Volgens de officiële islamitische leer is de Koran rond 650 op schrift gesteld. Sommige Westerse islamologen zijn echter sceptisch over dit vroege jaartal en gaan uit van een geleidelijke opschriftstelling, pas vanaf de 9e eeuw. Recent onderzoek naar eeuwenoude Koranfragmenten op perkament en papyrus dateert dit materiaal echter tussen 650 en 700…
De Koranfragmenten zijn in het bezit van de Universitaire Bibliotheek Leiden en werden onderzocht binnen het internationale onderzoeksproject Coranica. Dit brede project, gecoördineerd door de Berlin-Brandenburgische Akademie der Wissenschaften, onderzoekt sinds 2007 vroege Koranteksten. Een onderdeel van het onderzoek was C14-datering door de Technische Hochschule in Zürich, om vast te stellen hoe oud het gebruikte materiaal ongeveer is.
De Koranfragmenten uit Leiden zijn een van de eersten binnen het project, waarvan de analyse klaar is. Hieruit blijkt dat het gebruikte materiaal gedateerd kan worden tussen 650 en 700. Dit is ruim een eeuw ouder dan de Universiteit Leiden vóór het onderzoek dacht. Deze Koranfragmenten zijn hiermee de oudste in Nederland.
Kennislink interviewt dr. Arnoud Vrolijk, conservator oosterse handschriften bij de Bijzondere Collecties van de Universitaire Bibliotheken Leiden (UBL), over deze bijzondere vondst.
Groot nieuws! Maar waarom is er niet eerder onderzoek gedaan naar de leeftijd van de Koranfragmenten?
“De C14-analyse is kostbaar en je krijgt over de hele linie pas betrouwbare resultaten als je veel fragmenten tegelijk onderzoekt. Dat gebeurt nu in het Coranicaproject.”
Waarom is het perkament geanalyseerd en niet de inkt? Is het niet mogelijk dat de tekst pas later is opgeschreven?
“Het is in theorie mogelijk dat je een vel perkament heel lang bewaart en er dan pas tekst opschrijft. Maar waarschijnlijk is het niet. Perkament is arbeidsintensief en je hebt veel huiden nodig voor één boek. Als je het perkament niet meteen gebruikt, verlies je dus veel geld.”
Wat zal de reactie van sceptische islamologen op dit nieuws zijn, denkt u? Is dit genoeg bewijs om hen te overtuigen van het tegendeel?
“Ik denk niet dat het veel indruk op hen zal maken. De bredere sceptische theorie gaat ervan uit dat de hele islam heel langzaam gegroeid is en niet kan worden toegeschreven aan één persoon, de Profeet Mohammed. Ze zullen dus op basis van andere historische theorieën blijven volhouden dat de islam als geheel geleidelijk vorm heeft gekregen. Maar gelovige moslims zullen dit zeker als bewijs beschouwen dat de Koran tijdens de regeringsperiode van kalief Uthman (644-656) op schrift is gesteld, zoals de islam leert.”
Heeft de Leidse UB nog meer oude Koranfragmenten, die u op leeftijd zou willen laten onderzoeken?
“Alle fragmenten die in de oude schriftsoort Hidjazi zijn geschreven, zijn nu onderzocht. Deze schriftsoort is lang en dun en de letters hangen sterk achterover. We bezitten ook nog fragmenten in het Koefische schrift, dat veel dikker en compacter is, maar dat werd pas later ontwikkeld. Je kunt de verschillen ook zien aan het schriftbeeld van het Arabisch: in de oudste fragmenten wordt één en hetzelfde symbool voor meerdere klanken gebruikt. Later zijn ze die van elkaar gaan onderscheiden met punten. Nog veel later kwamen er aparte tekentjes om de klinkers aan te duiden.”
De Leidse fragmenten die in het kader van het Coranica-project onderzocht, zijn Koranfragmenten op papyrus (Or. 8264) en op perkament (Or. 14.545). Het fragment op papyrus is in 1946 nagelaten door de voormalige conservator van de UB Leiden, C. van Arendonk. Hij had het stuk privé gekocht van de antiquaar Erik von Scherling in Oegstgeest. De fragmenten op perkament zijn in 1979 aangekocht van een gepensioneerde Nederlandse diplomaat.
Het Coranica-project onderzoekt nog veel meer fragmenten van de Koran uit Europa. Het wachten is nu op de analyses van deze fragmenten om een afgewogen eindresultaat te krijgen over de oudste Koranteksten. Wordt vervolgd….