Naar de content

De dodelijkste natuurrampen

Een foto van de aardbeving in El Salvador.
Een foto van de aardbeving in El Salvador.
USGS

De natuur geeft en neemt. Van dat laatste houden we helemaal niet wat betreft natuurrampen. Tussen 2000 en 2009 kwamen wereldwijd ruim 78.000 mensen per jaar om door deze rampen. Rampjaar 2010, waarin bijna 300.000 mensen de dood vonden, is niet meegerekend. Wat zijn de dodelijkste natuurrampen en waar komen ze voor?

21 december 2012

Slachtoffers per ramp

Wat de dodelijkste rampen zijn, kunnen we op verschillende manieren bekijken. Dat kan bijvoorbeeld door het aantal slachtoffers per ramp te tellen over een lange periode. Dan blijkt dat de Bengaalse hongersnood van 1769-1773 de meeste slachtoffers veroorzaakte. Tien miljoen mensen lieten het leven, wat ongeveer een derde was van de populatie van India destijds. Vloeden (of overstromingen), aardbevingen, cyclonen (of orkanen) en tsunami’s maken de top 10 compleet (zie tabel).

Kijken we naar het lijstje vanaf 1900 dan is er geen hongersnood in te vinden, maar nog steeds wel de andere al genoemde rampen. Dat kan zijn omdat zware hongersnoden eens in de zoveel honderden jaren voorkomen, maar waarschijnlijker is het dat we hongersnoden veel beter kunnen bestrijden door sneller hulp vanuit andere gebieden te leveren. Veel andere rampen zijn simpelweg niet vernietigend genoeg om een massaal aantal mensen te kunnen doden (denk aan vulkanen, hittegolven, tornado’s etc.).

Een tabel van de dodelijkst gedocumenteerde natuurrampen.

De dodelijkst gedocumenteerde natuurrampen. Een relatief gevaarlijk werelddeel om in te wonen lijkt Azië te zijn, waar vooral het grote China en India door zware rampen zijn getroffen in het verleden.

Dodelijkste rampen top 10

Slachtoffers per ramp per jaar

Een andere manier om naar dodelijke rampen te kijken, is naar het gemiddelde aantal slachtoffers per jaar per soort ramp. Daaruit blijkt dat, gerekend over de periode van 2000-2009 vloeden (van rivieren) minder slachtoffers eisen dan wellicht verwacht op basis van de tabel hierboven. Met name wederom aardbevingen (inclusief tsunami’s) en stormen zoals cyclonen zorgen voor veel slachtoffers per jaar (zie tabel hieronder). Hittegolven staan op de derde plaats. Dezelfde top 3 geldt voor het dodenaantal per ramp.

Rampen die enorm spectaculair zijn, maar relatief gezien weinig slachtoffers veroorzaken, zijn vulkaanuitbarstingen, windhozen (of tornado’s), bosbranden en aardverschuivingen. Deze grijpen vooral plaats op een klein gebied waardoor het aantal slachtoffers nooit erg groot kan zijn. In sommige gevallen, zoals bij vulkanen, zien wetenschappers de uitbarsting al aankomen; vluchten is vaak nog een mogelijkheid bij bosbranden.

Een tabel met het aantal doden en getroffen per jaar en per natuurramp.

Het aantal doden en getroffen per jaar en per ramp.

International Disaster Database

Het getroffen aantal mensen per jaar laat een heel ander beeld zien: het aantal mensen dat te lijden heeft gehad van met name droogte, vloeden en stormen is vele malen groter dan bij de rest van de rampen. Dat komt door de geografisch grote omvang van deze rampen. Procentueel gezien zijn aardverschuivingen en aardbevingen de gevaarlijkste rampen, want van elke 2000 getroffen mensen sterft er één. Dat is meer dan bij andere rampen.

Een diagram dat het percentage slachtoffers per wereldregio weergeeft.

Het percentage slachtoffers per wereldregio.

International Disaster Database

Meer doden in arme landen?

