net zo snel als een gezonde mier.
Onverwacht sociaal
Volgens de wetenschappers is dit gedrag een onverwachte ontdekking en erg bijzonder, zeker voor sociale insecten zoals mieren. Dat klinkt tegenstrijdig, omdat je zou verwachten dat sociale insecten hun zieke soortgenoten helpen. Dat is immers iets wat wij mensen sociaal vinden. Maar voor de sociale insecten is de groep belangrijker dan het individu, wat dus betekent dat een gewonde mier minder waard zou zijn. Dat maakt het extra bijzonder dat de gezonde mieren toch een reddingspoging doen.
Voor de gehele mierenkolonie heeft de reddingsactie uiteindelijk ook nut. De onderzoekers observeerden namelijk dat bijna alle mieren die door hun soortgenoten zijn gered vervolgens weer meededen bij nieuwe termietenjachten, soms nog geen uur na hun verwondingen of met een poot minder.
Aanval van spinnen
Terugkeren met de groep is belangrijk voor de mieren, want het biedt bescherming. Op de terugweg ligt een aanval van bijvoorbeeld spinnen altijd op de loer. In een experiment waarbij de onderzoekers de mieren dwongen om alleen naar huis terug te keren, overleed 32 procent van de gewonde strijders op de weg terug tegenover slechts 10 procent van de gezonde mieren. Opvallend was ook dat gewonde mieren alleen gered werden van het slagveld en tijdens de terugweg. Wanneer een mier op de heenweg al gewond raakte, lieten zijn soortgenoten hem achter. Het is voor de gezonde mieren dan een te groot risico om de gewonde mier te redden, omdat ze dan de groep moeten verlaten.
Het achterliggende doel van dit onderzoek is om de drijfveren achter onzelfzuchtig evolutionair gedrag bij dieren te achterhalen. Dat Megaponera-mieren onzelfzuchtig werken laten ze absoluut zien. Wanneer de mieren terug naar huis gaan wachten ze tot de groep compleet is, zodat iedereen veilig mee terug kan. Soms worden er zelfs gezonde mieren teruggedragen als ze te langzaam zijn om de groep bij te kunnen houden. Samen uit is immers samen thuis.