Wie:
Tom Bergkamp
Wat:
Sportwetenschapper (en een beetje psycholoog)
Waar:
Rijksuniversiteit Groningen, in samenwerking met de KNVB en FC Groningen.
Studie:
Bachelor Interdisciplinary Social Sciences en master Methodology and Statistics, beide aan de Universiteit Utrecht.
Promotie gaat over:
Talentherkenning- en ontwikkeling in sport, met name in het voetbal. Ik onderzoek welke factoren samenhangen met toekomstige (voetbal)prestaties. Ook kijk ik naar de menselijke denkfouten die vaak optreden tijdens beoordelings- en selectieprocessen, zoals bij het scouten van talentvolle spelers.
Ik koos dit vakgebied omdat:
Ik vanuit mijn passie voor basketbal altijd graag sport met statistiek wilde combineren. Ik had niet verwacht dat dit kon, maar toen er na mijn master opeens een vacature voor dit onderzoek vrijkwam heb ik meteen mijn kans gegrepen.
Geboren:
1992 in Almelo
Leukste aan wetenschapper zijn:
Het werken in afwisselende omgevingen, die in mijn onderzoek een sterke verbinding hebben met de praktijk. Zo zit ik het ene moment achter mijn computer om data te verwerken, en sta ik het andere moment in mijn trainingspakkie op het veld tussen de coaches, spelers, en andere sportwetenschappers. Daarbij vind ik het hele proces van het conceptualiseren van een idee, het verzamelen van data, tot het schrijven en publiceren van een paper heel gaaf. Dan heb je toch een soort ‘product’ wat je zelf hebt gemaakt.
Moeilijkste aan wetenschapper zijn:
Soms wil je de wereld veranderen, maar vaak is dat niet realistisch en kan je met je onderzoek maar een klein beetje verschil maken. Dat gaat bij mij soms gepaard met onzekerheid; heb ik alles eruit gehaald wat erin zat? Had ik bepaalde dingen in het onderzoek niet anders moeten doen? En is mijn onderzoek wel relevant genoeg?
Hobby’s:
Basketballen. Ik houd ook erg van muziek: ik speelde vroeger saxofoon, maar sta nu vaker achter de draaitafels. Gerechten uit de boeken van Ottolenghi koken.
Wat hoop je met bloggen voor Faces of Science te bereiken:
Natuurlijk een kijkje te geven in mijn onderzoek. Maar daarnaast laten zien dat je helemaal niet van jongs af aan al moet weten of je wetenschapper wil worden. Bij elk groot keuzemoment in mijn leven heb ik niet echt aan de lange termijn gedacht, maar vooral gekozen wat toen goed voelde: bij de keuze van mijn profiel op de middelbare school, mijn bachelorstudie, en mijn masterstudie. Zelfs toen ik mijn master deed wist ik nog niet zeker of ik een promotietraject wilde doen. Uiteindelijk ben ik goed terecht gekomen.
Wie is je grote voorbeeld:
Sam Hinkie. Hij was technische directeur voor de basketbalclub de ‘Philadelphia 76ers.’ Lang verhaal kort: met een innovatieve strategie wilde hij zijn team beter maken, door eerst ‘expres’ te verliezen. De strategie was een succes, maar hij werd ontslagen voordat hij zijn project echt af kon maken. Ooit wordt hier nog een film à la Moneyball over gemaakt. Daarnaast heb ik veel bewondering voor het werk dat mijn promotor Wouter Frencken als Head of Performance bij FC Groningen doet. Het lijkt mij gaaf om ook ooit zoiets te doen.
Wat wilde je worden toen je 7 was:
Brandweerman en professioneel basketballer.
En toen je 17 was:
Stiekem nog steeds professioneel basketballer; hoewel toen al lang duidelijk was dat ik daar niet genoeg talent voor had. Ook wilde ik iets met sociologie doen!
Leukste reactie op je onderzoek:
Wanneer een nuchtere coach of scout na mijn presentatie ‘goed werk’ bromt.