Gerekend over de periode van 2000-2009 komt 85% van de slachtoffers uit Azië. Is dat toeval? Het klopt dat Azië het grootste deel van de wereldbevolking huist met zo’n 60%, maar dan nog is die 85% tamelijk veel. Wellicht speelt de geografie van rampen mee: aardbevingen (inclusief tsunami’s) en cyclonen treffen dichtbevolkte delen van Azië namelijk regelmatig (denk aan de aardbeving en tsunami van 26 december 2004 en ook die van 11 maart 2011 in Japan). Aardplaatgrenzen, met name gevaarlijke convergente grenzen, komen veel voor in de oceanen rond Azië. Bovendien zullen niet alle inwoners zich afdoende kunnen beschermen tegen deze rampen gezien de economische status van een groot deel van de Aziatische bevolking. Bijvoorbeeld, aardbevingsbestendige gebouwen zullen niet overal aanwezig zijn.

Dit wordt onderschreven door meerdere onderzoeken. In het derde IPCC-rapport uit 2001 staat te lezen dat 65% van de doden door natuurlijke rampen tussen 1985-1999 viel in landen met mensen met een laag inkomen (minder dan 760 dollar per inwoner). Een onderzoek gepubliceerd in 2005 over natuurrampen tussen de periode 1980-2002 toonde ook aan dat rampen veel meer doden eisen in relatief arme landen. Dat komt volgens dit onderzoek echter niet omdat verhoudingsgewijs meer rampen plaatsvinden in arme landen. De mensen in arme landen kunnen zich waarschijnlijk minder wapenen tegen natuurrampen.

In tegenstelling tot de relatieve rijkdom van landen, blijkt geografie wel een rol te spelen. In Afrika komen minder rampen voor waardoor minder doden door natuurrampen vielen. Nog een belangrijk feit: in ondemocratische landen en landen met een groot verschil tussen arm en rijk komen verhoudingsgewijs meer doden voor door natuurrampen. De arme mensen lijden het meest.

Man-vrouw verschillen

Onderzoek uit 2007 liet zien dat relatief veel vrouwen overlijden door natuurrampen en de gevolgen daarvan. Dat kan niet verklaard worden door de biologische en fysiologische verschillen tussen mannen en vrouwen. De wetenschappers stellen dat vooral de alledaagse socio-economische status van de vrouw de oorzaak is. Ook blijkt dat hoe hoger de status van de vrouw, des te minder het verschil is in kwetsbaarheid ten opzichte van de man. Wat de onderliggende redenen hiervan zijn, is nog niet goed bekend.

Tenslotte

De conclusie is dat wellicht aardbevingen (inclusief eventuele tsunami’s) de dodelijkste natuurrampen zijn. Ze komen zo goed als bij elke methode naar voren als zeer dodelijk. Hittegolven, cyclonen en vloeden volgen op enige afstand. Moeder natuur slaat vooral dodelijk toe in Azië waar vooral de arme mensen het slachtoffer zijn.

Bronnen:
  • International Disaster Database, 2010 disasters in numbers.
  • Intergovernmental Panel on Climate Change, Climate Change 2001: Impacts, Adaptation and Vulnerability, James McCarthy, Osvaldo Caniziani, Neil Leary, David Dokken, and Kasey White (eds.), Chapter 8, 451-486 (2001).
  • Kahn, M.E., The death toll from natural disasters: the role of income, geography, and institutions The Review of Economics and Statistics 87 (2005) 271-284. PDF
  • Neumayer & Plümper, The gendered nature of natural disasters: the impact of catastrophic events on the gender gap in life expectancy, 1981–2002, Annals of the Association of American Geographers, 97 (2007) 551-566. PDF

Zie ook op Kennislink:

  • Weer en water oorzaak meeste natuurrampen (KNMI nieuwsbericht)
  • Meer doden door overstromingen: schuld van het klimaat? (achtergrond)
  • Aardbevingen (dossier)
  • Vulkanen (dossier)
  • Tsunami (dossier)
  • Plaattektoniek (dossier)