Naar de content

Aan deze mensachtige danken we genitale herpes

Het evolutionaire pad van een soa ontrafeld

Louise Walsh, University of Cambridge

Genitale herpes is één van de meest voorkomende soa’s in Nederland. Wie was de eerste patiënt die deze seksueel overdraagbare aandoening aan onze voorouders gaf? Engelse wetenschappers denken het antwoord gevonden te hebben. Zij wijzen de mensachtige Paranthropus boisei aan als schuldige.

2 oktober 2017
CDC/ Dr. Hermann, Public Health Image Library via Public Domain

Wanneer en hoe de eerste menselijke voorouder genitale herpes opliep? Het onderzoek van Charlotte Houldcroft en collega’s van Cambridge en Oxford Brookes University laat dit zien. Ze baseren hun conclusies in het tijdschrift Virus Evolution op fossiele vondsten die tonen wanneer en waar welke mensachtigen in Afrika voorkwamen, het leefgebied van de voorouders van chimpansees en genetische rekenmodellen die de evolutionaire geschiedenis van het virus in kaart brengen.

Blaasjes op slijmvliezen

Er zijn twee soorten herpes simplex virussen die mensen kunnen besmetten: HSV1 en 2. Beide virussen kunnen genitale herpes veroorzaken, maar HSV2 doet dit in tachtig procent van de gevallen. HSV1 is vaker de veroorzaker van blaasjes op een ander lichaamsdeel: de koortslip.

Onze voorouders droegen HSV1 waarschijnlijk al mee sinds het moment dat ze van de chimpansee-voorouders afsplitsten, zo’n zeven miljoen jaar geleden. Miljoenen jaren lang ontsnapten ze aan besmetting met HSV2. Besmetting met HSV1 gaf waarschijnlijk bescherming tegen besmetting met HSV2, die toen ook nog in de mond voorkwam. Pas toen HSV2 op andere slijmvliezen belandde – die van de geslachtsdelen – had het een overlevingskans.

De schuldige

Tegen de tijd dat de moderne mens honderdduizend jaar geleden Afrika verliet, waren ze waarschijnlijk wel besmet met HSV2, anders is de wereldwijde verspreiding lastig te verklaren. Eerdere genetische analyses lieten zien dat HSV2 veel sterker leek op de variant van het virus die chimpansees met zich meedragen: ChHV1. Datzelfde onderzoek toonde dat de menselijke lijn ergens tussen de 3 en 1,4 miljoen jaar geleden besmet raakte. De onderzoekers denken nu dat een mensachtige, die besmet was geraakt door een chimp-voorouder, contact had met een menselijke voorouder.

En ze wijzen de mensachtige P. bosei als schuldige aan. Houdlcroft en collega’s denken dat een exemplaar van P. bosei geïnfecteerd chimpanseevlees at terwijl hij zelf open wondjes had. Op die manier raakte hij besmet. Destijds waren de populaties klein en één geïnfecteerd exemplaar kon dus makkelijk voor een verspreiding onder de rest van de groep zorgen.

Paranthropus boisei had een plat gezicht, een klein brein en liep op twee voeten.

Louise Walsh, University of Cambridge

Gorillaschaamluis

P. bosei deelde zijn leefgebied met onze voorouder Homo erectus, die twee miljoen jaar geleden ontstond. Lake Turkana in Kenia is zo’n gebied. Homo erectus joeg op verschillende dieren en het is volgens de onderzoekers niet ondenkbaar dat hij een geïnfecteerde P. bosei heeft gegeten. Na die eerste infectie is HSV2 van de mond bij de genitaliën beland door aanraking.

En door die samenloop van omstandigheden zitten we vandaag de dag nog steeds met die ellendige ziekteverwekker opgescheept. Eenmaal besmet is geen genezing mogelijk, je blijft het virus bij je dragen. En het verspreidt zich ook nog eens makkelijk via lichaamssappen. Wel zijn de blaasjes goed te behandelen met medicatie.

Met hun methode hopen de onderzoekers ook nog uit te kunnen zoeken hoe we schaamluis 3,3 miljoen jaar geleden van de gorilla-voorouders kregen en hoe het humaan papillomavirus van de Neanderthalers bij ons belandde.

ReactiesReageer