Vrouwen krijgen er allemaal mee te maken als ze ouder worden: de overgang. Toch is het een onderwerp waar veel mensen maar weinig van weten. Wat is de menopauze? En wat zijn de gevolgen?
Plotseling krijg je het warm. Je voelt je hoofd rood aanlopen, en de druppels zweet lopen over je rug. Of je hebt opeens last van stemmingswisselingen, sombere gevoelens, en voelt je niet meer jezelf. Voor veel vrouwen van middelbare leeftijd is dit realiteit. De oorzaak? Ze zijn in de overgang.
De overgang staat ook wel bekend als de menopauze. Toch is het niet helemaal hetzelfde. De menopauze is de laatste menstruatie van een vrouw. De overgang is de periode daaromheen: vanaf het moment dat de cyclus onregelmatig wordt, totdat de menstruatie een jaar lang is uitgebleven. “Pas dan kun je met zekerheid zeggen dat het de laatste ongesteldheid is geweest”, vertelt Peter Bisschop, hoogleraar Klinische Endocrinologie bij Amsterdam UMC.
De laatste menstruatie hebben vrouwen gemiddeld op 51-jarige leeftijd. Bij de meeste vrouwen zal die tussen de 45 en 55 jaar zijn. Al zijn er ook vrouwen die pas op hun zestigste of juist al veel eerder hun laatste menstruatie hebben. Of zelfs helemaal nooit ongesteld worden.
Gejaagd gevoel
In het lichaam van een vrouw verandert er van alles wanneer zij in de overgang komt. Zo neemt de productie van de geslachthormonen oestrogeen en progesteron af. Deze hormonen beïnvloeden niet alleen de menstruatiecyclus, maar hebben ook invloed op andere lichaamsfuncties. Zoals de temperatuurregulatie, hart- en bloedvaten, urinewegen en botsterkte.
De overgang kan een hele variatie aan klachten met zich meebrengen. De meest typische overgangsklachten zijn opvliegers en nachtelijk zweten. Vrouwen kunnen daarnaast te maken krijgen met spier- en gewrichtspijn, hoofdpijn, en minder zin in seks. Maar ook met psychologische klachten zoals een gespannen of gejaagd gevoel en concentratieproblemen.
Veel van deze klachten komen ook voor bij vrouwen voordat ze in de overgang komen. Dat maakt het voor vrouwen zelf, maar ook voor zorgverleners, soms moeilijk om overgangsklachten te herkennen. “Wel zien we dat vrouwen tijdens de overgang, en ook daarna, meer en ernstigere klachten ervaren”, vertelt Bette Loef die als onderzoeker werkt bij het RIVM.
Niet bespreken
In hoeverre beperken deze klachten werkende vrouwen? En hoe gaan zij daarmee om? Om hier meer inzicht in te krijgen, namen onderzoekers van het RIVM vragenlijsten af bij ruim 12 duizend werkende vrouwen van 40 tot 66 jaar. Hieruit blijkt dat niet alle vrouwen in de overgang zich beperkt voelen door overgangsklachten. 55 procent voelt zich de voorgaande maand niet beperkt, 35 procent af en toe en 10 procent (heel) vaak. Loef: “Vrouwen die zich wel beperkt voelen, ervaren gemiddeld meer klachten dan vrouwen die zich niet beperkt voelen.”
Van de vrouwen die zich beperkt voelen in hun dagelijks functioneren op het werk, zegt de helft het niet op werk te bespreken. Niet met de leidinggevende, niet met de bedrijfsarts en niet met een directe collega. De overgrote meerderheid van deze vrouwen geeft aan daar geen behoefte aan te hebben. “Daar moeten we wat mee”, stelt Loef. “Want deze vrouwen voelen zich wel beperkt in hun functioneren.” Daarom is het volgens haar belangrijk om uit te zoeken waarom zij dit niet willen bespreken. Of het bijvoorbeeld komt door taboe, doordat vrouwen niet weten bij wie ze terecht kunnen, of hun eigen klachten niet herkennen als overgangsklachten.
Minder taboe
“Of de overgang taboe is op de werkvloer verschilt per organisatie”, stelt RIVM-onderzoeker Sandra van Oostrom, die net als Loef betrokken was bij het onderzoek. “Als ergens veel mannen werken en vrijwel alle leidinggevende mannen zijn, kan het moeilijker zijn om het onderwerp te bespreken.” De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor de overgang. Zo krijgt het onderwerp steeds meer media-aandacht, en schrijven BN’ers boeken over hun eigen ervaringen.
De extra aandacht voor de overgang is volgens Loef en Van Oostrom een goede ontwikkeling. “Persoonlijk hoop ik dat er op de werkvloer straks opener over gepraat wordt”, aldus Loef. Als er een collega zwanger is, is daar volgens haar vaak begrip voor. “Dan begrijpen veel mensen dat iemand tijdelijk misschien wat minder productief is. Het zou mooi zijn als dat ook zou gelden voor vrouwen in de overgang.”
Betere ondersteuning
In cao’s, waarin alle arbeidsvoorwaarden staan vermeld, staan steeds vaker afspraken over de overgang. Zoals flexibele werktijden, een goede temperatuurregulatie op kantoor of toegang tot schoon sanitair. “Dat zijn dingen waar eigenlijk iedereen wat aan heeft, maar die vrouwen in de overgang extra kunnen helpen”, aldus Van Oostrom. “Iedereen wil graag een schoon toilet. Maar wanneer je hevige menstruatiebloedingen hebt, is dit nog belangrijker.”
Bedrijfsartsen zijn niet allemaal goed op de hoogte van overgangsklachten en welke impact deze kunnen hebben op werk. Daarom is er een richtlijn voor bedrijfsartsen in de maak. In dit document zetten onderzoekers, huisartsen, gynaecologen, beleidsmedewerkers en bedrijfsartsen de huidige kennis op een rij. De nieuwe richtlijn is naar verwachting in 2025 klaar. “Bedrijfsartsen kunnen hierin lezen wat ze kunnen doen wanneer een vrouw zich meldt met mogelijke overgangsklachten. Om daarmee problemen op het werk zoveel mogelijk te voorkomen of te verhelpen.”